Bijdrage Bert van der Meer - zondag 8 mei 2011

 
 


Voorganger: Bert van der Meer
Lector: Hans Ernens

Lezingen:
Uit de nagelaten geschriften van Etty Hillesum - 20 juni 1942, half een
Joannes 21:1-14

Welkom en inleiding
We vierden de vrijheid, afgelopen donderdag, op 5 mei. Met bevrijdingsfestivals door heel Nederland, en artiesten die door de Koninklijke Luchtmacht in een Chinook helikopter werden rondgevlogen. Wat een heerlijke uitbundigheid!

Het weer in de afgelopen week was zo dat iedereen die niet hoefde te werken of naar school ging heerlijk kon genieten van zijn of haar vrijheid. Maar wat is nou dit vrijheid? Is die vrijheid dat je niet hoeft te werken? Dat je zelf je tijd kunt indelen? Is het de 30 artikelen van de universele verklaring van de rechten van de mens van de Verenigde Naties? Is het een gevoel dat je ervaart als je langs het strand loopt met je maat, met je blote voeten in het water en je hoofd in de zon? En wat is er voor nodig om het te bereiken?

Daar wil ik straks graag met u wat over nadenken.

We lezen vandaag uit Johannes een mooi en wonderlijk verhaal met donkere vergezichten, licht van de morgen en breken en delen, opnieuw. En we lezen Etty Hillesum, een voor mij nieuwe auteur met wie ik veel verwantschap voel. Etty heeft ons dagboeken en brieven nagelaten van haar laatste jaren voor ze in Auschwitz in november 1943 de dood vond.

Tenslotte is het vandaag ook nog moederdag. Alle moeders zijn vandaag extra welkom en we denken vandaag nog meer aan ze.

Ik wens ons een goede dienst.

 

Overweging
We lazen net een aanvankelijk wat duister vergezicht in het evangelie. De hele nacht vingen ze niets. Ik stel me zo voor dat je een hele donkere nacht aan het vissen bent, in een boot op het meer van Tiberias. Dat is hetzelfde als het meer van Galilea of het meer van Genezareth, in het Noorden van Israel, 21 bij 13 kilometer groot. Als het, aan het einde van die lange nacht eindelijk licht wordt zien ze iemand op de oever staan die ze aanraadt het net aan stuurboordzijde uit te werpen. Nu zijn vissers in de regel niet de meest volgzame mensen, dus het is wel bijzonder dat ze dat ook doen. Wat Jezus doet zou je prediking kunnen noemen.

Dan geschiedt er een wonder, het net raakt barstensvol vis, Johannes roept “het is de Heer”, Petrus springt overboord om naar de oever te rennen en de anderen trekken het overvolle net aan land. Een net met honderddrieenvijftig vissen. Ik heb even opgezocht waar dat voor staat Het geeft de aanwezigheid van de Eeuwige aan.
In 153 zit het getal 17, het Godsnaamgetal, negen keer. Dan is ook nog 17 + 16 +...+1 = 153. Een andere verklaring die ik las was dat 153 het aantal landen van de wereld was op dat moment, een link naar Pinksteren dus waarin de leerlingen worden opgeroepen uit te gaan naar alle landen.

En dan is er nog iets bijzonders. Jezus heeft een vuurtje aangestoken met brood erop en vis, nodigt hen en deelt.

Als we hier dan eens symbolisch naar kijken. De leerlingen hebben zich aanvankelijk laten beroven van hoop. Hun leidsman ten leven was gestorven, ze waren verward en bang en ze vervielen in oude gewoonten: ze gingen weer vissen. Dat leverde hen niets op. Toen verscheen Jezus aan hen en ze vingen vis. Zodra er hoop is, is er leven. Dan nodigt Jezus hen uit voor brood en vis en biedt zijn vuur aan om de net gevangen vis op te bakken. Hij deelt.

Voor de link van dit verhaal met vrijheid moet ik nog iets uitleggen.

Ik las laatst een uitstekend artikel van Bas Heijne waarin individuele vrijheid ter sprake komt. Verlichtingsdenkers, beginnende bij de Franse Revolutie, tot en met de universele verklaring van de Rechten van de Mens, geeft hij aan, hebben een grote invloed gehad op onze politieke ontwikkeling. Individuele vrijheid is in dat denken het hoogste goed. Maar is dat alles? Nee, zegt hij. De band die een mens met zijn gemeenschap heeft, dat verbindt de mensen onderling. Is in het verlichtingsdenken het individu en de ratio dominant, in de gemeenschapszin is dat instinct en emotie. De ene en de andere kant, dat is een menselijke worsteling.

Ik herken dat erg. Ik had al jaren het gevoel dat er iets miste in de ontwikkeling van steeds individueler, alles zelf bedenken, zelf kiezen. Ik miste de stem van de gemeenschap waarin je zit. En dat werd me nu duidelijk. In de vrijheid om te gaan en te staan waar we willen, bewegen we ons in groepen. Voorbeelden te over: we stemmen onze kleding af op onze werkomgeving, we horen graag bij een voetbalclub, een blad, een krant, een omroep, een televisieprogramma, onze keuze van boeken, muziek, eten, de manier waarop we onze kinderen opvoeden. In al die zaken zoeken en vinden we elkaar, voor bevestiging.

Je hebt ratio zowel als gemeenschapszin nodig om als mens te functioneren.

Dat is de plaats van het grootste ochtendblad van dit land. Is alles wat ze schrijven doordacht? Genuanceerd? Ze spreken wel elke dag circa meer dan een half miljoen mensen aan. Die vinden dat die krant hun instinct en emotie voelt. Dat is hun bestaansrecht. Er zijn andere kranten die de nuance zoeken.

Dat heeft alles met vrijheid te maken, maar we moeten nog een stap zetten. Bent u nog bij me?

Etty Hillesum schrijft: “De grootste roof aan ons plegen wij zelf Door ons achtervolgd, vernederd en verdrukt te voelen. Door onze haat. Door branie, die angst verbergt. Men mag best soms treurig en terneergeslagen zijn over het ons aangedane, dat is menselijk en begrijpelijk. Maar de grootste roof aan ons plegen wij zelf.”

Ze geeft ook aan waar dat bij haar toe leidt: ”Ik vind het leven mooi en ik voel me vrij. De hemelen binnen in me zijn even wijd uitgespannen als boven me.
Zij is op dat moment vrij, vrij van geest. Ze straalt, is licht in heel haar wezen. Ze is haar gemeenschap trouw, ze gaat vrijwillig naar Westerbork, omdat ze voelt dat ze daar, in haar gemeenschap, voor haar mensen, iets kan betekenen, hoe zwaar en hopeloos dat uiteindelijk ook zal blijken te zijn. Ze schrijft “het leven is moeilijk, maar dat is niet erg”. Het gaat haar niet om haar, niet haar lijf, zelfs niet haar persoon, maar dat zij er kan zijn met en voor andere mensen. Ze deelt haar leven.

En ze zegt ook, ergens anders “Je moet heel goed luisteren naar je eigen oerbron en vertrouwen hebben in jezelf en niet altijd maar laten verwarren door wat de mensen om je heen zeggen en beweren en van je zouden willen.”

Je oerbron, dat is je kompas, je diepste overtuigingen, ratio en ook gevoel. Die wortel je in de gemeenschap waarin je leeft. En daarmee kun je voor anderen wat betekenen.

Ik wil nog even terug naar het evangelieverhaal. Waar is de gemeenschap daar? Jezus roept op, maar hij heeft een publiek nodig om gehoord te worden. De leerlingen hebben een wonder nodig. En samen delen ze brood en vis.

Zo zijn vrijheid en verbondenheid gelinkt. Deel je leven en leef in vrijheid.
Dat wens ik ons toe. Amen.

Gebeden uit de gemeenschap
Laat ons bidden dat we onze vrijheiid gebruiken om elkaar te vinden
Te delen wat we hebben en wie we zijn
Zodat U bij ons kunt zijn

Laat ons bidden voor onze gemeenschap
Dat we in onze huizen, banen en clubs de ander vinden
En proberen samen de plek te vinden
Waar we vrij kunnen zijn

Slotgedachte
Deel je leven en leef in vrijheid.

 
       
 

Archief alle overwegingen 2011 en de voorgaande jaren

 
 

FV & RG 2011-05-12 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl