Bijdrage Helma Schenkeveld, zondag 14 augustus 2011

 
 

 

Lezingen:

als basis zijn gebruikt de liedteksten van Stef Bos:

Lied van Petrus,

Lied van Lea en

Lied van Ruth.

 

banner

"My brood is jou brood

Jou lewe is my lewe

Jou dood is my dood

En wanneer die donker kom

En jou mense my ontwyk?

Sal ek my liefde gee

Totdat die haat verdwyn

 

Want jou huis is my huis

Jou angs is my angs

Jou stilte my stilte

Jou land is my land " -  Stef Bos

 

Vierde viering: Niemand blijft hetzelfde.

Lector: Rieta van der Ende

Overweging door Helma bij de genoemde drie liedteksten.

Zeven maal opnieuw geboren.

Niemand blijft dezelfde.

 

Elke dag opnieuw de kans,

Om een andere kant

Van jou zelf

Te laten zien.

 

De kant die niet alleen naar binnen kijkt,

Maar ook de kant die naar buiten kijkt.

De kant die niet alleen vraagt: wat is goed voor mij?

Maar ook de kant die vraagt: wat is goed voor jou,

En: wat is goed voor ons?

1. Petrus, de krachtige, de rots. De man die huis en haard verlaat, om sterk te zijn, om met Jezus op pad te gaan ook al is dat gevaarlijk, om het op te nemen voor een ander.

 

Maar deze sterke Petrus is ook niet altijd sterk. Hij is ook bang, als een kind in het donker. Hij kent ook zijn zwakke kanten, maar praat daar liever niet over. Hij is een mens van het type: grote mond, en een teder hart. Hij is een mens, net als, ik, net als jij, net als wij allemaal.Hij kent de pijn van grote dromen en het niet waar kunnen maken. Hij kent de pijn van een grote mond te hebben en te zeggen: Jezus, ik verloochen jou nooit. Maar dan, als de haan drie maal heeft gekraaid, dan huilt hij als een kind, om wat hij heeft gedaan.

 

En hij leert hiervan. Hij vervolgt zijn pad, zich beter bewust van het feit dat ook hij een mens is. Een mens, die niet onfeilbaar is. Een mens met een wil, een wil om te leven. Een mens die de bezieling door zijn lijf voelt gieren, en dit in woorden probeert te uiten. En inderdaad, soms gebruikt hij hiervoor te grote woorden. Maar in zijn vurigheid probeert hij ook andere mensen aan te steken om elkaar lief te hebben. En natuurlijk zit daarin het gevaar dat je wordt afgewezen, of dat je de liefde ook weer verliest. Maar beter de liefde verloren dan nooit liefgehad. Beter de bezieling uitgesproken en nagejaagd, dan in een hoekje te klagen dat je niet zeker weet of je het wel kan.

 

En met de inspiratie van dit lied heeft Cees op maandagavond het volgende gebed geschreven, dat ik nu zal voorlezen.

 

Liefdevolle reisgenoot,

Als ik terugkijk op mijn leven, dan heb ik vaak voor de vraag gestaan: welke weg zak ik inslaan? Vaak heb ik op Petrus geleken: ik had U lief, maar toch heb ik u verloochend en verlaten.

Ik pretendeer U te zoeken en lief te hebben, maar ga toch vaak mijn eigen weg, een weg die niet de Uwe is. Toch heeft U mij niet laten vallen, ondanks alles bleef U mij wel liefhebben. Telkens als het fout was gegaan was U daar om mij weer liefhebbend op te nemen.

Ben ik U daar dankbaar voor? Ik probeer dit wel te zijn, maar dat kost mij vaak veel moeite. Maar hoe het ook zij, ik ben toch dankbaar voor al die jaren die ik van U gekregen heb. Met vallen en opstaan heb ik U lief gekregen en dit is het grootste geschenk dat ik in mijn leven heb gekregen.

2. En dan de bezieling van Lea. Lea is in de Bijbel de oudste dochter van Laban, en ze heet een jongere zus, Rachel. En deze jongere zus is veel knapper. Er komt een vreemdeling, Jakob, die de hand van Rachel wil. Maar de vader besluit dat de jongere Rachel niet kan trouwen voordat Lea trouwt, en met een list zorgt hij dat Jakob met deze Lea trouwt.

 

Dus Lea is aan de man, iets wat belangrijk was in deze tijd. En Lea is vruchtbaar, wordt zwanger, en ze schenkt Jakob meerdere zonen. En toch, toch heeft Jakob alleen oog voor Rachel. Laten we gaan luisteren naar het lied van Lea. Laten we horen wat deze onbeantwoorde liefde doet met Lea.

 

Lea is verbitterd geraakt. Zoals we hebben gehoord aan de klanken van de muziek, en in de tekst, vraagt Lea zich af: Wat doe ik hier nog? Op het oog heeft ze alles wat een vrouw kan wensen: een man, kinderen, voedsel en zelfs een slavin. In onze tijd gezegd: iemand, die je helpt met het huishouden. Maar Lea heeft niet wat ze zo zielsgraag wil: de liefde van haar man. En het is goed mogelijk dat ook in die tijd, duizenden jaren terug, Lea zich al afvroeg: Wat doe ik hier nog? Wat doe ik hier nog? Wat houdt mij hier vast?

 

Een herkenbaar beeld, ook in deze tijd. Mensen die op het oog alles hebben wat hun hartje begeert: een partner, kinderen, een huis, een baan, een auto. De mensen om hen heen benijden hen, en toch, als je ze beter leert kennen, dan blijkt soms dat hun bestaan leeg is. Ze hebben het wel altijd druk, en hebben altijd mensen om zich heen, maar hun bezieling zijn ze kwijt. Ze worden geregeerd door de omstandigheden of door hun ego., of wellicht door allebei. Eerlijk gezegd zie ik het teveel om me heen. Mensen die veel naar zichzelf kijken, en weinig naar de ander. Mensen, die in hun zoektocht naar zekerheid, vooral willen weten: wat is goed voor mij? En de vraag: wat is goed voor jou? En daarna: wat is goed voor ons? Deze vragen lijken in deze tijd niet meer te spreken.

 

En als ik dan zo bezig ben met deze overweging, met het kiezen van de lezingen, die luisterliederen zijn geworden, dan dringt bij mij steeds de vraag op: waar schuurt het? Hoe komt het dat bezieling en idealen zo niet van deze tijd zijn? Hoe komt het dat alles lijkt te draaien om geld en zekerheid en veiligheid? Zijn het de naweeën van de tweede wereldoorlog, die zich zo hebben vastgezet in ons denken en streven, in onze maatschappij en onze idealen? Of is het dat niet? Is het een gevolg van ons ideaal dat ieder individu zich zelfstandig kan ontplooien en een zelfstandig bestaansrecht heeft? En zijn de goede kanten hiervan doorgeslagen in onze maatschappij, omdat we de andere kant van die medaille, de gemeenschapszin, de waarde van samen leven, de bezieling die niet in zekerheden is te vatten, uit het oog zijn verloren? Zo veel vragen, die door mijn hoofd kunnen dwarrelen.

 

En vanochtend, onder de douche, had ik ineens het beeld weer voor ogen van de opstand in Soweto, tientallen jaren terug, in Zuid-Afrika. De opstand van de zwarte jeugd in Soweto, die geweldloos in opstand kwamen tegen het systeem van apartheid. En hun geweldloze opstand werd met geweld neergeslagen. En dan komen in mijn herinnering de opstand van de jongeren in de buitensteden van Parijs, een aantal jaren terug. En natuurlijk zijn ook de beelden en de verhalen van de opstand van de jeugd in Londen, afgelopen week, nog vers in mijn geheugen.

 

En dan vraag ik me af: is dit het conflict van deze tijd? Een conflict tussen generaties? Een conflict tussen degenen die houvast zoeken in zekerheid, veiligheid en bescherming ( en eerlijk gezegd denk ik met rillingen aan de officiële reactie van de Engelse politiek op de rellen daar) en degenen die op zoek zijn naar perspectief in hun leven, naar inspiratie, naar een doel om voor te leven, naar waardering en aandacht voor hun bestaan. Is het conflict van deze tijd dat we wel weten wat we zelf willen, maar het niet meer kunnen verbinden met een groter geheel?

 

3. En met deze beelden in mijn achterhoofd luister ik naar het lied van Ruth. Ruth, die meeging met haar schoonmoeder, een voor haar onbekende en onzekere toekomst tegemoet. Ruth, die koos voor loyaliteit boven eigenbelang.

Ruth, die zegt:

jou lewe is my lewe.

Jou droom is my droom.

Jou pad is ook my pad.

Ek zal naas jou staan al sal dit moeilyk wees.

 

Want: jouw toekomst, en jouw toekomst, en jouw toekomst, is ook mijn toekomst.

 

Laten we met elkaar luisteren naar het lied van Ruth.


 
       
 

Archief alle overwegingen 2011 en de voorgaande jaren

 
 

FV/RG 2011-08-15 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl