Bijdrage Marina Slot - viering 1 april 2007
 
 

Voorganger: Marina Slot en

Lector: Thea van Deijl

 
 

Lezingen: Jesaja 50; 4-7

Fil. 2; 5-11

Lucas 19; 29-48

 
         
 

Thema: De tijd van Gods ontferming

 

Welkom.

Welkom lieve kleine en grote mensenkinderen, welkom in de Duif op de zondag die van oudsher Palmpasen heet, de dag dat Jezus als een koning de stad Jeruzalem introk samen met zijn juichende discipelen op een ezelsveulen, het jong van een ezelin dat nog nooit bereden was.

Zo was ook de koninklijke intocht van de koningen van Israël als Saul en David op een ezel, een koninklijk dier in die tijd. En David liet zijn zoon Salomo op een ezel Jeruzalem binnenrijden als prelude op zijn koningsschap. En wat er ook gebeurde was, dat de mensen hun mantels uittrokken om op de straat te leggen als teken van eerbied en zorg. En zij zwaaiden met vredespalmtakken en riepen Hosanna en beschouwden Jezus als de nieuwe koning van het Joodse volk.

Ik wil alle kinderen uitnodigen om mee naar achterin de kerk te gaan, naar Freek en Gerda, dan gaan we alles ophalen wat we vandaag nodig hebben.

    

 

Inleiding

Vandaag lezen wij drie lezingen, een uit de profetie van Jesaja, een sterk bewijs van vertrouwen, een lezing uit de brief van Paulus aan de Filippenzen en Lucas' versie van de Intocht van Jezus in Jeruzalem, over het verdriet van Jezus om de stad en om zichzelf en zijn rechtstreekse gang naar de tempel om de handelaars en geldwisselaars daar weg te jagen.

Als Jezus Betfage (het huis van de Olijven) en Betanie (het huis van de arme ) nadert, stuurt hij 2 van zijn leerlingen vooruit om het veulen van een ezelin op te halen. Betanie is de plek waar zijn vrienden Lazarus, Maria en Martha wonen. Lazarus die hij onlangs uit de dood heeft opgewekt. Het is een plek waar hij veel vaker is geweest, mogelijk ook een plaats waar men wachtte op dit moment, waarop Jezus zich als de echte koning der Joden wil manifesteren.

Dat kan een reden zijn waarom de eigenaren van de ezel voor de heerschappij van Jezus buigen. Belangrijk vooraf is om te weten dat Lukas zijn evangelie schreef na de val van Jeruzalem, na de verwoesting van de tempel en dat zijn eigen verdriet daarover wellicht vermengd is geraakt met het verdriet van Jezus over zijn naderende ondergang.

Thea leest straks het Lucasevangelie verder ongeveer waar het kinderverhaal is opgehouden.

Ik wens ons allen een goed uur toe in dit huis van God en mensen.

 

 

Overweging

Vandaag is een dag van tegenstrijdigheden, van opperste vreugde en van diep verdriet, van de diepste ontroering en de uitzinnige woede, van bewondering en verering en begrenzing en vernietiging. Een vreemde dag, het licht en het groen van de lente, de vrolijke klinkende kinderstemmen want Palmpasen is ook een feest voor de kinderen en tegelijkertijd valt er een grote schaduw over ons heen. Het vermoeden dat er iets ergs staat te gebeuren. De weerstand van de gevestigde orde en de macht van het geld doemen op tussen het mooie verhaal van de intocht door. Beiden, de gevestigde orde en de macht van het geld kunnen - zoals we weten – heel veel stuk maken. Losmaken is het sleutelwoord van het eerste deel van de Lucaslezing. Het gaat over een ezelsveulen, maar het is in de diepste betekenis Jezus' boodschap van wat ons te doen staat. Jezus laat mensen zien hoe ze los kunnen komen uit het harnas van hun leven, uit de vanzelfsprekendheid van gewoonte en wet, van regels en gebruiken.

Zijn leven is niets meer en minder dan heel veel loslaten en losmaken. Hij leidt met zijn leerlingen een soort nomadenbestaan, Hij trekt van de ene plaats naar de andere en hij wordt door het volk op handen gedragen als de grote wonderdoener. Zijn leven gaat in tegen onmenselijke wetten en regels en hij maakt los wat anderen, de hogepriesters en schriftgeleerden hooghouden in het belang van hun eigen status en positie. Hij wordt steeds uitgetest, getart en uiteindelijk door de leiders van het Joodse volk overgeleverd aan de Romeinse bezetter. Maar zover is het nog niet, het lijkt alsof Jezus braaf gaat beantwoorden aan het beeld van de nieuwe koning, maar nee ook dat moeten zijn volgelingen loslaten, niks is gewoon bij deze mens. Hij zit te huilen op de ezel. Geen gezicht toch ?

Welke kant moet je nu opkijken als de koning gaat zitten janken om wat, om wie ??

Dat is het verschil, dat maakt het verschil. Het is een verhaal van kracht en kwetsbaarheid, van het loslaten van status, ego, van een gedaanteverwisseling van God naar mens, van mens naar God.

 

Wat betekent dat voor mij, voor jou ?? Zijn ‘loslaten en losmaken' ook sleutelwoorden in ons leven,van ons mensen die achter de muziek van Jezus aan blijven gaan ? Hoe wil je je leven leven, vasthouden aan het oude, het vertrouwde of met lef nieuwe wegen inslaan ? Durf je het verschil te maken door status af te leggen, door te lachen om je eigen ego, heb je de moed om elke keer de gedaante van jouw eigen godzijn af te leggen en mens te worden met al die anderen. Gewoon net zo'n onbeholpen ezelsveulen als je broer of zusje die naast je is ?

Alleen als je loslaat, kan je Gods ontroering zien. Alleen als je jezelf losmaakt uit oude beelden en gedachten kan je Gods ontferming herkennen. En dat is niet voor een momentje, daar is kennelijk genoeg van, want in het evangelie van Lucas is sprake van de tijd van Gods ontferming. In het nieuwe testament wordt het woord ontferming alleen gebruikt voor Godzelf of voor Jezus die met ontferming is bewogen als hij de mensenmassa ziet die zich dikwijls in grote geestelijke en lichamelijke nood om hem heen verzamelt. In de oudchristelijke traditie vanaf de 6 e eeuw is er in woord en muziek het Kyrie eleison, Heer ontferm u. Een veelzeggende en veelgebruikte zin, die zelfs in profane liedjes voorkwam.

Wat is de tijd van Gods ontferming ? Is die tijd eindig of eindeloos ?? Hebben wij een afspraak met de Eeuwige over hoelang wij in zijn ontferming mogen leven ?? Mijn beeld is dat Gods ontferming er altijd is, dat we altijd mogen vragen : Kyrie Eleison, Heer ontferm u.

Dat dit woord van God ook te leven is, dat het te doen is en daardoor altijd op elk moment van onze dag, van ons leven werkelijkheid kan worden. Dat wij als wij erom vragen, omarmd kunnen worden door de liefde van God, dat wij opgenomen kunnen worden en ons gedragen weten in Gods hand, dat wij mogen leven in de schoot van Gods ontferming. Als wij arm zijn, als wij verdrietig zijn, eenzaam, angstig, gekwetst, verdeeld, gebonden door strijd en woede, als wij lijden aan het leven is er volop tijd en gelegenheid om Gods ontferming te herkennen.

Gods ontferming is niet anders dan de wil om te steunen en lief te hebben, de kracht om te dragen en in beweging te brengen, het vuur om te verwarmen, het licht om te verhelderen, de tederheid om ons te verzachten naar onszelf en naar elkaar. Het is één grote wisselwerking tussen God en onszelf en de mensen om ons heen. Alleen in het contact met de ander herkennen wij onszelf, onze noden en behoeften. De ander biedt ons vaak de spiegel van onze kracht of onze kwetsbaarheid, onze lichte of onze donkere kant, onze verbondenheid of onze gescheidenheid van God en mens.

 

Op onze vraag om ontferming is altijd een antwoord, achter ons weten zit altijd een geweten soms in onvermoede vorm of van niet-gedachte zijde. Nog niet zo lang geleden maakte ik een stiltedag volgens de Benedictijnse rite mee in een bezinningscentrum in het oosten van het land. Tussen de lange uren van stilte door kwamen we op bepaalde momenten even bij elkaar met enkele woorden en wat muziek en steeds zongen wij met elkaar het Kyrie eleison. Ik werd me bewust dat ontferming eigenlijk in mijn woordenboek niet meer voorkwam (by the way in het Hedendaags Woordenboek van Van Dale is het ook niet meer te vinden). Ik voelde opeens hoe geraakt ik was door die herhaaldelijk gezongen bede om ontferming. Het was alsof het rechtstreeks in en uit mijn hart kwam en ging. Het maakte wat los in mij, in het hoekje van mijn ziel waar ontroering, geraakt zijn, bewogen worden en diepe liefde zitten.

Die oude zin Kyrie eleison maakt mij open en geeft me het gevoel dat ik echt nooit alleen ben.

Waarom is het soms zo moeilijk om te vragen, los te laten, om open te zijn, waarom is er zoveel angst in mij voor verlies, voor nederlaag terwijl ik zeker weet de Ene mij zal helpen ?

Waarom ben ik bang om mens te zijn, terwijl ik zie dat vele anderen om mij heen ook zo'n soort van leven leven ? En dat terwijl ik weet dat ik elk moment van de dag Kyrie eleison kan zeggen, kan zingen en dat de tijd van Gods ontferming niet moeilijk is om te herkennen als je een beetje zacht en open bent naar jezelf en naar de wereld. Misschien is het van belang om elke dag een keer te zeggen: Kyrie eleison, Heer ontferm u om zeker te weten dat de tijd van Gods ontferming nooit voorbijgaat. Amen

 

Nodiging

In de Duif is iedereen welkom aan de tafel. We breken het brood en we delen brood en wijn omdat wij het leven met alles erop en eraan willen delen met elkaar. Brood en wijn zijn voor ons al eeuwenlang tekenen van leven en van samen.

Voel de zachtheid in jezelf en de openheid naar elkaar en kom gauw want alles staat klaar.

 

        

Zegen

De Eeuwige zegent ons en zij behoedt ons

De Barmhartige laat het licht van zijn gelaat over ons schijnen en is ons genadig

De Ene en Enige verheft haar gelaat over ons en geeft ons vrede. Amen
       
 

| Archief/Bijdragen | Archief 2007 | Marina's "Hoofdpagina" | 

 
 

RG 2007-09-11 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl