Diana's bijdragen, dienst 7-3-1999

Lezingen:

Inleiding:

Goedemorgen beste mensen, welkom allemaal in deze dienst van schrift en tafel. Welkom aan de mensen die hier voor het eerst zijn en aan de mensen voor wie de gang op zondag vertrouwd is. Welkom kinderen, het is weer de eerste van de maand en dus gaan jullie zo met Fred en Yvonne mee naar de kindernevendienst. Straks zal Fred jullie zelf uitnodigen.

Het thema van deze dienst is beproevingen, die kennen we allemaal. Net als je denkt dat je het best wel voor elkaar hebt komt er zand in de machine. Het loopt niet zoals je wilt, er zijn ergenissen of het leven is ongemeen saai.
Of je maakt een keuze, je zet een stap en je beseft niet wat je daarmee over je heen trekt aan consequenties.
Of ineens ligt je wereld in duigen, je bent ziek geworden, je relatie is stuk, je kunt niet meer voldoen aan je eigen verwachtingen.

En het gevecht met pijn en verdriet begint,
of niet.
We zullen ons erin verdiepen vandaag, in die beproevingen en in de acceptatie ervan. Ik wens ons allen een goede viering.

Overweging:

Twee verhalen en een statement over beproeving.
Het volk was uit Egypte getrokken, een visioen van vrijheid achterna en het is verzandt in de woestijn. Hun geloof in de vrijheid wordt beproefd door droogte en dorst.
Een Samaritaanse vrouw op het heetst van de dag, het zesde uur, gaat naar de bron om water te putten. Ze gaat op zo'n ongebruikelijk uur, misschien is ze een ander soort overlever, één die het leven aan elkaar moet zwoegen.
Deze verhalen laten de beproevingen van het bestaan zien. De Israëlieten werden in hun geloof dat zij het land van vrijheid zouden betreden beproefd. Bijna geven ze zich over aan geweld.
Het verhaal van de Samaritaanse wijst op de beproevingen van alledag: ziekte, pijn, mislukking, gedoe en ongemak.

Als Paulus praat over beproevingen waar je trots op kunt zijn, dan heeft hij het over de beproevingen die de eerste christenen moeten ondergaan. De verdrukking van hun geloof doet hen volharden. Dat klinkt heroïsch en dat was het in die tijd vast ook.
Maar als wij trots worden op onze beproevingen wordt het een toneelstukje. Zodra je het erop aanlegt om van jezelf een martelaar te maken, wordt het onoprecht. Want het leven, het verdriet en de pijn, de beproevingen worden toch uiteindelijk in een kwetsbare plek van je hart verwerkt. Het gaat er niet om met een ijskoud hart je volharding te tonen aan anderen maar om de beproevingen te doorleven, je hart te laten huilen en er met meer begrip en wijsheid uit te voorschijn te komen.

De meest menselijke neiging is het om, als we in pijnlijke of onacceptabele situaties komen, er onderuit te willen komen. We schuiven het van ons af op andere mensen of grijpen naar een snelle oplossing. "Als God met ons is, moet hij ons nu toch water geven. En doet hij dat niet dan stenigen we je". De Isralieten dreigen Mozes met geweld, ze proberen Gods zegen af te dwingen.
Het kan heel pijnlijk zijn voor mensen om te ontdekken tot welk laag niveau ze kunnen zakken als ze in levensbedreigende situaties komen en moeten overleven. Het is het niveau van vasthouden wat je hebt en grijpen wat je kunt. Het ergste is als de angst het wint, als je menselijkheid het begeeft - als je door angst totaal verkrampt en als leugens, agressie en blindheid winnen. Soms hoor je het in de verhalen van de overlevers, of het nu om oorlog, de Holocaust of om vluchtelingen gaat: de schaamte omdat ze zich een beestachtige drang tot overleven herinneren - ten koste van hun eigen waardigheid en die van anderen. Maar het is goed het te herinneren, omdat het je doet begrijpen hoever mensen kunnen komen.

Heel wat subtieler proberen we in het gewone dagelijkse leven onder onze pijn uit te komen. "Jij moet niet zo doen, jij moet anders zijn dan je bent. Als jij verandert heb ik geen pijn meer." zeggen we tegen onze geliefden. "Alleen als jij verandert kan ik gelukkig worden." Je kunt het niet hebben dat een ander is zoals hij is, je ergert je - die ander moet ophouden, die ander moet veranderen, die moet zijn zoals jij denkt dat goed is.
Dit zijn het soort manieren waarmee we de mensen om ons heen belagen. Het is hetzelfde soort onverdraagzaamheid, het is dezelfde soort agressie die erachter zit. De wereld moet anders zijn, ik kan niet accepteren zoals het nu is.

De dingen die je overkomen worden een beproeving zodra je er van weg wilt, zodra je ze niet wilt. Verdriet is verdriet, maar verdriet wordt een beproeving als je niet mag huilen van jezelf, als je direct flink moet zijn, of als je vlucht voor de pijn.
Zodra je de beproeving accepteert is ze geen beproeving meer.

Maar de meeste dingen zijn zo ontzettend moeilijk te accepteren. We leven met in ons hoofd een ideaalbeeld, en daar moeten wijzelf en alle anderen aan voldoen. We zetten onszelf klem met onze eisen.
Maar het gekke is, ook als je geen uitweg meer ziet, gaat het leven toch door. Het is de winst van ouder worden, je beseft dat alles opkomt en vergaat. Je kunt hoog springen en laag springen, maar je zult het toch zo moeten nemen als het is.
Als je goed kijkt zul je zien dat de dingen nooit zo lopen als waar je bang voor bent. En dat de vogels hoe dan ook weer gaan fluiten als het voorjaar wordt.

Het ijs van de angst in je hart smelt als je de beproeving durft te doorstaan, als je met mededogen durft kijken naar je eigen zwakheden, je beperkingen en die van anderen. Als je niet vlucht, of grijpt of dwingt, maar ook niet de martelaar uithangt.
Heb maar het lef te zijn bij wat is en ga maar naar de angst en de pijn toe.

Ik heb een heel concreet voorbeeld. Een tuinman had last van koude handen en voeten. Pas toen hij zich elke dag na een hete douch met ijskoud water afspoelde, toen raakte hij zijn koude handen en voeten kwijt.
Feitenlijk is dit de manier van omgaan met beproevingen. Ga er maar naar toe, dompel je maar onder in waar je het meest bang voor bent. In plaats van je natuurlijke neiging om weg te vluchten, ga er maar in staan. Voel de kou, heb maar dorst, paniek ontstaat alleen als je je angst op hol laat slaan en wegvlucht voor wat er is.

Je kunt niet, nooit, je geluk afdwingen. Geluk kan alleen opkomen vanuit je hart. Als die ijsklomp in je borst smelt, kan je hart huilen en begint de bron van levend water te borrelen. En als de bron borrelt, dan vloeit hij over voor iedereen en dan vloeit hij altijd, in voorspoed en in tegenspoed.
Dat deze stroom oneindig zal vloeien dat bid ik. Amen.

| Archief/Bijdragen | Diana's "Hoofdpagina" |

AM 18-3-1999 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl