Mimi's bijdragen, dienst 5-2-2000

Lezingen:

Inleiding:

Ik hoop dat jullie als volwassenen toch met aandacht naar de vertelling door Cees hebben geluisterd, want ik heb met opzet daarbij twee lezingen uit de Bergrede volgens Mattheüs ge-plaatst. Dat komt zo: volgende week gaat Corstius van Hamburg voor en hij zal zich daarvoor verdiepen in de lezingen die in andere kerken vandaag worden behandeld. Ik was dus vrij in de keuze uit het 2e Testament. Waarom dan juist gedeelten uit de Bergrede van Jezus? Wel, het trof me dat een 12-jarige inder-daad vragen kan stellen waar je als ouder of grootouder geen antwoord op weet. Het is heel gebruikelijk dat er dan wordt geantwoord in de trant 'als je wat groter bent, zal ik je dat uitleggen'. Meestal gaat het over onderwerpen uit het dage-lijks leven. Jezus echter heeft al vragen over teksten uit het Eerste Testament, waarop zijn ouders het antwoord schuldig blijven. Hij zet, zo jong als hij is, al stappen op de weg naar ware wijs-heid. Want vragen stellen bij teksten uit de Bijbel is volgens mij noodzakelijk voor de groei van je ge-loof. Al vragen stellend verdiep je geloof en zal het ge-loof deel gaan uitmaken van je diepste zelf. Staat er trou-wens -niet el-ders in de bijbel ge-schre-ven: 'vraag en u zal wor-den gege-ven'?
Door 18 jaren lang te zoeken naar antwoorden heeft Jezus ten-slotte de wijsheid gevonden, gekregen kan ik beter zeggen, om in be-grij-pe-lijke taal mensen te onder-rich-ten over de Joodse wet-ten die God zijn uitverkoren volk had gege-ven. Daarover wil ik het straks graag met jullie heb-ben.

Overweging.

Wie een van de geboden ontkracht en dat aan mensen leert zal nutteloos heten in Gods wereld. Dat staat er in het 19e vers. 't Is niet niks, wat Jezus daar aan het begin van de Berg-rede uit-spreekt. De Schriftgeleerden konden zich die uit-spraak aan-trekken. Vandaag de dag worden Gods wet-ten nog altijd van-uit ker-ken en synagogen on-der-wezen; zouden ze zich die woorden uit het 19e vers wel herinneren? Want er zijn ook nu nog ker-ke-lijke lei-ders die uit-dra-gen dat er 'recht-vaar-dige oorlo-gen' bestaan en dat man-nen en vrouwen in zo'n oorlog de op-dracht om te doden moe-ten uit-voe-ren. Dat is toch ont-krachten van het gebod 'Gij zult niet doden'? Het wordt nog steeds alleen maar toegepast op individuen.
Het lukt mij niet de Bergrede te lezen zonder honderd vra-gen in mij te voelen opkomen. Gelukkig bleek ik daarin niet de enige te zijn, want bij de voorbereiding van deze viering uitten de aan-we-zigen ook heel wat vragen. Zelfs daar waar Jezus de ge-boden verdiept en uitlegt, wordt het er voor ons niet eenvou-diger op.
Laten we in ieder geval beginnen met er aan te denken dat Jezus sprak tegen een massa mensen, voornamelijk onderdrukte- men-sen die hard moes-ten wer-ken om te overleven en die niets in te brengen hadden in de maat-schap-pij. Ze werden on-derdrukt door Romeinen, maar ook nog eens door hun geloofsge-noten de schriftgeleerden.
De kort en krach-tig geformuleerde geboden die Mozes het Joodse volk ooit door-gaf, waren in zijn tijd al een grote verbete-ring in de chao-s die er heerste. Zo'n gebod als 'oog om oog, tand om tand' bracht een begin van rechtvaardigheid: de straf moest immers in het vervolg in juiste verhouding staan tot het aan-ge-dane leed. Dat was wat er let-terlijk stond, maar de geest van de wet (zoals het zo mooi heet) heeft veel meer inhoud en is bedoeld om uiteindelijk een recht-vaar-dig handelende -ge-meen-schap te creëren. Toen Je-zus leefde werden Gods wetten ech-ter nog steeds on-derwezen als let-terlijk te volgen ge- of verbo-den. De schrift-geleerden mis-brui-kten hun kennis om macht over men-sen te krijgen en hen voortdu-rend in angst te laten leven over de vraag of ze het wel goed de-den, of ze wel leef-den zoals God het vroeg.
Daartegen verzet Jezus zich. Zoals Hij al zei: ik blijf de traditie respecteren, maar in de traditie worden foute din-gen doorgegeven en het is mijn opdracht dat aan het licht te bren-gen. Gods wet-ten zijn niet on-der-druk-kend, maar juist be-vrij-dend en heel-ma-kend voor iede-reen.
In zijn toe-spraak staat hij stil bij de tekst van elk gebod en grijpt daar-na als het ware terug naar het aller-eerste begin van de over-treding. Naar het moment waarop het kwaad gezaaid wordt. Een moord begint niet op het moment dat er een mes getrokken wordt; nee, de kiem van het kwaad wordt gelegd op het moment dat men-sen haat zaaien, op het moment dat de ene mens de ander de rug toe-keert, op het moment dat aan iemand niet gege-ven wordt waar elk mens recht op heeft.
Zo gaat hij vijf geboden langs, steeds weer uitleggend dat er veel eerder in het contact tussen mensen fouten gemaakt wor-den die uit kun-nen lopen op een catastrofe.
Waarom moet het verboden zijn om een eed af te leggen? Omdat er door mens en maatschappij dan in principe uitgegaan wordt van on-der-ling wantrouwen. Wantrouwen is het kwaad dat alle ver-trou-wen onmo-gelijk maakt. Zelfs als er een eed wordt afge-legd kun je er immers niet zeker van zijn dat de belofte wordt nagekomen. Uw ja moet ja zijn, uw nee nee. Altijd, zo sim-pel is het.
En als iemand iets eist van je, bedenk dan dat wat ge-vraagd wordt waarschijnlijk niet datgene is wat de ander nodig heeft. U zegt zelf toch ook niet snel 'Ik voel me alleen, troost me alsjeblieft'. Nee dan zeggen we eerder op boze toon 'Waar was je zo-lang?' En als iemand tegen je zegt 'Geef me een gulden' denk je dan echt dat die gulden het enige is wat hij nodig heeft?
En dan dat moeilijke gebod 'U zult geen echtbreuk plegen'. Ook dit is een gebod uit de oudheid, die in een veranderde maat-schappij volgens de geest moet worden uitgevoerd. Vroeger was er geen sprake van trouwen uit liefde, huwelijken werden door ouders of derden geregeld. Ik versta in wat Jezus hierover zegt: als er lief-de is tus-sen twee men-sen, koester die liefde dan, heb er wat voor over, ga met elkaar in gesprek over van alles; begin het niet kapot te maken door je partner te be-ledigen, te kleineren of de rug toe te keren. Laat het nie-t zover komen dat je iemand an-ders gaat bege-ren. Stel je ver-bond niet in de waag-schaal door overheersing, wantrouwen of egoïs-me.
Als navolgers van Jezus worden we opgeroepen steeds liefdevol-ler, rechtvaardiger en beter te zijn dan mensen die Godloos leven. Vooral worden we opgeroepen ons verre te houden van het geringste kwaad.
De hele Bergrede van Jezus getuigt van een grote wijsheid, die volgens mij maar aan weinigen gegeven is. Hildegard van Bin-gen, Dag Hammerskjold en Meister Eckhart dat zijn volgens mij ook mensen die grote wijsheid hebben bereikt.
Ik wilde helemaal niet zo diep ingaan op de tek-sten van-daag, maar ik kwam er niet onderuit. Wat ik u eigenlijk wilde mee-ge-ven is: dat ieder van ons, ongeacht leeftijd en erva-ring, voor-al moet proberen wijsheid te zoeken. Stel vra-gen, zoek ant-woor-den, luister naar de stem in uw binnenste, accepteer niet klak-ke-loos wat u wordt over-ge-dra-gen. Niet door regeringen en niet door kerke-lijke lei-ders. Probeer altijd goed te luis-teren en zelf na te denken over wat er van u ge-vraagd wordt. Jezus begon er al mee toen hij 12 was en pas op zijn dertigste stond hem helder voor ogen hoe God het leven van de mens in gemeenschap met anderen bedoeld had. Toen was het hem duide-lijk wat hij uit moest dra-gen aan de we-reld.
Zoek wijs-heid, want pas als we groeien in wijs-heid zul-len we 'on-ver-deeld goed' kunnen worden zoals God on-verdeeld goed is. De Liefde-volle die zon en regen geeft ook aan on-recht-vaar-di-gen. Die ene God die zijn liefde blijft geven zelfs als we fou-ten ma-ken. Ook in het hart van de moorde-naar klinkt Zijn stem in de stilte. Amen.

Nodiging.

Hier wordt iedereen genodigd aan de Tafel van de Heer. Onze God is on-ver-deeld goed voor rechtvaardigen en onrechtvaardi-gen. Waar zou-den wij dan de euvele moed vandaan halen te zeg-gen dat een van ons niet aan de Maaltijd mag deelnemen? Komt al-len, want alles is gereed.

Zegen.

Zegene ons de God van Sara, Abraham, Hildegard van Bingen, Luther, Dag Hammerskjold;
Zegene ons de Zoon, die uit Maria werd geboren,
Zegene ons de heilige Geest van liefde, die over ons waakt als een moeder over haar kinderen.
Amen.

| Archief/Bijdragen | Mimi's "Hoofdpagina" |

AM 9-2-2000 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl