Bijdrage Rob Gijbels, viering 5 december 2004.
 
 

Voorganger: Rob Gijbels

Lector: Angela van der Marck

 

 

 

Thema:  Johannes - de waker

 
         
 

Lezingen

Lucas 3; 1-18

 
         
     
 

Openingstekst:

Het woord van de Eeuwige

Roept ons op tot inkeer en tot omkeer,

Tot vrede en gerechtigheid.

 

Het roept ons op om op te staan uit onze droom

En met nieuwe ogen te zien naar een nieuw leven.

 

Zó zien wij in flitsen: elkáár,

De liefde die ons beloofd is.

 

Dat het goddelijke in ons ontwaken moge.

 

Welkom en inleiding.

Goeiemorgen allemaal op deze spannende zondagochtend 5 december.

Welkom aan de trouwe Duiven en welkom als u hier vanochtend misschien voor het eerst binnen bent gelopen of maar zo af en toe hier bent. En vooral: een hartelijk welkom aan alle kinderen. Voor jullie is het spannend, want je hebt lang uitgekeken naar deze dag – want deze dagen is Sinterklaas je beste vriend. Hopelijk komt hij vandaag – of misschien was het wel gisteren – ook bij jullie langs om kadootjes te brengen…

 

Vorige week is de Advent begonnen en dan kijken we met elkaar ook al uit naar een ander groot gebeuren: Kerstmis.

 

Advent is onderweg zijn,

Advent is die lange weg

Van verwachting naar vervulling

Van droom naar werkelijkheid.

 

In De Duif besteden we deze 4 zondagen aandacht aan een 4-tal gidsen, die ons helpen op die weg van verwachting naar vervulling.   (aansteken van de tweede kaars)

Vorige week dachten we na over het dromen van jesaja en vandaag lezen we over Johannes de doper. Fred heeft daartoe een speciaal verhaal voor jullie.

 
 


Overweging.

Vandaag is het de tweede zondag van de Advent en vorige week hebben we met elkaar nagedacht over de rol van dromen aan de hand van teksten van de oude profeet Jesaja.

De kinderen hebben daar vandaag ook over en zij maken een mooie collage over het land van hun dromen. Jesaja is een dromer, een ziener die hoopvol uitziet naar een betere toekomst. Hij staat positief in het leven en zijn dromen zijn te mooi om waar te zijn: mensen die hun energie vestigen in vrede en rechtvaardigheid, tussen mens en mens, mens en dier, tussen mens en natuur. Hij tekent zijn visioenen als een mooie, paradijselijke situatie; een beeld om vast te houden. Maar anderzijds is dat een situatie, die we ons vaak schier onmogelijk kunnen voorstellen. Zo zitten mensen (en dieren) toch niet in elkaar?! Op onze beste momenten zijn we mensen van liefde en trouw, maar op andere momenten zijn we onuitstaanbaar en agressief.

 

Laten we eens kijken naar het politieke decor dat Lucas neerzet in een 7-tal hoogwaardigheidsbekleders: Keizer Tiberias, de landvoogd Pilatus, de drie viervorsten Herodes, Filippus en Lysanias en de hogepriesters Annas en Kajafas. Het was vast geen fijne tijd en veel mensen leefden er maar op los, een tijd vol kwade praktijken: corruptie, heuchelarij en omkoperij: “addergebroed” en “dochters van het goudvertier”.

Sommige geleerden geloven, dat Johannes al vroeg in zijn leven doordrongen was van het besef, dat er iets groots op komst was. Met de blik op de berg Nebo, waar ooit Mozes had gekeken naar het nieuwe, beloofde land en had gesproken over de beloofde Messias

en daar … drinkend uit de beek, waar ooit de profeet Elia door raven was gevoed was zijn oproep: Mensen, wordt toch wakker en maak je alsjeblieft gereed. We beginnen samen iets groots en ik zou dat willen verwoorden als: we beginnen een avontuur! Gods avontuur.

 

Weet u overigens dat advent en avontuur een zelfde taalkundige wortel hebben: het stamt allebei af van het Latijn ad-venire en zegt zoiets als: dat wat komen gaat. Advent is geen rijm- dichtwoord, maar is een kerkwoord of zeg maar beter een werkwoord: je voorbereiden op het kerstfeest, dat het goddelijke in je ontwaakt. Advent ruikt mij sòms – naar mijn persoonlijk gevoel – naar een vrome gezapigheid en te plechtige muziek.

 

Maar zeg je “avontuur”, dan zitten mensen direct op het puntje van de stoel. Ze denken aan Columbus, die het bekende veilige land achter zich laat en naar een nieuwe, onbekende wereld oversteekt, Indiana Jones, Star Wars of aan een spannend avontuur om de Da Vinci Code te ontrafelen. Avontuur roept iets in mensen wakker.

Avontuur is een soort adrenaline, die los komt.

En kun je een spannender avontuur beginnen, dan Gods avontuur? En Johannes – alias de doper – is zo de gids, die Jezus aanwijst als “de coming man'. Hij is ervan overtuigd dat met Jezus een nieuwe tijd begint. Dat in Hem het koninkrijk van de Eeuwige doorbreekt. Johannes probeert zijn tijdgenoten de ogen te openen; hij schudt ze wakker en roept op tot waakzaamheid.

 

Advent en avontuur zijn eigenlijk broer en zus; ze horen bij elkaar, zoals Frans Gerritsma vorige week pleitte om ook de wolf een plek in de kerststal te geven.

 

Cruciaal in deze perikoop voor mij is dat hij de weg predikt van inkeer en omkeer.

We zouden Johannes hier achter deze tafel zo tot ons kunnen laten spreken:


Alleen door je afkomst ben je nog niet meer of beter. Maar aan je daden – de vruchten die je voortbrengt - valt af te lezen of je oprecht in het leven wilt staan. En ter verduidelijking: maak je los van waar je aan gewend was of waar men je aan heeft laten wennen en: Keer je om!

 

De woestijn van het leven: een giga zandbak, met kloven, kromme wegen. In die woestijn is geen plek voor vluchtgedrag; geen plek voor ogen sluiten, mond houden en verder maar avontuurloos Gods water over Gods akker laten lopen! Geen plek om doemgedachten post te laten vatten.

Ik geloof dat we geroepen zijn de woestijn te betreden als een avontuur van gerechtigheid en vrede, uit geloof, hoop en liefde. Je kunt je niet verschuilen achter een facade van mooie woorden, die vruchten vallen door de mand!

 

Jaren geleden heb ik eens Dom Helder Camara ontmoet; die dappere en beroemde bisschop uit Brazilië, een innemend mens. Hij had een scherp oog voor wat er in de samenleving gebeurde en schroomde niet om onrecht en armoede aan de kaak te stellen. Hij had lak aan de politieke kaders in het land en voelde zich zielsverbonden met de armen in de slopenwijken van de grote steden. Ik zie hem zo nog voor me staan: klein van stuk, kleine heldere kraaloogjes; hij werd groot door de kleine dingen die hij deed. Hij trad een onzekere toekomst tegemoet met een niet te temmen hoop, lef en standvastigheid. Ik herinner me goed een van zijn uitspraken:

Als één iemand een droom heeft, dan blijft het een droom.

Als tien mensen een droom hebben, kan het werkelijkheid worden.

Dom Helder Camara was geïnspireerd door visioenen, zoals Jesaja die ook voor ogen had en zo zijn dromen en visoenen ècht niet alleen iets uit een oud en stoffig verleden, maar worden ze door mensen tot werkelijkheid gebracht. Ze appelleren aan onze positieve mogelijkheden en ons verantwoordelijkheidsbesef: dat de toekomst in onze eigen handen ligt.

 

De vruchten die wij op òns avontuur als bagage meenemen zijn:

laat het oude steeds weer achter en leef oprecht van binnen-uit, wordt een wijs, mild en attent mens. Zo'n oproep tot waakzaamheid betekent: mens, wordt wakker. Iedereen heeft de kans iets van zijn leven en van de omgeving waarin hij leeft, te máken.

Laten we ervoor waken dat het droombeeld van Jezus en de profeten niet verloren raakt, maar dat het ons blijft inspireren.

Dat het onze verantwoordelijkheid is en blijft:

- te leven in vertrouwen in Hem, die we de Eeuwige noemen

- te leven in vertrouwen met elkaar, waar geen angst is, maar respect en gelijkwaardigheid voor een ieder

- televen om zijn verhaal met elkaar te delen en steeds weer door te geven.

Zo zal voor een ieder,

Een groot licht op gaan, staat er geschreven.

Dat zullen we elkaar doen herinneren.

 

Want Jezus' boodschap was toch: Hebt elkaar lief ?!

Zo moge het zijn.

 

Nodiging.

 

Gelukkig ben je, als je eet van dit brood en drinkt van deze beker,

Gelukkkig ben je, als je brood en wijn voor elkaar kunt zijn.

 

Aan Zijn tafel is iedereen van harte welkom,

Zonder onderscheid, wie of wat je bent,

- van waar je ook bent gekomen.

 

Als je je verbonden voelt met die Man van Nazareth, komt en deelt met ons, want alles staat gereed.

Gebed.:

 

Eeuwige, wij bidden voor mensen,

Die er geen gat meer in zien en niet weten hoe zij verder moeten.

Moge zij mensen ontmoeten die hen verder helpen

En die bereid zijn een stukje met hen mee te gaan.

 

Krachtige en tedere God,

Wij bidden voor allen,

Die uitzien naar een nieuwe toekomst, naar een nieuw tijdperk.

Die zich voelen in de winter van het leven.

Dat ze nieuwe mogelijkheden leren ontdekken als waardevolle mensen,

Dat ze mensen ontmoeten die hen zien staan.

 

God, leer ons de paden van gerechtigheid lopen,

De wegen van uw nabijheid,

Dan verdwijnen de bergen van hoogmoed en eigenwaan,

De dalen van ongelijkheid en armoede,

De kromme wegen van bedrog en egoïsme,

De slechtste paden van jaloersheid en wantrouwen.

 

Wij danken U voor mensen als een Johannes, de waker,

Voor mensen als Dom Helder Camara,

Voor mensen die waakzaam zijn,

Die anderen wakker schudden.

 

Blijf ons hierin inspireren en

Mogen wij zelf een beetje als deze mensen zijn,

Bezig met datgene waarom het in het leven ten diepste gaat:

Uw Koninkrijk van liefde en vrede.

 

Houd uw waakvlam in ons brandend.

 

 

Zegen.

 

De Eeuwige zegene ons en zij behoede ons,

De Barmhartige doe zijn gezicht over ons lichten

De Onnoembare die ons allen liefheeft verheffe haar

gezicht over ons en geve ons vrede.


 

 
       
 

| Archief/Bijdragen | Archief 2004 | Voorgangers |

 
 

RG 2005-01-04 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl