|
Voorganger: Maruja Bredie
Lector: Riet Engel
Thema: Thuis zijn
1e lezing: Efeziërs 5, 15-21
2e lezing: Psalm 126
3e lezing: Thich Nhat Hanh
Openingsgedachte: tekst van Krishnamurti in een bewerking van Maruja Bredie
Overweging.
Na de regen lagen de heuvels er schitterend bij. Ze waren nog bruin van de zomerzon, en spoedig zou het groen ontluiken. Het had nogal hevig geregend en de schoonheid van die heuvels was onbeschrijflijk. De hemel was nog bewolkt en in de lucht hing de geur van sumak, salie en eucalyptus.
Het was heerlijk te midden daarvan te verkeren en een vreemde rust nam bezit van je. In tegenstelling tot de zee ver onder je, waren deze heuvels volkomen stil. Toen je dit gadesloeg en om je heen keek, had je alles in dat kleine huis daar beneden achtergelaten - je kleren, je gedachten en de grilligheden van het leven. Hier bewoog je je heel licht voort, zonder een enkele gedachte of last, en met een gevoel van volslagen leegte en schoonheid. Het was werkelijk wonderbaarlijk en, vreemd genoeg, bleef het je de hele nacht achtervolgen. Bij het ontwaken, lang voordat de zon opkwam, was het nog in je hart, met de onbeschrijflijke vreugde die geen enkele oorzaak had.
Met deze woorden omschrijft Krishnamurti, een Indiaas spiritueel leider, zijn idee van thuis zijn, thuis voelen, thuis. Maar hoe zouden wij dat thuis zijn, ons thuis omschrijven. Is thuis de plek waar je onvoorwaardelijk jezelf kunt zijn, waar je je veilig voelt? Is thuis de plek waar je je ei kwijt kan, waar je serieus genomen wordt of waar je je jezelf serieus neemt? Is er ook zoiets als thuis zijn in of bij jezelf? Heeft thuis zijn te maken met ons vermogen tot wortelen tot ankeren tot staan met beide benen op de grond?
Wat zijn de voorwaarden en condities
die we zelf aan ons thuis verbinden? Want dat doen we, vaak en veel. Misschien
hebben we niet altijd in de gaten maar we zijn een kei in het plaatsen
van pionnetjes om onze grens af te bakenen en zetten regelmatig de voordeur
op een extra slot. Ik vind dat jij er raar uitziet, jij luistert niet
naar mij, zie je dan niet hoe moeilijk ik het heb. Je zou diep in je hart
misschien wel willen afdwingen dat het goed met je gaat, dat je je veilig
voelt, begrepen, geliefd. Er zijn mensen die dat ook na dit leven willen
regelen - voor de geïnteresseerden onder u, er bestaat de website
reserveaspotinheaven.com waar je, uiteraard tegen betaling, een vliegticket,
een informatieboekje en legitimatiebewijs krijgt, er is ook het all acces
pakket met een vip pas die toegang geeft tot het land van melk en honing.
Ter geruststelling staat erbij: mocht u onverhoopt niet in hemel terecht
komen, krijgt u zonder meer uw geld terug, no questions asked.
Een flauw grapje lijkt het, nietwaar, maar toch zegt het iets over ons
als mens, over onze onzekerheid, onze angst voor dit leven waar we het
soms zo moeilijk hebben en waar het inspanning kost om tevreden te zijn
met de plek die we innemen en blij kunnen zijn met onze eigen zijn. Wie
in tranen op weg gaat, dragend de buidel met zaad zal thuiskomen met gejuich.
Thuiskomen in jezelf, thuis in jouw zijn. Accepteren wat er is, de pijn,
het verdriet, de vreugde, alles wat er is.
Ayya Khema zegt het volgende: ons lichaam had altijd al een thuis. En
als we ons huis even bekijken, kunnen we zien dat alles wat aangenaam
is voor ons lichaam in dit huis aanwezig is. Alles is er: om te slapen,
te eten, wassen, uit te rusten, om afwisselend te bekijken, te beluisteren,
te ruiken, te voelen en te bedenken. Maar voor de geest zijn die voorzieningen
er helemaal niet. Hoewel het lichaam over alle voorzieningen beschikt
die te koop zijn en die we meestal heel vanzelfsprekend vinden –
iets wat in andere werelddelen zelden voorkomt - doet de geest toch gewoon
wat hij altijd deed zolang hij geen thuis heeft gevonden. Hij rent van
het ene naar het andere, bedenkt dingen die niet kloppen, houdt zich met
hindernissen bezig, praat ze goed en neemt het anderen kwalijk dat hij
ze heeft.
Hoe ingewikkeld en moeizaam zitten we soms met onze geest in elkaar. Hoe
ver weg lijkt het om lekker in je vel te zitten, niet te oordelen, ons
open te stellen. Hoe vast zitten we in de structuur van ons zijn, hoe
bang zijn we voor verandering. Vinden we innerlijke stilte, is er rust
in de tent, dan zijn we in staat een raam open te zetten. Gebruik uw dagen
goed en probeer te begrijpen, te voelen. Laat je inspireren zing en jubel
met heel uw hart lezen we vandaag.
Ik heb lang nagedacht over een uitspraak gedaan op de liturgieavond van
afgelopen maandag. "Ik verwacht helemaal niets, dus ben ik ook niet
teleurgesteld." Een prachtige uitspraak die eigenlijk de kern is
van vandaag. Als je in staat bent los te laten wat jij vindt dat een ander
moet doen, moet reageren, moet luisteren, dan heb je ook niet het gevoel
dat het niet gaat zoals je had gedacht of gehoopt.
Ik wil dit graag illustreren met een gelijkenis. Als we bereid zijn onszelf
los te laten is dat te vergelijken met een grote boom die op de oever
staat en met een tak over de rivier hangt. Aan deze tak is een touw bevestigd.
We nemen een aanloop, springen naar het touw, slingeren ons over de rivier
en laten ons op de andere oever neervallen. Het kan ook gebeuren dat we
ons over de rivier slingeren, maar niet kunnen loslaten en weer terugkomen.
Dat kan zelfs vele malen gebeuren, omdat we nog niet kunnen loslaten.
We hebben de beste voornemens en ook genoeg inzicht, maar toch lukt het
loslaten nog niet. Als we loslaten en op de andere oever neerkomen, zijn
we aanvankelijk natuurlijk wat onzeker. Het is een nieuw land, we zijn
er nog niet helemaal thuis. Maar zodra we wat gaan rondwandelen en de
heerlijke omgeving verkennen, komt dat gevoel gelukkig snel.
Misschien is dat wat we vandaag van deze teksten kunnen opsteken, ga eens
aan de wandel, kijk om je heen geniet van wat je tegenkomt, kijk niet
negatief maar let ook eens op de kleine tekenen van vreugde, van leuk,
van genieten. Laten we proberen bij onszelf thuis te komen zodat, zoals
Thich Nhat Hanh ons zegt, we niet langer overheerst worden door onze omstandigheden.
We moeten bij onszelf beginnen. Je bent veel groter dan je vermoedt en
ook jij bent in staat vrede te vinden in jezelf en dat uit te stralen
naar anderen. Ook jij bent in staat een raam open te zetten en in jouw
werkelijkheid, in je gewone dagelijkse leven vrede te vinden, wie en wat
je daarbij ook tot inspi-ratie dient. It is Grace that brought me safe
thus far, and grace will lead me home. Mijn hart draagt oude beelden en
in mijn hoofd klinken woorden van thuis.
Zo zij het.
klik
hier voor de overweging van de vorige week met Catrinus Mak
|
|