Diana's bijdrage, viering 8 april 2001
 
  Voorgangers: Diana Vernooij en Marc Jorritsma (lector)  
         
         
 

Lezingen

  • Kinderverhaal over de tocht naar Egypte door de zonen van Jacob
  • Exodus; 3:7-10
  • Psalm 13
         
         
 

Inleiding

Goede morgen lieve mensen, Duiven en Duifjes, kinderen die voor de kinderneven-dienst zijn gekomen, bekenden, mensen die hier voor het eerst zijn, welkom bij deze dienst van schrift en tafel. We volgen tussen Pasen en Pinksteren een serie 'Nieuwe wegen inslaan', en vandaag zullen we het hebben over het thema: Uittocht uit je land. Voor ik dit thema voor de volwassenen zal toelichten wil ik Fred vragen de kinderen voor te lezen over een verhaal van een volk dat vol hoop op weg ging naar een beter land om in te leven.

Door alle eeuwen heen zijn mensen uit hun land weggetrokken naar andere landen op zoek naar een beter leven. We hebben er allerlei verschillende beelden bij. Op de lagere school leerde ik over de Grote Volkverhuizing, met -als ik het me goed herinner- de Hunnen die de oorspronkelijke bewoners van Europa verdreven. Zelf waren we veroveraars van exotische landen, de bewoners daar tot slaven makend, we waren emigranten zoals naar Amerika en verdreven of vermoordden de oorspronkelijke bewoners, en na de 2e WO emigreerden we naar Canada, Australië en Nieuw-Zeeland, als heldhaftige ondernemers. Ook waren er altijd immigranten: Spanjaarden, Fransen, Joodse mensen, later Chinezen, Turken en Marokkanen, en sinds een decennium of zo hebben we te maken met een nieuw fenomeen: de illegaal. Tegenwoordig is het niet alleen voor ons wester-lingen goed mogelijk om exotische landen te bereiken ook voor de mensen uit de exotische landen is het steeds makkelijker om ons land te bereiken. Dus maken we het mensen onmogelijk door hen rechten te onthouden en op te sluiten of terug te sturen.

Praten over illegalen verhit altijd onmiddellijk de gemoederen. We voelen ons schuldig over de armoede die voor een deel veroorzaakt is door ons koloniale verleden. Wij zijn begaan maar voelen ons ook bedreigd. Ongetwijfeld hebben velen van u tijdens mijn korte inleiding tot hier toe al minstens een keer gedacht: maar we kunnen ze toch niet allemaal maar toelaten? Dat is ook zo. Maar die gedachte wordt vooral ingegeven door afweer tegen het probleem. We willen snel een oplossing vinden. En dat zoeken naar een oplossing weerhoudt ons er juist van om nu eens goed te kijken naar wat er gebeurt met de mensen die het betreft.

Ik wil u uitnodigen die oplossing even te laten voor wat die is. Laten we even beseffen machte-loos te zijn en kijken, gewoon kijken, zien wat voor drijfveren mensen hebben, hoe zij overleven, waar zij hun kracht opdoen, waar zij schade ondervinden; zien wat mensen echt meemaken.
Ik wens ons een goede viering.
 

 
       
 

Overweging

In de boekwinkel las ik een oud boek over de psychologie van de krijgskunst. Het citaat dat ik las zei: als een vijandelijk leger verslagen is, laat dan altijd een weg open voor hen om te ontsnappen. Zonder hoop op uitweg zullen zij zich dood vechten.

Twee Ghanese vrienden vertrekken lopend uit hun land, om aan te landen bij de Noord-Afrikaanse kust, in een illegale kampement van mensen met eenzelfde wens. Al die mensen wachten maanden in de hoop op een kans met een wrakke boot naar Italië of Malta of Spanje te kunnen oversteken. De twee Ghanezen bereiken Italië, ze weten dat ze daar jaren als illegaal zullen leven - maar de hoop op een betere toekomst houdt hen op de been.

Wat kan mensen stoppen die hun verlangen volgen naar vrijheid, ontplooiing, welvaart? Zodra zij hun schepen achter zich hebben verbrand kan niets hen stoppen. Met de moed der wanhoop doen mensen dingen die onvoorstelbaar zijn. Een volk dat leeft als goed gevoede slaven heeft het lef de woestijn in te trekken, omdat ze een verhaal hebben gehoord over een land van vrijheid, een land van melk en honing. Dat volk zal later het land waar ze binnentrekken veroveren, de bewoners die er een redelijk bestaan hadden uitmoorden en het land en de steden in bezit nemen.

Sommige illegalen zijn ondersteund door het familievermogen van een uitgebreide familie in het thuisland, vertrokken naar een nieuw land waar verwanten hen opvangen.
Deze week is iemand gepromoveerd op een onderzoek naar het lot van illegale Turken gedurende zo'n 7 jaar, in Nederland. Illegaal naar Nederland gekomen, opgevangen door familie of dorpsgenoten, niet al te onredelijk uitgebuit door familie of kennissen van familie. Ze werken voor een paar gulden per uur, zoekend naar een huwelijk met een Nederlandse Turkse. Veertig procent van de mannen die bij zijn onderzoek waren betrokken was het zo gelukt.
Ook onder andere bevolkingsgroepen zijn er van die informele familie en vrienden-netwerken die een grote groep illegalen opvangt en tracht te helpen. Van Chinezen hebben we dat uitgebreid via documentaires op tv kunnen zien, sinds de dood op 54 Chinezen in een Nederlandse vrachtwagen. Die waren ook met het familiekapitaal aan de mensensmokkelaars gegeven, op weg naar familie in Engeland.

Er is geen legale manier om hier te komen, tenzij je een beroep uitoefent waar hier een schreeuwend gebrek aan is. Ja, er is nog een manier. Ons systeem maakt dat veel mensen zich presenteren als politiek slachtoffer, terwijl ze dat niet zijn. Die noemen we asiel-zoekers. Asielcentra worden voor een groot deel bevolkt door mensen zonder het netwerk zoals ik beschreef. Er is hen geen andere kans gelaten. Hun drama en paniek is echt, ze voelen het zelf als absoluut noodzakelijk dat ze weg moesten uit hun land - maar hun verhaal klopt vaak niet, ze dikken de verhalen aan, verzinnen er wat bij.
Wij hebben een tolerante cultuur waarin we slachtoffers niet laten vallen. We hebben gezegd dat we mensen die bedreigd worden met de dood of mishandeling niet wegsturen. We proberen te onderscheiden wie liegt en wie de waarheid spreekt. Daar hebben we uiterst bureaucratische en ontoereikende middelen voor. Het duurt jaren en jaren. Asielzoekers moeten wachten, lange jaren niets doen, niemand mag werken, niemand mag een opleiding volgen, nog geen Nederlands leren, ze moeten het slachtoffer-zijn uitoefenen. Zolang ze in het eigen land zijn lijkt dat een hemel op aarde, maar eenmaal hier is het passief slachtoffer zijn een verlammende hel.

Ik wil het niet hebben over politieke vluchtelingen, ik heb het over die grote groep mensen die geen andere noodzaak hebben om te vluchten dan een verlangen naar vrijheid, toekomst, ontplooiing, kwaliteit van leven. Het Joodse volk leefde ook in Egypte, ze werden niet met de dood bedreigd. Ze hadden een bestaan als minderwaardige burgers, maar ze hadden genoeg te eten, toch gingen ze weg bij de vetpotten van Egypte. Het verlangen naar vrijheid gaat altijd het verlangen naar veiligheid te boven. Die uittocht is nu geïndividualiseerd. Het overleven van het volk in de woestijn is nu een individuele strijd geworden. Mensen wagen het erop en ze komen, bereid alles ervoor op te geven, iedere kans te grijpen. Zelfs al wacht hen niet dood of marteling, niemand wil die hel voor niets hebben meegemaakt. Liever doorgaan in die hel dan met al die verloren jaren terug naar het land waar je geen toekomst wacht.
Veertig jaar dorre woestijn veroorzaakt een vernauwing van bewustzijn, een ding is maar belangrijk: overleven. Wat een verblijfsvergunning is voor een illegaal is dat land van melk en honing voor de Joodse vluchtelingen uit Egypte. Het Joodse volk bevocht zich een plek in het land.

Van zwarte theologes heb ik geleerd te letten op 'overleven', voor hen is dat een belangrijker metafoor dan die van de 'uittocht'. In de geschiedenis van kolonialisme en slavernij is voor slaven en gekolonialiseerden geen uittocht mogelijk geweest, het overleven was de enige strategie.
Asielzoekers, illegalen, al die landverhuizers, al die mensen die hun kans schoon zagen om te vertrekken oefenen zich in overleven. Onze waarden van openheid en eerlijkheid, je kwets-baarheid laten zien in contact, aanpakken en aan de toekomst bouwen, zijn niets waard als je overleven moet. Overleven vraagt om: niet verder kijken dan je neus lang is, traagheid, met veel mensen contact maar je niet laten kennen, veel verdragen, je onkwetsbaar = ongevoelig maken. Overlevers zijn niet alleen maar slachtoffer, want met gevoelsmatig afsluiten, liegen, er het beste van maken, profiteren, chanteren hebben ze het overleeft. Om te overleven ontwikkelen mensen kracht en het vermogen bij de dag te leven. Maar die overlevingstactieken brengen de mensen ook veel schade toe: mensen verliezen hun zelfrespect, ze verliezen het gevoel recht te hebben op leven, ze verliezen hun onbevangenheid en kwetsbaarheid.

Familiesystemen en ons geïndividualiseerd asielbeleid zijn de gaten in ons fort Europa. Het asielbeleid, de kans op een huwelijk, geeft zoveel mensen hoop en tegelijkertijd legt het zware druk op hen en brengt hen schade toe.

Lieve mensen, er is geen happy end aan deze overweging, ik heb geen oplossing voorhanden. Maar misschien is het even delen van een uitzichtloze en machteloze situatie, de wanhoop, de hoop, even erbij zijn op dit moment het beste dat we kunnen doen. Laten we daar even stil bij zijn.
 

       
 

Nodiging

Wij herhalen vanmorgen dit oud gebaar van breken en delen omdat we willen leven in solidariteit met armen en vertrapten, de mensen van vandaag.
Machteloos, maar niet zonder kracht,
uitzichtsloos maar niet zonder hoop.
Laten wij ons visioen van een land van melk en honing hoog houden en delen met elkaar.

Komt dan, want alles is gereed en ieder is uitgenodigd
om dit visioen te breken en te delen.

Vrede en alle goeds.
 

       
 

Zegenbede

Moge onze geliefde God dicht bij ons zijn de komende dagen
en alle dagen in ons verdere leven.
Moge Zij onze ogen en ons hart openen, opdat we onverschrokken voort kunnen gaan. Moge Hij ons kracht en tederheid schenken en vrede.

Amen.

       
       
 

| Archief/Bijdragen | Diana's "Hoofdpagina" | Gastvoorgangers |
 
 

FV 2001-05-06 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl