Bijdrage Harris Brautigam, viering 17 december 2006  
 

Voorganger: Harris Brautigam

Lector: Hans Gildemacher

Thema: Was u daar?

 
 

 

 
   

 

Lezingen:

Sefanja: 3.14 – 20

Filippenzen: 4.4 – 9

Lucas: 3. 10 – 18

 

Overweging.

Onze Nederlandse taal is toch eigenlijk een heel moeilijke taal. Vol verrassingen en wendingen en grilligheden. Ik word er soms door overvallen en krijg dan ook prompt medelijden met vooral al die volwassenen die er maar uit wijs moeten zien te worden! En of het nou nog niet meer dan genoeg is, kan ook op een onverwacht moment de klemtoon waarmee iets gezegd wordt een emmervol andere betekenissen aandragen.

Dat overkwam mij toen ik me op deze overweging voorbereidde. Terwijl ik zo bezig was te schrijven en dan weer te schrappen gonsde opeens steeds die 3 woorden door mijn kop: “Was u daar”?

Op zich is met die drie woorden niets aan de hand. “Was u daar…. (Op die plek of plaats)”? Een onschuldige vraag dus. Maar een verandering in de intonatie kan maken dat ze niet zo onschuldig klinken als het lijkt. Dan zit er een soort onuitgesproken verwijt achter die zoiets betekent als: “maar ik heb u niet gezien, ik heb niets van u gemerkt”!

Ik heb die drie woorden ook als motto aan deze dienst meegegeven. En dat heeft alles te maken met vooral die eerste lezing. Wat een beloften, wat een geweldig perspectief wordt daar voorgehouden: “alle treurenden zal ik bijeenbrengen,…. In die tijd zal ik afrekenen met je verdrukkers”……. Maar verdrukkers zijn er nog steeds. Massamoordenaars krijgen de kans de menselijke gerechtigheid te ontlopen. Ontheemden leven in een vreselijke onzekerheid over hun bestaan in ons vaderland. “U zou toch treurenden bijeenbrengen? Was u daar”? Ik heb zeker wat gemist, maar ik heb niets van uw aanwezigheid gemerkt en merk er nog steeds niets van! “Was U daar”? “Hallo, God bent u daar nog? Waar blijft u met uw wonderen”? Waar blijft u met uw wonderen: dat was de titel van een geliefd liedje van de jeugdkoren in de 60er jaren. Maar de strekking was precies hetzelfde: waar ben je God? Voor veel mensen is het antwoord op die vraag nu duidelijk: er is geen God, God is dood.

 

In zijn brief aan de Filippenzen roept Paulus de mensen van die gemeente op de Heer als bron van vreugde te blijven bewaren. Voor hem geen sprake van twijfel over Gods aanwezigheid. Geen sprake ook van een onuitgesproken verwijt naar de Eeuwige. Het is net of hij in deze lieve brief langs een omweg ons wil duidelijk maken dat het weinig zin heeft om op wonderen te wachten. Hij zegt: “Schenk aandacht aan alles wat edel is, alles wat rechtvaardig is, alles wat lieflijk is, kortom aan alles wat deugdzaam is en lof verdient”!

Wij mensen hebben de neiging om zwartkijkers te zijn en vanuit die onmacht op wonderen te wachten en als die niet snel genoeg komen dan maar God overboord te gooien. Maar Paulus raadt ons aan beter te kijken naar wat wél goed is, in plaats van maar steeds op wonderen te wachten. Dat is te passief, vindt hij. “Doe het”, zegt hij, “wat ik u verteld, (aangeraden) heb. En in zijn brief aan de Filippenzen speelt dan ook geen greintje twijfel: laat de Heer uw vreugde zijn”! De gedachte dat God dood zou zijn komt niet in hem op.

 

Lucas laat Johannes de Doper, de wegbereider van de Messias optreden. Hij veegt de nietsvermoedende belangstellenden behoorlijk de mantel uit: “Adderengebroed”! Het zal je maar gezegd worden. “Je moet niet denken dat je er al bent omdat je van een nette familie bent”! Van de familie van Abraham, wel te verstaan. Je bent nog geen keurig mens omdat je wiegje in een rijkelui's huis heeft gestaan. Je moet het nog zien te worden! Elke keer als ik deze lezing tegenkom moet ik aan de uitspraak van de Deense filosoof/theoloog Sören Kierkegaard denken die zei: “Je bent nog geen Christen omdat je in een christelijk land woont. Je moet christen wórden”! Anders gezegd: het gaat niet vanzelf; je moet er wat voor dóen. Al deze uitspraken liggen zo verschrikkelijk voor de hand, dat we ze even verschrikkelijk gemakkelijk maar steeds weer vergeten, ben ik bang. Daarom raken we steeds maar weer verstrikt in die vraag: ”was u daar? “waar blijft u met uw wonderen”?

 

De christelijke kerken hebben deze lezingen van vandaag heel bewust in de adventstijd gepland, juist vanwege de aanloop naar kerstmis: de viering rond menswording van Gods Zoon. In de menswording van Jezus van Nazareth wordt Gods verbond met de mensen bezegeld. Het verhaal van de kribbe wil daarbij duidelijk maken dat Gods heilsplannen zich niet buiten en boven de mensen om afspelen, maar juist in en met de mensen. Met ons. Uitsluitend in en met ons! Die menselijke dimensie van Gods plannen maakt het juist zo boeiend om op het spoor te komen wat in die heilsplannen de bijdrage van ieder individu kan zijn.

Allereerst is belangrijk te bedenken dat ik daar niet alleen voor sta. Ooit heeft Ds. Marten Luther King dat eens zo volstrekt juist gezegd: “we are all caught in an inescapable network of mutuality”. Vertaald: We zijn gevangen in een onvermijdelijk netwerk van wederkerigheid.

Dat betekent: we hebben elkaar zo onherroepelijk nodig, dat als ergens niet het onrecht bevochten wordt het kwaad als een boemerang gaat werken. Martin Luther King deed zijn uitspraak in een tijd van zijn grote strijd voor vrijheid van de zwarte bevolking in de VS.

 

De grote bekoring blijft de twijfel vanwege de geringe zichtbare resultaten van die heilsplannen. We mogen, denk ik, niet vergeten dat veel zich niet in het spectaculaire afspeelt, maar in het verborgene. En ik moet hierbij denken aan een preek die een bisschop ooit eens in Lourdes hield. Hij zei, n.a.v. de teleurstelling over de geringe resultaten om het goede te bereiken in de wereld: “Als een boom wordt omgehakt valt die met veel geraas om. Maar als een groot bos is aangeplant gaat de groei in stilte, maar onweerstaanbaar”. Misschien helpt het als we bedenken dat wij als dat bos zijn. We worden opgeschrikt als er in gekapt wordt, maar de groei gaat onverminderd door. Zeker, als niet tegen ons gezegd hoeft te worden: “Was u daar”?

Wie?

Ik?

Moge het zo zijn: Amen

 
       
 
       
 

Harris"Hoofdpagina"Gastvoorgangers |

 
 

RG 2006-12-17 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl