Bijdrage Harris Brautigam, viering 16 oktober 2005.
 
 

Voorganger: Harris Brautigam (overweging) en Rob Gijbels

Thema: Bang waarvoor - voor wie?

 
         
 

Lezingen:

1 Sam. 17 en

Romeinenbrief

Gebed:
Gij, Eeuwige die ver weg lijkt en ongezien, rond Uw naam hebben wij ons deze morgen weer verzameld. Kwetsbare mensen zijn we. Ons lijf is broos, onze gedachten wankelen en toch voelen wij diep in ons een hartstochtelijk en niet te doven verlangen naar vrede en gerechtigheid. Wij geloven dat dit door U in ons is neergelegd. Het is de echo van Uw liefde voor ons en onze aarde die wij mogen bewonen. Kostbare gave, maar ook dikwijls bedreigd door onze twijfels en wanhoop.
Draag ons op Uw handen, hou het verlangen in ons brandend. Blijf met ons gaan de weg van alle dagen en geef ons Uw Geest van moed en wijsheid om niet in die vertwijfeling weg te zinken.
Amen .


                                                                                           Harris

Overweging van Harris Brautigam.

Het Boek Samuël leest als een politieke roman. Israël, als volk in opkomst vertoont het alle stuipen van een opgroeiend kind. Zoals: Maatschappelijke en sociale onrust, corruptie, heen en weer zwalkend beleid van de oudsten van het volk; ontrouw aan de waarden en normen zoals door Israëls God in de Tien Woorden vastgelegd. Daarnaast zijn er nog allerlei bedreigingen van omringende volkeren - zoals Amalakieten en Filistijnen - die niets van dat opdringerige en agressieve Jodenvolkje moeten hebben, die bovendien hun goden beter vinden, en pogen de Ark - het centrum van Israëls Godsdienst - te elimineren. In die context spelen zich de levens af van Samuël, Saul, David en Goliath, om maar een paar namen te noemen. Samuel de profeet, Saul de eerste koning, David zijn opvolger, en Goliath als de gevaarlijke bedreiger van Israël. Deze tegenstander van het Joodse volk wordt beschreven als een reus van ruim 2 meter - wat voor die tijd inderdaad een indrukwekkende mensenlengte was - met tientallen kilo's zware harnas en die als uitdager 40 dagen angst zaait onder Israëls legertroepen. Uiteindelijk wordt hij door David verslagen.
Ik maak een sprong vanuit het verhaal over David en Goliath naar nu, onze tijd, en zoek naar overeenkomsten met dit bijbelboek: Wie zijn de Davids en de Goliaths van nu? Wie zijn de Israëlieten en wie de Philistijnen.

Ik werd op dat idee gebracht door een artikel van Ayaan Hirsi Ali in het dagblad TROUW op zaterdag 15 oktober.

Ayaan Hirsi Ali, geboren in Somalië woont nu sinds 1992 in Nederland en is sinds 2003 lid voor de VVD in de Tweede Kamer. Zij is Islamitisch opgevoed en maakt zich zeer veel zorgen over de dreigende en groeiende invloed van, zoals zij dat noemt, de "zuivere Islam", die zij als gewelddadig en onverdraagzaam typeert en als een grote bedreiging ziet voor de Europese Christelijke cultuur. Zij spreekt van "onbeheersbare invloeden van buitenaf", die geslepen, uitgekookt en gewelddadig iedereen aan de wetten van die zuivere Islam trachten te onderwerpen. We hebben er inderdaad al vele voorbeelden van gezien en gehoord. En overeenkomstig haar opvatting bekritiseert zij de Nederlandse politiek en mentaliteit als ook de opstelling van het Christendom. Het is in haar ogen te soft, te gemakzuchtig en blind voor de gevaren. Zij spreekt over "een ziekte die het zenuwstelsel van de Europese cultuur aantast". En die ziekte wordt veroorzaakt door een virus van het zogeheten 'christelijke wensdenken' dat 2 riskante kenmerken heeft:

Namelijk:
- Uit alle informatie en berichten over de dreigingen worden alleen maar die elementen geselecteerd, die de gemoedsrust in stand houden;
als voorbeelden geeft zij aan, dat wij niet in de gaten hebben dat er wel degelijk toegewerkt wordt naar het verdrijven van de christelijke cultuur, door indoctrinatie en door in een vergrijzend Europa het opvoeren van het eigen kindertal.
- Tegen beter weten in wordt volgehouden dat culturen en godsdiensten gelijkwaardig zijn.
Zij stelt dat dat beslist niet het geval is maar dat vanwege een te grote angst voor discriminatie de feitelijke ongelijkwaardigheid verdoezeld en ontweken wordt.

Toen ik dit allemaal een beetje tot me door had laten dringen vroeg ik me af wat het wezenlijke verschil is met het verhaal uit boek Samuel. De één noemt de ander terrorist en de ander noemt de één ongelovige en claimt dan het recht om die ander te elimineren. Dat recht claimde toen Goliath.
Wie is nu de Goliath van toen? President Bush of Bin Laden met zijn gemanipuleerde zelfmoordenaars?
Het gevolg van dit alles is een toenemende achterdocht in onze samenleving aan beide zijden, een groeiende angst voor elkaar. We dreigen meer en meer verstart in slagorde tegenover elkaar te komen staan. Het lijkt mij dat Christenen en Islamieten, zo langzaamaan bezig zijn elkaar te gijzelen in angst.

Ik ben niet gelukkig met het verhaal van Ayaan Hirsi Ali, want het geeft me het gevoel dat ik in die onbeweeglijke slagorde moet gaan staan. Dat betekent dus einde aan een open dialoog en open oog voor de werkelijkheid. Tegelijk besef ik dat ik haar waarschuwing niet kan en mag behandelen als onbelangrijk geklets. Een gewaarschuwd mens telt voor twee speelt hierbij mijn hoofd.

Ik zoek naar een David voor onze dagen. Waar kan hij mij inspireren.

Ik vind het boeiende in Samuels verhaal dat David heel nadrukkelijk de wapenrusting die Saul hem bood afwijst als een veel te grote belemmering. Hij vervalt niet in het traditionele geweldsdenken van leer om leer. Hij is creatief. Hij kiest zijn slinger en de gladde stenen. Hij blijft bij zichzelf en vertrouwt op zijn God en zijn eigen flinkheid. Dat ligt in één adem bij hem
En Goliath valt dan uit zijn rol van dreigende reus als hij David met die stenen ziet: "Ben ik dan soms een hond", zegt hij verontwaardigd. De reus blijkt toch een gevoel van eigenwaarde te hebben. Zijn groteske wapenrusting heeft die toch niet helemaal verdrongen! Wat zou er gebeurd zijn als David de kans had gekregen om op dat gevoel van eigenwaarde in te gaan en zoiets te zeggen als: "Jij bent voor mij geen hond, maar ik wil met je praten"! Dat komt er helaas niet van. David treft Goliath midden in het voorhoofd. Dit gebaar is voor mij een sprekende metafoor, het houdt voor mij de bijbelse boodschap in van de uiteindelijke ontmaskering van de macht. Het laat zien dat men levend vanuit Gods Geest tóch niet hoeft te kiezen voor gelijke munt van "Jij geweld, dan ik ook geweld"!

Dat gaat niet vanzelf. Dat vraagt creativiteit in denken. Dat vraagt in onze samenleving kracht van mensen die weigeren zich in hun angst vast te laten zetten. Daar hebben mensen elkaar blijvend hard voor nodig. David is het voorbeeld van de beweeglijkheid in denken: hij laat zich niet vast pinnen in de slagorde van angstverwekkende opvattingen. En dat is natuurlijk tegelijk wel heel wat anders dan: over zich heen laten lopen, of in gemakzucht weg te zakken en Gods water over Gods akker te laten lopen en bedreigingen te bagatelliseren.

De wereld zucht en kreunt in barensweeën hoorden we zo-even van Paulus. Zeg dat wel! We ervaren het bijna dagelijks aan den lijve nu we steeds meer geconfronteerd worden met dreigingen van terreur, met voorlichting en info hoe we met aanslagen moeten omgaan; hoe treinen worden stilgelegd als er draadjes uit een rugzak komen. Beschuldigende vingers gaan over en weer, wantrouwen wordt gewekt en onbegrip gekweekt. Het is allemaal zo verlammend. Bush en Bin Laden zijn beiden de Goliaths die elkaar en de wereld verlammen. Maar David heeft zich niet laten verlammen. Slimme en assertieve herdersjongen weigert te kiezen voor de wapens van geweld. Hij kiest voor het onverwachte, hij blijft bij zichzelf en bij zijn geloof in de Eeuwige. Hij geeft het voorbeeld hoe botheid doorbroken kan worden. Dat verrassende element, zo nodig in onze tijd, daar moeten we naar blijven zoeken. Met elkaar. Ook met 'die anderen'! Voor één ding ben ik bang: dat we ons in de slagorde van de angst opstellen. Dan ebben we verloren. Dan zijn we het besef kwijt dat wij allen, zonder uitzondering door God, welke naam Hij ook draagt, geroepen zijn om met elkaar deze wereld voor elkaar bewoonbaar te maken!

Dat het zo moge worden! Amen

Voorbeden.
Laat ons samen bidden

- Voor hen die een verantwoordelijke positie hebben in kerk en maatschappij: dat wijsheid, rechtvaardigheid en onbaatzuchtigheid de basis is voor een doortastend beleid;
dat zij ons blijven voorgaan bij het zoeken naar ruimte voor de dialoog met anderen; dat bewegelijkheid van geest hen behoedt voor verstarring.
-
Voor de slachtoffers van de natuurrampen in Pakistan, Kashmir, Midden Amerika en Afrika;
voor de slachtoffers van moordaanslagen en opstanden;
voor onszelf dat wij met al die negatieve berichten ons niet afkeren van het leed van de anderen;

- Om ruimte en hoop bidden wij U voor onszelf: dat wij blijven leven van uit het gelovig besef dat er niets is dat ons kan scheiden van Uw liefde voor ons in Jezus Christus: geen macht, geen kracht, geen theologie, geen dogma: dat angst geen vat op ons krijgt:

- Voor de zieken onder ons,
de vluchtelingen, en degenen die met angst en beven de uitslag afwachten op hun aanvraag voor een verblijfsvergunning;
voor onze kinderen en kleinkinderen, dat wij hen door onze zorgen niet deprimeren maar dat we bezield blijven ons in te zetten voor een wereld waarin het voor hen goed is om in te wonen;
Voor al die onbekenden, anoniem opgeslotenen die lijden onder de tirannie van een heerszuchtig en onbetrouwbaar regiem;
gedenk ook onze doden, die ons zijn voorgegaan: neem hen op in het Rijk van Uw heil en laat de herinnering aan hen ons tot troost en zegen zijn.

- Gij, Eeuwige, wij hebben U nodig. Blijf bij ons. Dat wij U trouw blijven en geen ander verwachten. Dat wij ons niet laten afschrikken door wat ons soms bedreigt. Dat wij geen ander zoeken dan Gij, die ons kent van alle eeuwigheid.
Amen


Zegen.
De Heer zegene en behoede U,

De Heer doe zijn aanschijn over U lichten
En zij U genadig;
De Heer richte zijn ogen tot ieder van ons en geve ons vrede: amen

Ga nu allen heen in vrede, met de woorden van een ver verleden:
Gezegend gij met Abraham, Sara, Hagar, Ismaël en Isaäc,
Moge de Levende ons zegenen en behoeden
Moge zijn aangezicht ons verlichten en H/Zij ons genadig zijn,
Dat Z/Hij met ons is

         
       
 

 
 

RG 2005-10-23 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl