|
||||
Reiniers bijdragen,
viering 30 september 2001
|
||||
Voorgangers: Reinier ter Hart (overw.) en Thea van Deijl | ||||
Lezingen
|
||||
Welkom en Inleiding Hartelijk welkom allemaal. Fijn dat U gekomen bent naar deze dienst waarin Thea en ik U mogen voorgaan. Een bijzonder hartelijk welkom wil ik tot U richten als U vandaag voor het eerst in de (Buik)Duif bent. Over de lezingen De tweede lezing is uit de eerste brief van Paulus aan Timoteus. De derde lezing is uit Lucas, en omvat het verhaal van de arme Lazarus
en de rijke man. Het verhaal wil laten zien dat zelfzucht en het voorbijgaan
aan de noden van de minstbedeelden een onoverbrugbare tweedeling tot gevolg
heeft. De lezer wordt opgeroepen gehoor te geven aan Mozes en de profeten.
Dit is het enige middel dat de kloof tussen arm en rijk kan slechten.
|
||||
Overweging Onlangs kreeg ik een boek onder ogen van de Amerikaanse rabbijn Harold
S. Kuschner, getiteld "Niets meer te wensen en toch niet gelukkig".
Kuschner schrijft in zijn boek onder meer: Onze zielen hongeren niet naar
roem, luxe, rijkdom of macht. Dat zijn immers beloningen die evenveel
problemen scheppen als ze oplossen. Onze zielen hongeren naar betekenis,
naar zingeving van ons leven, naar een zodanige wijze van leven dat de
wereld ten minste een beetje anders zal zijn omdat wij hebben geleefd.
Einde citaat. Als we, zoals de rijke man uit de Lucaslezing van deze zondag, dag aan dag feestvieren zonder ons te bekommeren over de noden van de mensen die gebrek lijden, konden de kwellingen van vuur en dorst zich nog weleens eerder aandienen dan na ons stervensuur. Want ook de rijken kunnen worden getroffen door de minder aangename zaken van het leven: ziekte, eenzaamheid, geestelijke armoede, depressie, faillissement. Het Lucasverhaal over de arme Lazarus en de rijke man wil een waarschuwing voor ons zijn, een wijze les om niet ten onder te gaan aan onze zelfgenoegzaamheid, aan onze zucht naar geld, macht, roem en eindeloos feestvieren. Als we in ons leven niet leren te delen van wat we bezitten, hoe kunnen we dan verwachten dat er liefde en vertroosting is als we zelf in de knel komen? Misschien zijn we dan wel zover afgedwaald dat we niet eens beseffen dat er nog mensen zijn die zich om ons willen bekommeren, hebben we nooit gezien dat er mensen zijn die vreugde ontlenen aan het leven door samen de goede dingen te delen. Als we denken dat we onze levensvervulling kunnen vinden in rijkdom vergaren en feestvieren zonder ons te bekommeren om de mistbedeelden, hoe groot is dan niet onze geestelijke armoede! Het verhaal van Lazarus en de rijke man is geen bangmakerij, geen dreigen
met hel en verdoemenis - het is net zoals de brief van Paulus aan Timoteus
een beleggingsadvies, een wegwijzer naar een goed en vervuld leven, een
bemoediging op weg naar Gods koninkrijk. Een paar bladzijden verderop
in het boek waar ik het zojuist over had schrijft rabbijn Kuschner: De
zin van het leven is niet van biologische aard zoals de behoefte aan zuurstof.
Het is evenmin iets psychologisch zoals de behoefte aan aanvaarding en
eigenwaarde, het is een religieuze behoefte, iets essentieels, waar onze
zielen naar dorsten en daarom moeten we ons tot godsdienst wenden om antwoorden
te zoeken. Tot zover Kuschner. Zoeken naar antwoorden, zoeken naar de
zin van het leven vanuit een religieuze gedrevenheid doe je niet alleen,
want geloven doe je niet alleen, geloven doe je samen. Samen gelovend,
samen zoekend, samen ons gedragen wetend door een kracht van liefde en
gerechtigheid, samen werkend aan een wereld die in vrede is, een wereld
waarin verschillen tussen arm en rijk niet meer bestaan. Een wereld waarin
geen honger meer is, geen gebrek, geen angst. Samen zoekend en werkend
verwachten we iets nieuws, iets beters. Rijkdom is geen schande, hoor
ik vaak zeggen, maar armoede ook niet, denk ik zo. Met rijk zijn valt
te leven, met armoede niet. Diana Vernooij zei in haar overweging twee
weken geleden: God zoekt ons. Daar wil ik op inhaken. God zoekt ons in
onze armoede, maar God zoekt ons ook in onze rijkdom en wil ons inspireren
door haar Geest van vrede en gerechtigheid, opdat we leren ontdekken hoe
goed en vreugdevol het leven kan zijn als we bereid zijn om te delen.
|
||||
Nodiging Als teken van zijn liefdevolle aanwezigheid in ons midden zijn wij genodigd
aan de Tafel van de Eeuwige. |
||||
Zegenbede Hartelijk dank voor Uw aanwezigheid en dank voor Uw luisterbereidheid.
|
||||
|
||||
|
||||
|
||||