Bijdrage Diana, viering 30 maart 2008.
 
 


Voorganger: Diana Vernooij

 
 

 

lezingen:

1 Tess 5: 16-22

enesis 8: 6-14

Johannes 20: 24-29

 

Thema: onderzoekt alles en behoudt het goede

         
 

Inleiding

 

Lieve mensen, hartelijk welkom deze eerste zomertijd-zondag in 2008, met een uurtje minder slaap.

 

We beginnen vanmorgen met de droevige mededeling dat Carla Blaauw-Montijn afgelopen donderdagmorgen plotseling is overleden. Carla is 83 jaar geworden. Vorige week was ze nog hier in de kerk. Het leek, na een reeks ongelukken, weer goed met haar te gaan. Carla was een van de Duiven "van het eerste uur", sinds wij de kerk 35 jaar geleden zelfstandig hebben voortgezet. Ze heeft zich in haar sterke jaren volop ingezet: schoonmaken, koffie zetten en zorgen. 12½ jaar geleden is Carla met Cees in de Duif getrouwd. Aanstaande dinsdag zal er voor Carla om 3 uur 's middags in de Duif een herdenkingsdienst worden gehouden.  We leven allemaal enorm mee met Cees, wensen hem veel kracht en we zullen Carla missen.

 

Dan nu naar het thema van vandaag.

Vertrouwen is goed, controle is beter – het was Stalin geloof ik, die dat zei. Het is de cynische variant van ‘onderzoekt alles en behoudt het goede', het thema van de lezingen van vandaag. We gaan het hebben over de waarde van onderzoeken, nieuws­gierig en onbevoor­oordeeld zijn, vol verwondering, hoe je dat doet en wat het je brengt.

 

We bidden en zingen en zijn stil met elkaar. Opdat we weer de ogen van een kind terugvinden, en zien wat is.

Een goede viering!

 

 

Overweging:

Deze week heeft Geert Wilders zijn vaste overtuigingen en rigide stellingname nu ook in beeld omgezet. Het is een film geworden waar innerlijk geloof en rijkdom van velen op een hoop wordt gegooid met de uiterlijke manifes­taties daarvan van groepen fundamentalisten. En terwijl dit gebeurt gaan wij verder met ons eigen persoonlijk onderzoek. U maakt het misschien ook wel mee, maar mij overkomt het af en toe weer, dat ik verdacht wordt van fundamentalistisch geloof, puur en alleen omdat ik geloof.

Maar wij in de Duif zijn juist van het soort geloof dat eindeloos onderzoekt, vraagt, kijkt, zelf oordeelt, verantwoording neemt, nieuwsgierig is. Wij geloven niet dat religie voorge­schreven is, het woord van God onbetwistbaar duidelijk op papier gezet. Nee, religie is juist telkens weer die woorden die we lezen onderzoeken. We bevragen ze en nemen ze niet klakkeloos aan. Ook het Woord van God wordt in mensentaal gekend en is dus feilbaar verwoord. God heeft ons nodig om deze woorden telkens opnieuw tot vruchtbaar leven te wekken.

Soms líjkt het ook een onuitroeibaar kenmerk van (alle) godsdiensten dat de waarheid niet bevraagd mag worden. In de Islam zien we daar tal van voorbeelden van, maar ook in het Christendom en in alle andere religies zien we steeds weer de verkramping dat de waarheid op gezag aangenomen moet worden. Omdat de onfeilbare paus het zegt; omdat de bijbel het exacte Woord van God is; omdat Mohammeds visioenen niet bevraagd mogen worden.

Weg ermee!

 

Beproefd alles, behoud het goede en vermijd alle kwaad, in welke vorm het zich ook voordoet. Deze vermaning van Paulus in de brief aan de gemeente in Tessalonika is me uit het hart gegrepen. Ook dat tweede deel van de zin, dat hoort er echt bij: vermijd alle kwaad, in welke vorm het zich ook voordoet. Samen betekent dat wij zelf verantwoor­de­lijk zijn voor wat wij goed vinden in ons leven en wat niet. Niemand heeft het recht of het vermogen daar over te oordelen.

Op gezag van een ander aannemen wat juist is, die vorm van geloof heeft gelukkig afgedaan. Dat bedoelen we tenslotte als we zeggen dat Jezus de incarnatie van God in de mensen is, als we zeggen dat het Woord (met een hoofdletter) vlees is geworden. God is in de mens opgestaan. Jezus heeft met alles in zijn leven opgeroepen tot een persoonlijk geloof – zelf vanuit je hart weten wat goed is, daar vrij naar handelen, en daar ook verantwoor­ding voor nemen. daarom heeft de apostel Thomas helemaal gelijk met zijn twijfel – waarom aannemen wat een ander beweert?

 

Het is bijna onmogelijk om deze tekst over Thomas nog onbevangen te lezen. Dat is het sowieso met teksten die we hier in de kerk in onze cycli herhalen. Er is al zó vaak uitleg aan gegeven, en deze interpretaties zitten zó vast in je geheugen. Thomas was toch de ongelovige Thomas en dat was niet best. Hoort u óók dat verwijt in de tekst, in Jezus' stem? En stáát dat verwijt er ook? Ik geloof het niet. Wij lezen het erin, met de toon waarmee we het uitspreken. Even terug naar de tekst. Staat er (verwijtende toon) : ‘Omdat je me gezíen hebt, geloof je.' of staat er (zonder die toon) : ‘Omdát je me gezien hebt, geloof je.' Dit laatste is puur een constatering, jij gelooft omdat jij ziet. Daar is niks mis mee. Het ís geen verwijt.

Wat de verwarring lijkt te stichten is wat Jezus in dezelfde zin zegt: “gelukkig zijn zíj die níet zien en tóch geloven”. Als ik dit zo voorlees, los van de vorige zin, is dat in eerste instantie ook een constatering – en geen verwijt.

Maar Jezus doet hier wel even een uitspraak: “Gelukkig zijn zij die niet zien en toch geloven”. Wat vinden we daar dan van? Mm, hier beginnen mijn vragen. Is dat wel zo? Ben je gelukkig als je gelooft zonder gezien te hebben? En staat dit niet lijnrecht tegenover: Beproeft alles, behoudt het goede? Wat is er goed aan niet zien en wel geloven, aan op gezag aannemen, geloven wat een ander beweert?

 

Laten we kijken naar het verhaal van Noach. Hij begint toch ook maar mooi met geloof. Hij geloofde wat God zei, dat er een zondvloed zou komen. Hij heeft een ark gebouwd om te overleven, terwijl iedereen hem waarschijnlijk voor gek verklaarde. Dan wordt de aarde verzwolgen door het water en gaat het verhaal verder.

Wonderlijk, Noach geloofde de waarschuwing dat er een zondvloed zou komen. Dit kon hij niet testen. Wat ons dit zegt, is dat twijfel niet alles zaligmakend is. Het kan soms niet anders. Dan neem je iets aan, omdat iemand die je vertrouwd het zegt. Maar je neemt het aan totdat je het zelf hebt ervaren – dan pas krijgt het de kracht van waarheid. Als iemand zegt dat appels eten gezond is, wil je dat best aannemen en ga je het beproeven. Noach geloofde en bouwde zijn ark. En hij beproefde en werd bevestigd in zijn geloof: de zondvloed kwam.

 

Zo gaat het ook met religieuze overtuigingen. Je wilt ze best overwegen, tijdelijk aannemen. Maar wat hebben ze voor nut, als je ze niet onderzoekt? Wat is de kracht er van? Iets aannemen zonder ondervinding wordt een star houvast, als Noach wachten op een zondvloed die maar niet komt. Dit soort houvasten mogen niet ter discussie staan. Ze mogen niet beproefd worden, stel je voor dat je er jaren naar leeft en ze geen stand houden! Dat zou pas pijnlijk zijn. En helaas is dit voor veel mensen reden om hun geloof met hand en tand te verdedigen tegen vragen en kritiek.

 

Goed, beproeven is dus belangrijk. Zonder beproeven geen levend geloof, geen leven eigenlijk. Dan komen we bij een hele belangrijke vraag: wat is dat – beproeven? Is dat hetzelfde als twijfelen? Is het hetzelfde als nadenken? Als oordelen over ervaringen? Wat is beproeven nu eigenlijk? En hoe doe je dat? Dit zijn hele belangrijke vragen. Wan beproeven is dit alles niet. Je hebt spirituele helderheid nodig om goed te kunnen beproeven.

Als het je om waarheid gaat, om dat wat achter de verschijnselen ligt: zin, betekenis, als het over god gaat, over geluk en wijsheid – dan moet je wat je je in je hoofd hebt gezet echt kunnen loslaten. De menselijke geest is heftig, bij de eerste de beste impuls, wat je ziet, wat je hoort, wat je voelt – je geest gaat er al mee aan de haal. Maakt verhalen, fantasieën, interpretaties. Als je je vertrouwde denkbeelden niet loslaat kun je niets nieuws zien. Je ziet alleen je oude verwachtingen weerspiegeld, je oude ideeën bevestigd, je oude angsten opgerakeld.

 

Als ik lees dat Jezus tegen Thomas zegt: ‘Omdat je me gezien hebt, geloof je' – dan is het mijn gewoontepatroon, de interpretatie die ik zo vaak heb gehoord die maakt dat ik denk dat Jezus Thomas veroordeelt. Die verwachting, die gewoonte moet ik dus loslaten om echt te kunnen luisteren en kijken, om echt te kunnen horen en zien wat deze tekst me te zeggen heeft. En dat kan alleen als je alles onderzoekt – met een heldere geest, als je alle interpretaties en ideeën loslaat.

Laat vooral je nieuwsgierigheid het werk doen, je verwondering. Ga maar leeg als een kind, wees aandachtig, voel, ervaar en beproef.

Nodiging

Ik nodig u allen graag uit voor brood en wijn, ons wekelijks ritueel van breken en delen. Hoe je ook in het leven staat, wat je ook geloofd of niet – je bent genodigd.

We delen met elkaar het leven om elkaar te verlichten en elkaar een steun in de rug te zijn.

Moge het delen van dit brood en deze beker ons sterken in de hoop dat Gods kracht in ons tot leven komt.

Komt allen, want alles is gereed.

 

Vrede en alle goeds
Voorbeden

 

Voor iedereen:

 

Vergeet niet je ogen

te openen voor het licht,

ook al is het duister in je hart

 

Vergeet niet je hart

te openen voor de liefde,

ook al is je leven zwaar

 

Vergeet niet je leven

te openen voor de ander,

bode van Gods licht en liefde.

 

Laten we bidden:

Eeuwige Geest, …

 

 

Zegenbede

 

Moge de Krachtige en Tedere dicht bij ons zijn

de komende dagen en alle dagen in ons verdere leven.

 

Moge Zij onze ogen openen en ons hart doen ontwaken,

opdat we onverschrokken en vol mededogen

midden in het vuur van het leven durven staan.

 

Moge Hij ons kracht en tederheid schenken

en steeds weer een nieuw begin.

Amen

 


 
       
 
 

RG 2008-03-30 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl