|
||||
Bijdrage Harris Brautigam - 28 september
2008
|
||||
Voorganger: Harris Brautigam Lector: Sem van de Pol Thema: Twijfel: last of zegen
Lezing: Psalm 25 Overweging Deze 25 e psalm heeft net zo'n ontspannen sfeer als die 23 e . U weet wel, die psalm van “De Heer is mijn herder, niets zal mij ontbreken”. Heeft die 23 e psalm nog iets meer de sfeer van een gebed, van een kleine afstand. Die 25 e psalm heeft meer iets van een grotere nabijheid tussen die biddende mens en zijn God. Zo'n beetje de klank van: ‘Wij zijn maatjes, hè God. Ik vertrouw je alles toe, maar laat me dan ook niet in de kou staan.' Zoiets dus. Veel vertrouwen. Geen angst. Bijna op voet van gelijkheid. Maar wel met veel respect en inzicht van: “Ik heb je wel hard nodig”.
Toen we op de liturgieavond dit psalmgebed tot ons door hadden laten dringen overheerste de stemming dat wij nog lang niet zover in ons geloof waren. De dichter was stukken verder in zijn geloof en vertrouwen dat het wel goed zit tussen God en hem. Iets om jaloers op te zijn was onze conclusie.
Al gauw viel het woord ‘twijfel'. Ik wil geen propaganda gaan houden voor: “Kun je nog twijfelen, twijfel dan mee”! Maar soms bekruipt me de gedachte dat mensen ontzettend bang zijn voor dat verschijnsel. Alsof dan het hele bestaan wordt ondermijnd. Ik kan anders niet verklaren waarom sommige godsdienstige mensen helemaal in de stress raken als er aan hun geloofsovertuiging getornd wordt. Er is in die jaren zestig, zeventig in de katholieke kerk wat gescholden, liefdeloos gereageerd en verdacht gemaakt toen andere ideeën en praktijken schoorvoetend werden ingevoerd. Ik herinner me nog uit die tijd hoe in mijn Obrechtparochie je aan de communiebank niet meer je handen onder het witte doek hoefde te doen, maar een zilveren schaal aan elkaar moest doorgeven om de hostie op je tong te ontvangen. Sommigen werden razend, schreven dat toe aan onbeschoftheid en respectloosheid voor het heilige. Ze gaven geen geld meer aan die kerk, en kwamen niet meer in de kerk! Mensen verdroegen het niet meer, toen het altaar werd omgedraaid en de priester met zijn gezicht naar het volk de mis ging lezen. De bom barstte helemaal toen er liedjes met een Nederlandse tekst werden geschreven. Huub Oosterhuis heeft wat modder over zich heen gekregen. Ook priesters die het celibaat achter zich lieten hebben het in die tijd verschrikkelijk gehad. (ik niet meer, want toen was men er aan gewend!)
Wat me steeds heeft bezig gehouden was: waar komt toch die enorme boosheid vandaan. Moet dan alles blijven zoals het was? Ik bedoel dit nu speciaal op het terrein van God & Mens. Zeker, zaken die je dierbaar en lief zijn, maken je kwetsbaar en misschien extra gevoelig. Dat geldt voor alle terreinen: van muziek, vriendschappen, politiek tot godsgeloof. Psalm 25 bidt dan ook meteen: “Laat mijn vijanden niet over mij lachen”! Want hun gelach kan je soms terecht het gevoel geven dat de bodem onder je voeten wordt weggehaald. Maar die boosheid, dat fanatisme die bikkelharde opstelling om tussen God en Mens alles bij het oude te laten. We zien dat nu heel sterk bij diegenen die de Koran fanatiek willen handhaven en andersdenkenden meteen als ongelovigen typeren en zelfs willen opruimen. Dat was in de tijd van de middeleeuwse Inquisitie vanuit de Katholieke toen precies hetzelfde en onbegrijpelijk misdadig. Dat is gelukkig voorbij. Maar keihard en onbeschoft vasthouden aan het oude vertrouwde is er nog, zoals laatst in Groningen bleek toen de nieuwe aartsbisschop bij zijn afscheid uit dat bisdom het een Pastoraal Werksters onmogelijk liet maken tot hem te spreken! Ik vraag me steeds in opperste verbazing af: waarom van die kerkleer een brok beton maken, wat onverteerbaar is en waar je alleen maar je tanden op kunt stuk bijten? Angst voor de twijfel? Dat het gezag ondermijnd wordt en de macht verloren raakt? Oprecht bang en bezorgd zijn dat God uit het zicht raakt? Ik wil hen die oprecht bezorgd zijn om God niet uit het oog te laten verliezen niet in een kwaad daglicht stellen. Maar wel zou ik ze die psalm 25 willen voorleggen: wat een beweging, wat een dynamiek spreekt er uit: een dynamiek van het op weg zijn, van het laten zien, van het begeleiden langs de weg van het recht, van het leren van Zijn paden: kortom deze psalm straalt de dynamiek uit van het OP WEG ZIJN. Op weg zijn, met en naar God!
Wat betekent dat anders dan goed uitkijken, zelf kiezen, durven verantwoordelijkheid te nemen: onzekerheid en twijfel incalculeren, maar toch gaan! Indirect wordt dat aangegeven in die veel kortere lezing van Ezechiël: je hebt de mogelijkheid om zelf te kiezen, dáár liggen je verantwoordelijkheid en consequenties! Het lied wat we net gezongen hebben over die plataan: uit staat en stand losgewoeld, omgewaaid, helemaal kapot van alle zekerheden beroofd, boomgrens voorbij, ik ben nergens meer……….en dan opeens in die verlatenheid, in die vrieskou van stille twijfel tot jezelf komen, ontdekken dat diep in jezelf die niet aflatende roep van die Ene kan klinken, als een vlaag van knoppen die op springen staat, Die je uit je zelf drijft naar iemand toe, tot je hem vindt! Te gek voor woorden, een zee van dromen van God met ons gaat in mij tekeer!
Twijfel, zo bleek in ons gesprek op die maandagavond, blijft een moeilijk artikel. We dachten met bewondering en veel respect terug aan Gerdi, die tijdens haar leven in ons midden zo'n zekerheid uitstraalde. Maar ik weet zeker dat dat niet de zekerheid van het gestaalde harnas was. Het was een zekerheid die gerijpt was in liefde, in het bad van de twijfel van haar eigen leven. Maar die heeft ze kunnen delen met al haar dierbaren, met de vrienden en vriendinnen van de Duif! Precies volgens die psalm: langs de paden van vriendschap met velen, en trouw aan hen, komt die Ene!
Moge dat ook bij ons en bij de onzen zo in vervulling gaan!
|
||||
|
||||
RG 2008-10-12 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl |
||||