Bijdrage: Jan Andreae
zondag 25 november 2012

 
 


Voorganger: Jan Andreae
Lector: Domenica Ghidei Biidu

Thema: Vertrouwen tot in lengte van dagen

Eerste lezing: Psalm 23
Tweede lezing: Mattheüs 27:45-46
Derde lezing: Gebed van zielsrust

Waardering

... Wij zijn niet voor de afgrond gemaakt
Gewoon niet

Gelezen heb ik wat geschreven staat
Mij toevertrouwd aan onbewezen woorden
Niet voor de afgrond hebt Gij ons gemaakt
Geschreven staat Uw naam: Ik zal er zijn ...


Inleiding

Welkom aan alle bekenden, vrienden, familie en leden van deze gemeenschap. Welkom aan mensen van zo nu en dan, welkom aan diegenen die hier voor het eerst zijn. Welkom aan diegenen die hier vandaag gekomen zijn om samen te zijn, stil te zijn, samen te bidden voor hun collega’s, vrienden, families in Gaza.
Een week van bidden, waken, demonstreren. Diplomatie heeft geen vrede en rust gebracht.
Een volk dat in duisternis gaat.
Mensen die wonen in de schaduw van de dood.

Welkom voor Asim, voor velen hier een bekende, voor anderen wellicht een onbekende. Jaren geleden gevlucht uit Sudan. Met behulp van veel mensen hier aanwezig heeft hij zijn toegang naar een universitaire studie voor elkaar gekregen. Ambitieus, gedreven en vol hartstocht.
Volgende week moet hij Nederland verlaten. Heel plotseling en opeens. Vandaag zijn we samen om afscheid te nemen, om los te laten, om elkaar te zegenen, om samen – zoals mijn collega Diana dat in een mail aan mijn verwoordde - ons hart uit ons lijf te bidden.
Een jongeman die in duisternis gaat.

Ik voel me bevoorrecht deze viering samen te mogen doen met mijn oud-collega en vriendin Domenica.
Tweeëntwintig jaar geleden zaten we samen op de trap van ons kantoor. Die nacht was de Golfoorlog begonnen. Samen zaten we te huilen. Zonder elkaar iets uit te leggen, hebben we elkaar vanaf dat moment altijd begrepen.
Domenica is geboren in Eritrea. Op haar elfde jaar werd ze gescheiden van haar moeder. Op haar zeventiende kwam ze zonder ouders naar Nederland.
Nadat ze haar rechtenstudie heeft gedaan heeft ze zich door middel van heel veel verschillende functies altijd en overal ingezet voor mensenrechten.
Een vrouw die door duisternis ging.
Zij heeft de teksten van de schriftlezingen voor deze viering gekozen. Zij zal straks zelf aan jou vertellen waarom ze tot deze keuze is gekomen.
Samen hebben we gesproken over de duisternis van het leven, hoe het is om aanwezig te zijn in de schaduw van de dood. Over wat nodig is om daar bij te zijn of in te zijn. Eigenlijk spreken we daar al tweeëntwintig jaar over. We komen steeds op hetzelfde antwoord: kiezen voor vertrouwen hebben tot in lengte van dagen.
Dat hebben we dan ook als thema gekozen voor deze viering, met alles wat er is.
Ik wens je een verbonden, gedragen, aangeraakt, inspirerend uur.

Mag ik iedereen verzoeken om op te staan voor ons openingslied.


Gebed

Laten we stil worden
Laten we ruimte scheppen voor onze gevoelens van verdriet, van wanhoop en woede
Geef ruimte aan je tranen
Als je wilt schreeuwen dan is dat hier toegestaan
Geef je over aan dat wat is

Laten we in de stilte onszelf en elkaar vinden
Laten we ons realiseren dat we hier en nu, solidariteit opnieuw vorm geven
Laten we besluiten te blijven hopen tegen de feiten in
Laten we danken voor al het goede dat gedaan wordt, ieder uur van de tijd, overal in deze wereld.

Moge het zo zijn.


Lezingen

Mijn naam is Domenica Ghidei.

Vijftig jaar geleden ben ik hier ver vandaan geboren, in Keren een kleine stad in Eritrea. Mijn ouders komen uit het hoogland, uit de bergen.
Mijn moeder is, voor mij, de belangrijkste persoon in mijn leven. Zij heeft de belangrijkste fundamenten gelegd, zij heeft haar christelijke waarden voor geleefd en dat is het grootste geschenk die ik heb gekregen. Zij kon maar kort haar rol als moeder in mijn nabijheid vorm geven: de oorlog en migratie heeft ons van elkaar gescheiden toen ik 11 werd.

Mijn moeder was de tweede dochter van een Koptisch Orthodoxe priester. Een devote vrouw. Het Koptisch Orthodoxe geloof zoals ik het bij ons thuis en in Asmara heb beleefd is een liturgisch geloof, een geloof van rituelen, niet echt een geloof waarin het woord centraal staat. Centraal staat dienstbaarheid in stilte en overgave aan God.
Eén ding wat ik mee gekregen heb is dat God altijd bij me is. Dat betekent niet dat niets mij zou overkomen. Dat kon natuurlijk niet: Waar was God anders toen zusters en broeders als slaven werden onteerd, verhandeld verscherpt en verkocht.
Waar was God toen zussen, broeders en kinderen in Auschwitz werden vernietigd. Waar is God als we naar Gaza kijken?
Of tijdens de honger en de verschrikkelijke oorlogen in de tijd van technologisch vooruitgang.

Wat God ons en mij heeft beloofd is dat we op die donkere momenten niet alleen zijn.
Dat vertrouwen heb ik.

Psalm 23
Een psalm van David

De Heer is mijn herder, het ontbreekt mij aan niets.
Hij laat mij rusten in groene weiden en voert mij naar vredig water,
hij geeft mij nieuwe kracht en leidt mij langs veilige paden tot eer van zijn naam.

Al gaat mijn weg door een donker dal,
ik vrees geen gevaar, want u bent bij mij,
uw stok en uw staf, zij geven mij moed.

U nodigt mij aan tafel voor het oog van de vijand,
u zalft mijn hoofd met olie, mijn beker vloeit over.

Geluk en genade volgen mij alle dagen van mijn leven,
ik keer terug in het huis van de Heer tot in lengte van dagen.


Tweede lezing

Huub Oosterhuis vertelde over de Bijbelse personage Job bij de presentatie van het boek van Jan Andreae over Leiderschap. Satan ging Job testen hoe diep zijn trouw aan God zou zijn. De ene ellende volgde de andere op. God kon niet tegen houden dat Job geteisterd zou worden.
Een ieder van ons heeft in haar of zijn leven in meer of in mindere mate verzoekingen, tegenslagen en/of ellende meegemaakt. Momenten waarop ons eigen bestaan lijkt te wankelen. Regelmatig heb ik in mijn leven op het punt gestaan waarop ik dacht dit kan ik niet aan. Het is mij te zwaar. Vandaag is Asim in ons midden. Hij had zo graag een toekomst in Nederland opgebouwd, hij heeft er zo hard voor gewerkt. Volgende week moet hij weg, naar wij weten niet waar naar toe.

Matteüs 26:42b
‘Vader, als het niet mogelijk is dat deze beker aan mij voorbijgaat zonder dat ik eruit drink, laat het dan gebeuren zoals u het wilt.’

En toch moest ik de beker tot op de bodem op drinken...

Dat soort momenten kennen we allemaal, vluchten of niet, scheiden of niet, de wet overtreden om iemand te redden of braaf doen wat hoort, loyaliteiten...

En er kwam ook wel eens een moment waarop ik wanhopig mijn blik en stem tot God ging verheffen….

Matteüs 27:45-46
Rond het middaguur viel er duisternis over het hele land, die drie uur aanhield. Aan het einde daarvan, in het negende uur, gaf Jezus een schreeuw en riep luid: ‘Eli, Eli, lama sabachtani?’ Dat wil zeggen: ‘Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten?’


Derde lezing: Gebed van zielsrust

Op momenten waarop ik het niet meer weet en in de war ben heb ik naast Psalm 23 een handelingsperspectief nodig, onderscheidingsvermogen en dan helpt het gebed van de zielsrust:
God, geef mij de zielsrust om dingen te accepteren die ik niet kan veranderen,
de moed om aan te pakken wat ik wel kan veranderen
en de wijsheid om het verschil te weten.
Rabindranath Tagore

Tenslotte: Voor mij eindigt de wereld niet bij mijn eigen redding en mijn vertrouwen dat mij niets zal ontbreken. Mijn vraag is wat doe ik daarmee.
Als 50 jarige vrouw die spiritueel, kerkelijk en theologisch geraakt en geïnspireerd is door o.a. Chassidische verhalen, Mystieke persoonlijkheden zoals Teresa van Avila, bevrijdingstheologie wil ik deze ruimte die mij door mijn dierbare vriend Jan gegeven is gebruiken om mijn respect te betuigen voor een bijzondere vrouw. Zij heeft mij vanaf mijn 20ste geïnspireerd: De theologe Dorothee Sölle.
Zij heeft in haar geschriften ons mensen opgeroepen om mede-schepper te zijn met God.
God heeft ons nodig is haar overtuiging, we kunnen niet zo maar aan de zijlijn onverschillig staan, het leven, de wereld heeft ons nodig. In een televisieopname van de Ikon van eind jaren 80 zien en horen we haar in gesprek met Ds. Beyers Naudé ( een Zuid Afrikaanse dominee). In dat gesprek gaf ze hem een voorbeeld van de uitdrukking van vertrouwen.
"De mensen in de Middeleeuwen die de kathedralen bouwden, hebben ze nooit in voltooide staat gezien. De bouw duurde vaak tweehonderd jaar of meer. Dan maakte de een of andere steenhouwer een prachtig roosvenster en dat was dan het enige dat hij zag, dat was zijn levenswerk. Maar de voltooide kathedralen kon hij nooit binnengaan.
Toch stonden ze er op een dag." Dat heeft mij veel geholpen. Het is goed te weten: ik bouw aan een kathedraal, en ik weet ook dat zij op een of ander moment gereed zal zijn.
Net zoals de slavernij is afgeschaft, zal ook de oorlog worden afgeschaft; maar dat duurt langer dan de tijd die ik leef.
Sinds die tijd vind ik dat we eigenlijk alleen goed kunnen leven als we ons zo in het leven verankeren dat we zijn verbonden met de mensen die na ons komen.
Als we deze verbinding verbreken en ons beperken tot een leven in isolement, dan richten we ons zelf ten gronde.
Vertrouwen in dienst van verbondenheid.


Overweging

Mijn Joodse Israëlische vriend Ariel schreef mij een week geleden de volgende mail:
“Lieve Jan, ik wil je graag vertellen hoe boos ik ben over de situatie in Gaza. Mijn hoop is dat jouw gemeenschap, jouw vrienden, mijn buren, okay zijn.
Ik bid dat deze gekte mag stoppen zo snel als mogelijk is.”

We zijn nu ruim een week verder en inmiddels zijn er meer dan 170 doden, 1100 gewonden en van hen blijven honderden voor het leven gehandicapt.

Het hoofdthema van deze viering is: vertrouwen tot in lengte van dagen.
De vraag is: hoe dat te doen.

Ik ontmoette Asim twee jaar geleden. Een groep jonge vluchtelingen hadden zich sterk gemaakt om andere jonge vluchtelingen sterk te maken.
We bedachten het volgende: als je moet vluchten, wat soms jaren kan duren, dan doe je heel veel ervaring op. Je maakt veel mee, je ziet veel, je gaat door het duister, je gaat langs de schaduw van de dood, je leert.

Als we al die vluchtervaringen nu eens zouden uitroepen tot wijsheids-ervaring in plaats van alleen maar een zielige ervaring, wat zouden we er dan mee kunnen doen. Opgewonden gingen we aan het werk en we organiseerden gespreksronden met mensen uit het bedrijfsleven om hun te laten zien hoeveel je kan leren als leidinggevende van vluchtverhalen.
Domenica schreef er al in 1995 een boek over: Door het oog van de naald.

Iets later in de tijd vertelde Asim me zijn grote droom: studeren. Maar hij moest vooropleiding doen om op het Europese niveau te komen.
Met behulp van heel veel mensen hier is dat gelukt. Hij zou volgend jaar kunnen beginnen. Het lot besloot anders.

Eens vertelde Asim me hoe alleen het is in Nederland zonder familie.
Ik zei hem: zal ik je dan maar aannemen als mijn zoon. Met stralende ogen sprak hij: dan heb ik nu een Nederlandse vader.

Vertrouwen tot in lengte van dagen. De heer is mijn herder, mij ontbreekt niets.
Wat te doen met die woorden na deze week, waarin ik zo vaak wakker werd met de zin: arm, arm Gaza. Heb erbarmen.
Wakker worden met beelden van Khan Jounis, Rafah, Beit Lahya en jabalya en Deir al Balah. De doodsbange kinderen wiens ouders hen niet kunnen beschermen tegen het geweld dat uit de lucht komt.
Wakker worden met beelden van de Joodse kinderen in Israel, die bang gemaakt worden voor die donkere mensen aan de andere kant van de muur.
Wakker worden met de beelden van mensen die een kind verloren, of een broer of een moeder, mensen die een huis verloren, mensen die gewond zijn, mensen die nooit meer zullen lopen.
De familie al-Dalu, die op één dag elf mensen verloor, vier vrouwen, vier zusjes en broertjes.

Wat te doen om krachtig en zacht te blijven ondanks alles en dat wij doorgaan met doorgaan.

In november 1962 werd de welbespraakte zwarte prins, Nelson Mandela tot vijf jaar veroordeeld. In juni 1964 werd dat levenslang op Robbeneiland. Hij vroeg om boeken, hij kreeg een blanke bijbel.
Zijn verhaal is dat in de nacht van 8 februari 1965, toen hij pas 240 nachten levenslang gevangen zat, hem een engel verscheen die tot hem sprak: ‘Vraag wat je wilt.’
Mandela vroeg: ‘Wat betekenen de woorden: de beker drinken die ik drinken moet?’.
De engel antwoordde: ‘De beker van eenzaamheid, de dorst, de wanhoop, de walging, het niet meer weten, een beker als een zee zo vol’.
‘En’, vroeg Mandela, ‘nu je me toch verschenen bent, zeg me, zal ik het kunnen?’
Toen hief de engel zijn handen omhoog, als in een gebed en Mandela zag, drie seconden lang, een stormende zee en daarachter een hooggebergte tot in de wolken.
En hij wist dat hij zijn eigen leven zag.
‘Dank je’, zei hij, ‘dat je gekomen bent, ik begrijp het niet, maar toch, dank je.’
En de engel ging van hem heen.

Vijfentwintig maal driehonderdvijfenzestig nachten later, op 8 februari 1990, had hij de zee leeggedronken en kon hij oversteken naar het vasteland, het mooiste land op aarde. Toen begon de beklimming van het gebergte.

Al moet ik door het dal van de schaduw van de dood
Ik vrees geen kwaad
Want U bent bij mij
Uw stok en uw staf
Zij geven mij moed
U nodigt mij aan tafel
Voor het oog van mijn vijanden

Het verhaal van Mandela, de tekst van Psalm 23 biedt ons een manier om zó naar de wereld te kijken dat die ons minder beangstigend voorkomt en leert ons om te gaan met het lot van mensen van wie we houden.
Het laat zien dat we de aanwezigheid van dat wat we God noemen kunnen ervaren op tijden en plaatsen waarop we denken en voelen dat God volstrekt afwezig is.

Met deze teksten en in dit uur ontkennen we niets van de werkelijkheid van dood, verlies en geweld. Evenmin doen we iets af aan de pijn die dat bij miljoenen mensen teweeg brengt.
Maar de teksten, de woorden, de rituelen op deze zondag willen je oproepen om moedig te leven, dapper voorwaarts te gaan met het leven, in het vaste vertrouwen dat we niet alleen zijn.

We gaan over twee weken met zeven mensen naar Gaza, om mensen vast te houden, te rouwen en er gewoon voor hen te zijn.
Mijn collega activiste Marjan Sax zet zich deze week full time in om de onuitzetbaren, die weg moeten uit het tentenkamp aan de Notweg, een nieuwe plek te geven in Amsterdam

Veel mensen die hier zijn hebben Asim een helpende hand uitgestoken om deze week niet terug te moeten keren naar het voor hem levensbedreigende Sudan, maar om weg te kunnen gaan.
Zelfs God weet niet waar naar toe.
Deze gemeenschap zet zich elke week in om elkaar bij te staan in waar nodig.

Wij zijn niet voor de afgrond gemaakt
Gewoon niet

Gelezen heb ik wat geschreven staat
Mij toevertrouwd aan onbewezen woorden
Niet voor de afgrond hebt Gij ons gemaakt
Geschreven staat Uw naam: Ik zal er zijn.

De Naam ‘Ik zal er zijn’, die er was in den beginne
Dat gaat over: hoop tegenover wanhoop

Prachtige zwarte zoon, we gaan elkaar loslaten in de volstrekte acceptatie dat het is zoals het is.
Vanuit de vrijheid van grote liefde, die plaats voor wanhoop laat en twijfel en gemis.

Amen

 
       
 

Archief alle overwegingen 2011 en voorgaande jaren | Archief overwegingen 2012

 
 

FV/RG 2012-11-26 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl