Frank's bijdragen, dienst 19-7-1998

"De deur open voor God"

Lezingen


Welkom en Inleiding

Het thema vandaag is: de deur open voor God. We horen verhalen over drie mannen die op bezoek komen bij Abraham en Sara en over Jezus die op bezoek komt bij Maria en Marta. Verder een stukje uit de brief aan de Hebreeën. In die brief valt het woord dat past bij de twee genoemde verhalen: gastvrijheid.
Het gaat over gastvrijheid, een open deur voor mensen, maar ook over gastvrijheid, een open deur naar God. Hoe reageren we dan en welke waarde kunnen we daaraan toekennen?
Als teken van die mogelijke reacties ziet u hiervoor een en ander bij elkaar staan: koffiekopjes aan de ene kant, een bijbel, het Woord aan de andere kant. En er tussenin een kleine afbeelding van een ikoon over het verhaal uit Genesis: drie engelen met op de achtergrond de eik van Mamre, waar Abraham zijn tent heeft opgeslagen.
Ik hoop dat deze zeer verschillende dingen in deze dienst voor ons een geheel mogen gaan vormen.

Overweging

De euro komt eraan. En je moet onderhand wel doof en blind zijn om dat niet gemerkt te hebben. Het schijnt zo ongeveer levensnoodzakelijk te zijn dat er aan een kant van de munten straks een nationaal symbool komt. Zo zullen we straks een munt met vele gezichten in onze portemonnee kunnen vinden. Het wordt duidelijk een munt met twee verschillende kanten.
Zoiets is het geheel van verhalen van vandaag ook: een verhaal met twee kanten. De gastvrijheid die zich uit in zorgen en hollen tegenover de gastvrijheid die zich uit in luisteren en toehoren.
Het scherpst komt deze tegenstelling naar voren in het verhaal over de zussen Maria en Marta. De tegenstelling komt juist hier zo scherp naar voren omdat de twee vrouwen ten opzichte van Jezus in een gelijke positie verkeren. Hun rollen zijn in traditionele termen gelijk. Toch reageren ze heel anders op de komst van Jezus. Die komst wordt ook meer dan gewoon de komst van een vriend als hij aangesproken wordt met het goddelijk klinkende "heer".
In de reacties van de zussen kunnen we ons waarschijnlijk allemaal wel herkennen. Daarmee worden we ook door de woorden van Jezus haast persoonlijk aangesproken. Er wordt ons gevraagd wat wij zouden doen als er een gast binnenkomt. Wat wij zouden doen als Jezus bij ons te gast komt. Wat wij zouden doen als God bij ons te gast komt.
Ben ik dan degene die gaat hollen en doen? Of ben ik dan degene die gaat zitten en luisteren?
Het is dan nog geeneens zo belangrijk welke reactie je vertoont. Nee, het gaat meer nog om de waarde die we er aan toekennen. Jezus' antwoord geeft alle aanleiding om juist op de waarde van die twee reacties in te gaan.
Het meest eenvoudige is dan om Jezus' woorden te interpreteren als een afkeuring van het gehol en gedraaf. Hij zou dan een promotor worden van de bezinning, van het zitten en luisteren naar Gods woord. Jezus als de promotor van het beschouwende, contemplatieve leven. Ik mag hopen dat dat niet bedoeld wordt, want die sterke nadruk op de waarde van de bezinning is al vaak verworden tot nadruk op de meerwaarde van bezinning en het neerhalen van het zorgen voor de ander, het neerhalen van het doen, het neerhalen van het actieve leven van gelovigen. En daarmee werden dan en passant ook nog even de minder geschoolden en de vrouwen neergehaald, die immers min of meer gedwongen werden zo'n actief leven te leiden.
Ik geloof duidelijk niet dat Jezus hier bedoelt om de ene vorm van leven en ontvangen van God boven de andere te stellen. Zijn woorden zouden evengoed bedoeld kunnen zijn om Marta iets anders duidelijk te maken. Iets wat veel meer in Jezus' lijn van mededogen en begrip voor allen ligt. Marta is degene die met veel dingen tegelijk bezig is. Maria is degene die zich beperkt tot een ding, een ding waar zij op dat moment van Jezus' komst blijkbaar behoefte aan heeft. Het gaat dus veeleer om een keuze voor eenvoud. Een heldere keuze voor dat wat op dat moment van de ontmoeting met Jezus voor jou het zwaarste weegt. Maria heeft een eenduidige, op dat moment van de ontmoeting voor haar belangrijke keuze gemaakt. En dat is zo waardevol dat wat zij daarvan opneemt haar nooit meer ontnomen zal kunnen worden. Eenduidigheid en eenvoud geven dat je keuze beter door kan dringen in je geest en leven.
Als je naar de Griekse grondtekst van Lucas kijkt, lijkt er veel voor te zeggen om deze gedachte ook door te zetten in het leven van ons als kerk. Er worden woorden gebruikt (diakonia, chreia) die ook betekenissen hebben die verwijzen naar kerkelijke ambten. Voor de Griekse hoorder of lezer moet die betekenis haast wel meegeklonken hebben. Dan wordt het verhaal over Maria en Marta ook een verhaal over de kerk die Jezus woorden wil voortdragen. Dan komt het midden in de altijddurende discussie over wat belangrijker is: de zorg, de diakonie voor de mensen om ons heen en ver weg, of de bezinning op Gods woord, de liturgie. Maar ook dan gaat weer op dat er helemaal geen voorkeur uitgesproken wordt. Het een gaat niet voor het ander.

Maar heeft zo'n verhaal dan nog echt waarde voor onze samenleving, als de waarde van beide keuzen blijkbaar gelijk blijft? Is het dan nog wel een krachtig verhaal, waarmee we deze wereld kunnen zouten?
Ik denk het wel, al is het alleen al door de nadruk op de eenvoud die ik zojuist naar voren heb gehaald. Het leven lijkt immers steeds sneller te moeten gaan en de wereld wordt door allerlei ontwikkelingen steeds meer met elkaar verweven. DE eenvoud, de helderheid in onze keuzen op enig moment, zou ons kunnen helpen door deze bomen het bos nog te zien.
Maar er si ook meer uit de drie teksten van vandaag te halen dan de nadruk op eenvoud. Ik sprak al eerder over het toekennen van waarde naar aanleiding van Lucas' verhaal. De drie teksten samen kunnen ook spreken over de waarde die we toekennen aan werken, in welke vorm dan ook, met name door de Hebreeënbrief.
Wat voor waarde hechten we aan werk? En wat voor waarde aan wie niet kan of wil hollen, maar die moet of wil toehoren?
Om te beginnen houdt Hebreeën de deur open voor allen. Het gaat om broederlijke liefde: mensen dichtbij, bekenden. Het gaat om gastvrijheid: mensen die je tegenkomt op je weg. En het gaat om mensen die nog verder van je vandaan zijn, onbereikbaar soms, in heel andere omstandigheden, waarvan je het bestaan in je goede leven misschien vergeten was.
Midden in het leven van de gemeente worden mensen door deze brief opgeroepen te denken aan anderen alsof ze in eenzelfde toestand zouden verkeren. Dat klinkt mooi, maar is ook een enorme opgave. Stel je eens voor dat je niet enkel een brief voor Amnesty International schrijft na deze dienst, maar dat je ook werkelijk tot je door laat dringen wat er met die mens voor wie je schrijft gebeurt, hoe die zich daaronder voelt. Dat kan je leven wel eens op z'n kop zetten, al is het maar voor dat bezinnende moment. Bij alle werken, ook al doe je het vol overtuiging en geloof, moet je de kracht van het horen, van het denken aan, van de bezinning niet onderschatten. Het is wat dat betreft net als met visioenen: bezinning is geen zeepbel.
De belangrijkste opmerking over de waarde van werken schuilt misschien nog wel in de zin over gastvrijheid. Door al het werk heen (dat vooral Sara moest doen) om de drie onverwachte gasten te ontvangen, gebeurde er iets enorms. Bijna tussen neus en lippen door blijken de drie met goddelijk goed nieuws te komen. De belofte van een groot nageslachr zal zelfs door het onmogelijke heen toch waar worden. Blijf bij alle zorgen, werken en ontvangen ook ontvankelijk voor Gods woord: je zou engelen kunnen ontvangen.
Zo kan je zelfs al werkende eenvoud betrachten en de deur open zetten voor God.

De euro wordt een munt met twee kanten en vele gezichten. Toch vertegenwoordigt elke munt maar een waarde en daarmee kan je bij veel verschillende mensen terecht.
Zo is het ook met het thema van vandaag, gastvrijheid. Of je op een moment nou kiest voor actie, werken en diakonie of dat je kiest voor bezinning en luisteren, de waarde ervan blijft gelijk, als je maar open staat voor God die daarin tot ons komt. En dan kan je daarmee bij veel mensen terecht.

 

| Archief/Bijdragen | Frank's "Hoofdpagina" |

AM 7-12-1998 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl