Bijdrage Helma Schenkeveld - zondag 25 oktober 2009

 
 

 

Voorganger: Helma Schenkeveld

Lector: Joyce Woudenberg

<- Joyce Woudenberg

Thema: Zie jezelf, zie een ander

lezingen:

Bevrijd ( Judith Herzberg)

Verhaal: De maansikkelbeer

Marcus: 10; 46-52

Welkom en inleiding.

Welkom lieve mensen, vandaag in de Duif. Welkom aan jullie allemaal, die vandaag weer de moeite hebben genomen om op pad te gaan op deze zondagochtend, om hier met z'n allen bij elkaar te komen. Fijn dat jullie er zijn. Een hartelijk welkom ook aan de zussen en zwagers van Gerdie, die vandaag ook speciaal voor Joyce en mij hier vandaag gekomen zijn. Onze begroeting vanochtend voelde heel warm en hartelijk. En vandaag een speciaal welkom aan iemand, die gisterenavond al op pad is gegaan, om hier vanochtend aanwezig te kunnen zijn. Welkom lieve zus van me, dat je vanuit Toulouse bent gekomen en dat ik vandaag deze dag met jou mag delen.

 

 

Leef de liefde, hoop op hoogte, delf de diepte, keer het om, bekijk de wereld eens op een andere manier: zie jezelf en zie de ander. Kijk eens naar jezelf, met een eerlijke blik. Durf jij met open ogen naar je spiegelbeeld te kijken? Durf jij jouw eigen pijn, onmacht en onvermogen onder ogen te zien. Kan jij er mee omgaan? Op welke manier doe je dat? En …hoe zit het met de ander? Hoor jij de nood in de stem van de ander? Kan je de pijn van een ander verstaan, die het uitschreeuwt en niet voor rede vatbaar is? Kan je het verstaan? Heb je ook een manier om ermee om te gaan?

 

Zie jezelf, zie de ander. Laten we stil worden. Laten we ons openstellen in dit uur voor de liefde en de inspiratie, die hier aanwezig is.

Overweging.

Wat een zorgen, en wat een strijd. Wat een strijd, om gehoord te worden. “ Jezus, heb medelijden met mij! Schreeuwde de man. Maar er kwam geen medelijden, niet van de omstanders. Nee, de omstanders snauwden hem toe dat hij zijn mond moest houden. Maar de man, de blinde bedelaar, hij liet zich niet van de wijs brengen, hij liet zich de mond niet snoeren. Ik denk dat hij voelde dat Jezus, de man van Nazareth, hem de verlichting zou kunnen brengen, waar hij zo naar snakte. En dus hield hij niet zijn mond, nee, hij schreeuwde nog harder: “Zoon van David, heb medelijden met mij!”

 

Medelijden. Mede-lijden. Is dat het kernwoord van dit verhaal? Is de vraag van de blinde bedelaar of iemand met hem wil mee-lijden? Of er iemand wil meedelen in zijn leed… Of er iemand is aan wie hij zijn verhaal mag vertellen, of er iemand is die naar hem wil luisteren…. Of er iemand is, die hem niet afsnauwt, die hem niet de mond wil snoeren…. Of er iemand is, die hem, de blinde bedelaar ziet staan, en die hem, de blinde bedelaar het licht in zijn ogen gunt…

 

Zie de ander. Zie de ander, zoals hij werkelijk is. Achter het uiterlijke vertoon van een roepende, vragende, schreeuwende of snauwende persoon zit een mens. Een mens, die kleerscheuren heeft opgelopen. Een mens die zich heeft bezeerd aan de rauwe kanten van het leven. Een mens, die bang is om alleen te zijn, een mens die verdrietig is om het verlies van een dierbare. Een mens, die de verbinding zoekt met een ander mens, en geen andere mogelijkheid ziet dan schreeuwen, roepen, slaan of schelden. Een mens, voor wie het moeilijk is om zijn eigen pijn onder ogen te zien…

 

En zie je zelf. Doe je ogen eens dicht en kijk naar jezelf. Ben jij in staat om je eigen pijn onder ogen te komen? Ben jij in staat om jezelf de spiegel voor te houden? Kan jij onder ogen zien hoe jij omgaat met problemen in het leven? Ben jij iemand die gaat schreeuwen en roepen en snauwen? Of ben jij iemand die alles verstopt? Ben jij iemand die alle verdriet en pijn binnenhoudt, die daarover niets aan anderen wil laten merken? Ben jij iemand die zich afzondert van pijn, waardoor je dat ook niet meer met een ander kan delen? Of ben jij iemand die zich volledig inzet om vriendelijkheid en gezelligheid om zich heen te creëren. Iemand die snauwende mensen tot rede wil brengen, ruzies probeert te sussen, en met heerlijk eten iedereen in een goed humeur probeert te krijgen.

 

Zoveel mensen, zoveel wensen. Zoveel verschillende mensen, zo veel verschillende manieren om in het leven te staan. Maar wat nou, als de mensen om jou heen jouw manier van leven niet verstaan? Wat nou, als ze het niet zien zitten om continu verzorgd en betutteld te worden? Wat nou, als ze niet meer kunnen omgaan met de sfeer van klagen en schelden en schreeuwen? Wat nou, als ze het aandacht geven en de lief bedoelde woorden zat zijn? Wat te doen, als het samen leven niet lukt?

 

Een manier is natuurlijk om op zoek te gaan naar gelijk gestemden. In eerste instantie lijkt mij dat ook heerlijk. Lekker met z'n allen een potje schreeuwen en klagen en roepen dat die hele wereld toch een rotzooi is, en dat het allemaal geen zin heeft om daar energie in te stoppen. Of lekker met z'n allen achter Jezus aanlopen, die bijzondere man die het lef heeft om een andere mening te verkondigen, die durft te zeggen waar het op staat. Maar ja, daar hebben we geen blinde bedelaars bij nodig. Dus als die een beetje om aandacht gaat lopen schreeuwen, dan snoeren we hem even met z'n allen de mond. En dan….hè….dan blijkt die Jezus daar toch anders over te denken. Dan blijkt Jezus wel aandacht te geven aan deze zonderling, en dan blijkt dat ook deze man hem daarna volgt op zijn weg.

 

Samen leven met iemand die gewond is. Samen leven met een mens, bij wie de pijn zo groot is dat hij of zij het alleen nog maar kan uitschreeuwen. De pijn is zo groot, dat ook de balsem van aandacht en lieve woorden wordt gevoeld als jodium in een open wond…De pijn is zo groot, dat je letterlijk en figuurlijk de ander bij je vandaan wil slaan. En dan….en dan is de vraag: “Hoe groot is jouw liefde?” Hoe groot is jouw liefde voor de persoon, die naast je staat? Hoe groot is jouw liefde, dat je bereid bent om weer en wind te doorstaan, for better and for worse? Hoe groot is jouw liefde, die je in staat stelt om je eigen pijn onder ogen te zien, en ondanks dat toch aan de slag te gaan? Ga jij aan de slag? Ga je op pad, de berg op, door weer en wind? Geef je een plek aan je eigen angst, laat je je niet weerhouden door het doornige struikgewas, de enge dieren in het bos, de onzekerheid waar je uit zal komen?

 

De vrouw uit onze tweede lezing ging op pad. Zij ging op pad, omdat zij wilde dat de passie zou terugkeren in haar man, dat zijn verstarde en boze wezen weer vreugde zou gaan beleven met haar. Zij ging op pad, omdat haar liefde groter was dan haar angst. Zij ging op pad, omdat zij geloofde in de kruidenvrouw.

 

Vraag niet wat de ander voor jou kan doen. Vraag wat jij voor de ander kan doen. Ga niet meehuilen met de wolven als het tegenzit in het leven. Zoek iemand op met hele andere kwaliteiten. Zoek iemand op, die je kan leren om de ander te begrijpen. Iemand die jou kan laten ondervinden hoe je iemand kan benaderen, die zo anders in elkaar steekt dan jijzelf.

 

Zie jezelf in de ogen, en zie de ander staan. Kijk naar jezelf, onderzoek hoe jij omgaat met pijn en verdriet. Investeer in jezelf om nieuwe manieren te leren om om te gaan met mensen, die zo anders zijn dan jijzelf. En neem de verantwoordelijkheid om ermee aan de slag te gaan. Om aan de slag te gaan met je eigen pijn en problemen. En ook om een ander niet alleen te laten in zijn pijn en zijn onmacht. Heb medelijden met elkaar, deel jouw leed en deel mee in het leed van de ander.

Zie jezelf, zie de ander, en ga samen op pad.

Amen .

 

 
       
 

| Archief/Bijdragen | Archief 2008 en 2009 |

 
 

RG 2009-10-25 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl