Goos's bijdragen, dienst 2-8-1998

Lezingen


Overweging
In mijn inleiding zei ik vandaag te proberen een brug te slaan tussen ijdelheid of ijlheid van de Prediker, de parabel uit Lucas en de festiviteiten die deze dagen onze stad beheersen. De Prediker spreekt niet op een verheven manier over God en de mensen, maar eerder op een alledaagse wijze. Hij kijkt als het ware door een bril, die door het leven geslepen is. De Prediker heeft het over ijdel en dat betekent dan zoveel als relatief en voorbijgaand. Wij herkennen ons zelf vaak in deze woorden. Het levensgevoel van: waarom doe ik dit alles?, is ons wel bekend. Eigenlijk is het jammer, dat ons leesrooster maar zo'n klein stukje uit Prediker heeft genomen. Met alleen deze tekst kom je als mens nogal makkelijk in een negatieve spiraal terecht. Zwart-kijken blijft dan alleen nog maar over. Mensen die zogenaamd realistisch naar de werkelijkheid kijken, lopen de kans om te verzuren en voor anderen erg vervelend te worden. Natuurlijk is het ook waar, dat er mensen zijn die gekweld worden door honger, eenzaamheid, ziekte of verdriet. Voor hen ziet het er niet veel beter uit dan zoals prediker schetst. Maar bij Prediker valt er nog meer te lezen.
Aan het eind van het hoofdstuk waar wij een paar verzen uit gelezen hebben, zegt hij: Als alles in het levend an zo betrekkelijk is en van voorbijgaande aard, dan is het maar het beste voor de mens om van het moment te genieten, want ook dat komt uit de hand van God. In alle momenten van het leven zoeken naar, wat je toch als een in dank te genieten gave in de schoot wordt geworpen. Dat is de levenskunst die de prediker ons in alle betrekkelijkheid wil leren.

We belanden nu bij de lezing uit Lucas. Het onderwerp arm en rijk vervult in dit evangelie iedere keer een kernrol. Het evangelie vertelt, hoe Jezus wordt gehaald als twee broers ruzie maken over een erfenis. De ene roept: "Zeg tegen mijn broer, dat hij de erfenis met mij moet delen". In het verhaal staat helemaal niet of die broer dat terecht zie, want daar gaat het in dit verhaal niet om. Het lijkt een redelijk verzoek: delen moet immers. Het antwoord van Jezus is vreemd; wie heeft mij tot rechter over jou aangesteld? Wil Jezus niet bemiddelen in een eerlijke zaak? Misschien wel, maar liever wil hij de mensen eerst wakker maken, zodat ze zelf een oplossing zullen zoeken. Ze krijgen een advies. Hoed je voor hebzucht, want ook als iemand overvloed heeft, is er eigenlijk niets van hem. Alles is hem -zoals het leven zelf- gegeven. Daar kunnen de ruziemakers het mee doen! Jezus zegt niet: Jij hebt gelijk of jij hebt gelijk. Is Jezus dan tegen eerlijk delen? Koos hij partij voor de broer die niet wilde delen? Helemaal niet. Jezus doet iets, wat ze allebei niet hadden verwacht. Hij roept ze tot de orde en dwingt ze tot bezinning. Weten jullie wel wat echt belangrijk is en wat niet, waar zet je al je zinnen op, wat doe je met je leven? Jezus roept tot de orde, Jezus brengt tot bezinning. Jezus doet nog meer. Jezus verkondigt de radicaliteit van het Koninkrijk van God en van de claim, die de Tora op mensen legt.
Aan alle mensen voor wie niets belangrijker lijkt dan hun bezit (en vooral het bezit van het eigen gelijk), vertelt hij de parabel over de rijke man die niet slapen kan, omdat hij niet weet waar hij al zijn bezit moet bergen. Als oplossing bedenkt hij grote schuren. "Dwaas" zegt Jezus dan, "nog deze nacht moet je sterven en wat heb je dan aan al je rijkdom?" Niet voor niets is het grote gebod: De Heer Uw God beminnen met geheel uw ziel, geheel uw verstand en met geheel uw kracht. En dat laatste woord "kracht" kan heel geschikt vertaald worden met "heel je vermogen". Een vermogen bezitten is geen kwaad, maar als je het niet gebruikt om God en je naaste er mee te dienen wel. Ik wil nu een brug proberen te slaan naar de Gay Games, deze week in Amsterdam.

Fijn is het om in een land te wonen met zoveel rijkdom aan vrijheid. Vrijheid van meningsuiting, geen discriminatie naar geaardheid. (zo moet het in elk geval wel zijn) Deze vrijheid, deze rijkdom, geeft dan ook mogelijkheden dit grote goed uit te dragen aan mensen die dit vrije gevoel nog niet bezitten. De spelen in deze stad, die zoveel mensen even het gevoel geven er niet alleen voor te staan, medestanders hebben. Genieten van het moment, zoals Prediker ons dat leert. Vorige week zag ik een documentaire over hoe in vele landen over anders-geaardzijn wordt gedacht. Zelfs bij de wet geregeld: 8 jaar gevangenisstraf, opsluiting, uitstoting, doodstraf enz. de spelen zijn, misschien helaas, nog nodig om hopelijk anderen op andere gedachten te brengen, een uitgestotenen een hart onder de riem te steken. Mijn wens zou dan ook dit zijn: dat -om eerder genoemde redenen- dit de laatste Gay Games zijn. Omdat de spelen in de toekomst niet meer nodig zijn. Ik denk weer aan de twee broers uit Lucas, die ruzieden over een erfenis. Ook nu zegt Jezus tegen voor- en tegenstanders van homosexualiteit, ja tegen iedereen, hetzelfde. Weten jullie wel, wat echt belangrijk is en wat niet? Waar zet je je zinnen op, wat doe je met je leven? Hou van je naaste als van jezelf en heb God lief boven alles. Als dit werkelijkheid wordt, dan zijn er geen Gay Games meer nodig. Als dit werkelijkheid wordt, dan kunnen hetero en homo mannen of vrouwen met elkaar rolstoel dansen. Als dit werkelijkheid wordt, dan mogen wij in vrijheid spelen. Zolang dit nog niet gerealiseerd is kan ik alleen maar, met prediker, zeggen: GENIET VAN HET MOMENT. De Prediker zegt nog meer mooie dingen. Wees niet al te wijs en wees niet al te rechtvaardig.
Amen.

| Archief/Bijdragen | Goos's "Hoofdpagina" |

FV 3-7-1998 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl