Lezingen:
Welkom jij, ook jij en jij
komend om licht, een vergezicht,
wat warmte, brood en wijn,
om vrede in dit samenzijn.
Wij zijn hier, hoewel het eigenlijk bij uitstek een zomerse
dag is om van Gods schepping te genieten. Om je bewust te zijn
van alle schoonheid die de Eeuwige ons geeft, zoals in de openingspsalm
tot uitdrukking komt. Ook Amsterdam heeft schoonheid. Ik ben niet
hier geboren, maar woon er al lang en houd van deze stad, ben
er ook trots op. Al eeuwen lang heeft Amsterdam de grootsheid
onderdrukten van overal ruimte te geven om tot rust te komen en
een plek te bieden om eindelijk zichzelf te kunnen zijn. Zo ook
gedurende dit weekend van Gay Pride. Het siert de Amsterdammers
dat zij met duizenden homosexueel geaarde medemensen feestvieren
en genieten van het leven. Zelfs het feit dat sommige extreme
feestuitingen ergernis bij anderen oproepen, mag ons niet doen
vergeten dat alle mensen kinderen van God zijn en recht hebben
op onze aandacht. Hebt u er wel eens bij stil gestaan dat Amsterdam,
gisteren en vandaag, veel mensen een stukje koninkrijk Gods doet
ervaren? Zo zou het overal en altijd moeten zijn. Nog op teveel
plaatsen in de wereld worden mensen veroordeeld en uitgestoten.
Onze viering zal er een zijn zoals alle zondagen met aandacht
voor Gods woord, zang, gebed en stilte. Ik hoop dat we daardoor
gesterkt en met vertrouwen de toekomst tegemoet gaan.
Twaalf mensen in de kracht van hun leven raken in paniek omdat
ze een spook menen te zien. Ze laten zich overweldigen door angst
voor iets wat geen macht heeft en tegelijkertijd zijn ze hun vertrouwen
in Jezus vergeten. Petrus is de enige, die zijn vertrouwen (geloof
kan je ook zeggen) hervindt en zijn redding bij Jezus zoekt. Maar
nog geen paar seconden later laat hij zich weer in verwarring
brengen, ditmaal door het natuurgeweld. En weer zakt hij in een
bodemloze put van angst. De uitgestoken hand van Jezus is zijn
enige redding.
Wat putten we uit zo'n verhaal? Ik werd er door in verwarring
gebracht en heb me daarom eerst geconcentreerd op Elia's ervaring
en de woorden van Paulus aan de gemeente in Kolosse. Elia vlucht
weg voor mensen en hun geweld; zijn van God ontvangen opdracht
wil hij niet meer vervullen. Waar vlucht hij heen? Juist naar
de berg waar God ooit tegen Mozes heeft gesproken, de Horeb. Zijn
vertrouwen op God is kennelijk niet verdwenen. Daar, op die berg,
verstopt hij zich en laat ook het natuurgeweld en de stormen van
onrust in zichzelf voorbijgaan. Zijn God zal zich daarin niet
openbaren. Pas als het stil wordt in en buiten hem waagt hij het
zich kwetsbaar op te stellen voor de grot, de ogen bedekkend want
die zijn van geen nut als je de Enige wilt toelaten in je diepste
zelf.
Dan Paulus; hij is nimmer in Kolosse geweest maar heeft vernomen
dat er een groep jonge Christenen teruggevallen is in een soort
meergodendom. Volgens hen kan het niet waar zijn dat Jezus je
dichter bij God kan brengen. Hij was gewoon een mens en is bovendien
nog als misdadiger de kruisdood gestorven. Nee, beweren zij, je
moet eer bengen aan natuurgeesten, de machten van de kosmos. Dat
zijn geen mensen en die kunnen toegang geven tot de ene ware God.
Daar gaat Paulus tegenin. Even verderop in zijn brief schrijft
hij: 'Trek u niets aan van een veroordeling door iemand die voldoening
vindt in zelfkastijding, in engelenverering en het doorvorsen
van visioenen, en zonder reden prat gaat op zijn aardse manier
van denken. Ofschoon zo'n zelfgemaakte religie, met minachting
voor het lichaam, voor wijsheid moet doorgaan, is zij van geen
waarde.'
Nu we Koningen en Kolossenzen nader hebben bekeken,hoop ik dat
u (met mij) met andere oren kunt luisteren naar wat Matteus ons
wil doorgeven. De apostelen waren niet bang voor de storm en de
hoge golven, die hen het uitzicht ontnamen. De meesten waren vissers
geweest en kenden de grillen van de natuur op het meer van Tiberias.
Ze waren alert, wisten wat te doen en vertrouwden op hun schip
en hun gezamelijke lichaamskracht. Pas als ze een geestverschijning,
een spook geloven te zien verliezen ze hun Godsvertrouwen en laten
doodsangst toe. Zelfs Jezus' stem kan Petrus niet kalmeren, hij
vraagt om een wonder. Hij toont precies hetzelfde gedrag als de
kleingelovigen die Jezus achternalopen: geef genezing Heer; geef
brood Heer! Het is eigenlijk niet verwonderlijk dat Jezus' zich
zo af en toe terugtrekt om te bidden, met de Eeuwige te praten.
Daarvoor is Hij toch niet aan het rondtrekken? Dat is toch niet
de vervulling van Gods opdracht, dat hij als een soort magier
de wensen van de mensen vervult? Door Gods zegen die op hem rust
kan hij het wel; maar belangrijker is wat hij in woord en daad
uitdraagt: leef zoals ik, betrokken bij mensen, juist bij de minsten,
vreugde en ellende delend en samen sterkstaand tegen onrecht en
geweld. Niets mag macht over u hebben, dan God alleen. Houdt daar
ieder uur van uw leven aan vast. Heb vertrouwen in wat ik u zeg.
Laat spookbeelden geen macht over u krijgen; niet die uit de natuur
en evenmin die mensen u aanpraten met gezag dat ze niet bezitten.
Met andere woorden: baanloze mensen die menen geen toekomst te
hebben, laat u niet kleineren, heb vertrouwen. Allen die niet
geaccepteerd worden in hun omgeving, om welke reden dan ook, laat
u niet innerlijk kapotmaken, zoek beschutting en houdt u vast
aan het Verbond dat God gesloten heeft met ieder mensenkind. Wie
ernstig ziek is: laat het leven niet varen, geniet van wat u nog
gegeven wordt voordat God u werkelijk bij zich roept. Wie duizend
angsten kent: laat u geen spookbeelden aanpraten, vertrouw op
Gods eindeloze mensenliefde die wonderen verricht.
Onze God kiest altijd partij tegen de arrogantie van de wereldse
machten. Houdt dat in elke afschuwelijke situatie in gedachten.
Wie waarlijk christen wil zijn, kan dat alleen maar zijn met hoofd
en lijf en leden. Mogen wij dat met Gods genade ooit bereiken.
Amen.
Brood en wijn delen we, als teken dat wij God en elkaar niet
in de steek zullen laten, dat we licht en troost willen zijn in
de wereld om ons heen.
Komt allen, u bent zonder uitzondering genodigd. Voor God en in
onze gemeenschap heeft ieder mens evenveel waarde en is er geen
sprake van uitverkorenen en verworpenen.
God van Liefde, wij keren zo dadelijk terug naar het ge-wone
leven, ieder op zijn eigen plek, met eigen zorgen en angsten;
zegen ons en leidt ons naar de veilige haven die wij begeren.
Moge de Machtige ons zegenen en behoeden,
moge de Enige de glans van haar gelaat over ons doen lichten en
ons genadig zijn;
moge de Eeuwige haar aangezicht tot ons keren en vrede schen-ken.
Amen. Ga met God.