Bijdrage: Bert van der Meer
zondag 1 september 2013

 
 


Voorganger: Bert van der Meer
Lector: Dorien Gransjean-Eldering
Thema: Bescheidenheid?

... Als je voorzichtig bent
in het erkennen van je kwaliteiten
en even zo voorzichtig in het erkennen van dingen
die beter zouden kunnen,
dan ben je eerlijk tegen jezelf
en kun je ook eerlijk zijn naar anderen ...


Welkom en inleiding
In alle bescheidenheid wil ik u welkom heten in deze viering
Welkom als je hier voor het eerst bent, welkom als je regelmatig komt en welkom als je hier vaste kerkganger bent. Wij zijn hier dit uur bij elkaar om na te denken over wat ons bindt, in alle bescheidenheid.
Dorien en ik gaan voor in deze viering van schrift en tafel. En het koor is er weer, onder leiding van Henk, en Irina zit weer achter de vleugel. We zijn weer op volle sterkte, de zomerdiensten liggen achter ons.
Het thema van vandaag is bescheidenheid.
Mijn vader zei soms schertsend: “Bescheidenheit ist eine sier, aber weiter kommt man ohne ihr” (bescheidenheid is een deugd, maar je komt verder zonder haar)
Een paar weken geleden ben ik tot dit thema gekomen, omdat dit voor mij logisch uit de lezingen van vandaag voortkwam. Gisteren, toen ik het welkom en de overweging schreef, deed ik dat onder de klanken van een band bij café De Harmonie, aan de Voorhaven in Edam, achter ons; het is kermis in Edam en bescheidenheid lijkt verder weg dan ooit.
Vandaag wil ik het begrip ‘bescheidenheid’ wel met u verkennen, want alleen als ik u kan laten voelen wat ik bedoel kunt u ook begrijpen welke wereld er voor mij achter dat woord schuilgaat.
Wat betekent bescheidenheid: 1) Beleefdheid 2) Beperktheid 3) Discretie 4) Eenvoud 5) Gevoel van kiesheid 6) Het niet veeleisend zijn 7) Ingetogenheid 8) Matiging 9) Modestie 10) Nederigheid 11) Onderdanigheid 12) Onderworpenheid 13) Ootmoed 14) Pretentieloosheid 15) Retenue 16) Soberheid
Ik ben groot geworden in de katholieke kerk, waar je op as-woensdag een askruisje gaat halen. En de priester sprak dan de woorden uit “uit as zijt gij gekomen en tot as zult gij wederkeren”. Hij zegt daarmee niets onwaars en feitelijk ook niets nederigs; het is tenslotte de kringloop van het leven. Voor mij betekende het echter een aanduiding van de nietigheid van de mens, het betekende: pretendeer maar niets, voor je het weet ben je tot as vergaan, is er niets  meer van je over. Misschien had het thema ‘nederigheid’ moeten zijn met een groot vraagteken erachter. Hou dat even vast, daar ga ik het straks nog  met u over hebben.
Tot slot van de inleiding een anekdote uit mijn familie. Ik had een tante Cissy die zo bescheiden was, zo ontzettend bescheiden, dat ze, al was ze de oudste van de familie en na haar 70e ook echt een van de meest wankele, aan de minste stoel aan tafel ging zitten onder het mom “dat is goed genoeg voor mij”. Wat natuurlijk niet door andere gasten werd geaccepteerd, laat staan door de gastheer. Met als resultaat dat ze uiteindelijk zat op de mooiste stoel aan tafel. Dat is wat bescheidenheid je op kan leveren!
Ik wens ons een goede dienst.


Overweging
Fred heeft het beeld gevonden bij het thema, op de voorkant van het boekje. Een man zit met gebogen hoofd en in elkaar gevlochten handen. Er gaat van alles in hem om.
Er ging ook van alles om in me toen ik het evangelie van vandaag las. “Wie zichzelf verhoogt zal vernederd worden, en wie zichzelf vernedert zal verhoogd worden”. Dat is een uitnodiging tot nederigheid. Dat kan werken in een maatschappij waar iedereen het zo doet. Alleen hoe zit dat in onze individualistische en multiculturele maatschappij? Ik denk dat als ik het zo aanpak dat ik op mijn 90e nog steeds zit te eten op een krukje in de keuken. Wij zeggen dan: “je moet wel voor jezelf opkomen, een beetje assertief zijn”. Maar wanneer wordt assertief egoïstisch? Die parkeren we even, ik kom er later op terug.
Ik heb in de vakantie een mooi boek gelezen dat raakt aan dit thema. Het boek heet “Nachttrein naar Lissabon”. De hoofdpersoon is een leraar klassieke talen (Latijn, Grieks en Hebreeuws) uit Bern, Zwitserland, die op zoek gaat naar de auteur van een boek. Die auteur is Amadeu Inacio de Almeida Prado, een arts en filosoof die gedachten verwoordt als “Als het zo is dat wij slechts een klein deel kunnen leven van wat er in ons zit – wat gebeurt er dan met de rest?”. Zo’n provocatie kon ik niet onbeantwoord laten. Het boek zit vol met dit soort verrassende sprookjesachtige ontboezemingen. Ik heb het boek opgezogen.
De middelbare school van Prado werd geleid door paters en geloof speelde daar een grote rol.
Prado, op dat moment al een ontwikkelde denker, houdt aan het afscheid van zijn middelbare school in Lissabon een toespraak waarin hij ten strijde trekt tegen de wereld van de katholieke kerk omdat die de mens zou verlagen:

“Uit de bijbel spreekt een wereldvreemde en vreugdeloze God die de geweldige omvang van een menselijk leven – de enorme boog die zo’n leven kan beschrijven als men het de vrijheid geeft – wil inperken tot dat ene beperkte punt van de gehoorzaamheid. Gebukt gaand onder berouw en met zonden beladen, verdord door de onderwerping en de onwaardigheid van de biecht en met een kruis van as op ons voorhoofd moeten we naar het graf toe leven in ontelbare malen weerlegde hoop op een beter leven aan Zijn zijde. Maar hoe kan het beter zijn aan de zijde van iemand die ons eerder van alle vreugde en vrijheden heeft beroofd?” [Mercier, Pascal: Nachttrein naar Lissabon, 2004:164]

Ik heb nooit de biecht meegemaakt. Wel ken ik het gevoel onderworpen te zijn, omdat er altijd wel iets is dat je fout hebt gedaan. Of beter had kunnen doen. En dan je hoofd te buigen, vergeving te vragen aan ...God.  Ik voelde me daardoor kleiner dan ik was. Dat is wat Prado bedoelde met “verdord door de onderwerping” en misschien past het woord nederigheid daar wel meer bij dan bescheidenheid.
Ik ken een man die regelmatig nog bij een pastoor te biecht gaat. Hij vindt daar gewetensrust en dat is natuurlijk prima. Alleen zijn vrouw zegt, als hij terugkomt van de biecht “nu heb je het wel met de pastoor goedgemaakt, maar nog niet met mij”.
Ik denk dat dát mijn opdracht is als ik me realiseer dat ik iets heb gedaan of nagelaten: me te richten tot de ander, dat uit te spreken in de hoop op een betere toekomst samen.
Ik heb u beloofd terug te komen op de zin uit het evangelie “Wie zichzelf verhoogt zal vernederd worden, en wie zichzelf vernedert zal verhoogd worden” en wat dat in onze individualistische maatschappij betekent. Ik denk dat wel bedoeld wordt dat je niet moet pretenderen meer te zijn dan je bent. Dan ben je een opschepper. Ik denk niet dat daarmee bedoeld wordt dat je op de minste plek moet gaan zitten om maar verhoogd te kunnen worden. Ik denk ook niet dat dat betekent dat je met alles wat je krijgt tevreden moet zijn. Ik denk dat ermee bedoeld wordt dat je je plaats moet kennen. Niet te hoog en niet te laag.
In een vorige baan vroeg iemand me eens om mijn eigen functioneren te evalueren. Normaal doet een leidinggevende dat en zoals met alles zijn er leidinggevenden die dat met meer en minder talent doen. Mede om die reden vroeg mijn leidinggevende me om zelf eens een beoordeling op te stellen. Ik vertelde de partner, ik werkte toen bij een accountantskantoor, over mijn ervaringen met het opstellen van mijn eigen beoordeling en hij bevestigde dat. “Je bent voorzichtiger in het erkennen van kwaliteiten” en zo is het.
Als je voorzichtig bent in het erkennen van je kwaliteiten en even zo voorzichtig in het erkennen van dingen die beter zouden kunnen, dan ben je eerlijk tegen jezelf en kun je ook eerlijk zijn naar anderen. Ik denk dat het heel belangrijk is om je eigen functioneren te evalueren. Het is een van de belangrijkste dingen die ik hier vind in de Duif: een uitnodiging tot zelfreflectie.
Ik wil u uitleggen wat ik tegen valse bescheidenheid en vernedering heb. Want dat was voor mij de reden tot het kiezen van het thema. En een provocerend vraagteken te zetten achter Bescheidenheid. Valse bescheidenheid en vernedering verdort je, het slaat je neer en berooft je van de uitnodiging om je talenten te leven.
Je talenten kun je leven als je bemoedigt wordt, versterkt, bekrachtigd. We zongen voor het evangelie : “Mensen onkreukbaar, met licht geladen, die doen het goede dat moet gedaan, dat slag dat vraagt en vecht om Hem, dat Hem wil zien met eigen ogen”. Marianne Williamson verwoordt het in een gedicht, dat vaak aan Mandela wordt toegeschreven, als volgt: We vragen onszelf af: Wie ben ik om mezelf briljant, schitterend, geweldig te achten? Maar wie ben jij om dat niet te zijn? Je bent een kind van God! Je onbelangrijk voordoen bewijst de wereld geen dienst. Er is niets verlicht aan je klein te maken opdat andere mensen zich bij jou niet onzeker zullen voelen. Wij zijn bestemd om te stralen zoals kinderen dat doen. “ We lezen het straks, in de gedachten rond het thema. Gedichten rond het thema zou het vandaag kunnen heten ;-).
Ik wil nog even terug naar Prado. Hij eindigt zijn toespraak op de middelbare school als volgt:
“Ik wil niet in een wereld zonder kathedralen leven. Ik heb de glans van de ramen nodig, de koele stilte die er heerst, het gebiedende zwijgen. Ik heb het bruisen van het orgel nodig en de heilige devotie van biddende mensen. Ik heb de heiligheid van de woorden nodig, de verhevenheid van grote poëzie. Dat alles heb ik nodig. Maar evenzeer heb ik vrijheid nodig en de vijandschap tegenover alles wat wreed is. Want het een is niets zonder het ander. En laat niemand het in zijn hoofd halen mij te dwingen tot een keuze.”
De vrijheid om te zijn wie je bent – en te stralen zoals kinderen dat doen – is een uitnodiging aan anderen om datzelfde te doen. Zo geloof ik in een betere wereld.
Moge het zo zijn


Nodiging
Vandaag herhalen we het gebaar dat Jezus ons voordeed, tweeduizend jaar geleden. Met het delen van brood en wijn symboliseerde hij het delen van het leven met degenen die op dat moment bij hem waren. Zo doen wij ook vandaag. We herhalen dat ontroerende gebaar en ik nodig je uit om mee te delen. Met ons. Als uitnodiging om te stralen zoals kinderen dat doen.


 
       
 

Archief alle overwegingen 2011 en voorgaande jaren | Archief 2012 | Archief 2013

 
 

FV 2013-09-02 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl