Bijdrage Frans Gerritsma, viering 5 oktober 2008
 
 

Voorganger: Frans Gerritsma 

Lector:  Yvonne van der Velden

 
         
 

Lezingen:

Jesaja 5, 1-7

Matteus 21, 33-43

 

Woord van welkom.

Goede morgen

U allen bekenden, onbekenden, welkom op deze zondagmorgen; ook namens Yvonne van der Velden, die vandaag mee voorgaat.

 

In de lezingen van vandaag komt het beeld van de wijngaard naar voren.

In de eerste lezing: het lied van de wijngaard van Jesaja. Het lijkt op het hooglied.

Er wordt over God en zijn volk wordt gesproken als een liefdesrelatie, maar wel een liefdesrelatie die verstoord is. Er is iets mis gegaan tussen God en zijn volk, tussen schepper en schepsel. De mens eigent zich de schepping toe

 

Het evangelie laat zien welke krachten er los komen, wanneer mensen zich de aarde toe eigenen.

 

Je bent nooit bezitter want dan verlies je; wat je dacht dat jou, met Gods zegen, zekerheid verschafte. Daar willen we in deze viering bij stil staan.

 

 

Overweging.

Het is heel pijnlijk wanneer je goede bedoelingen door anderen niet worden begrepen of verkeerd worden geïnterpreteerd. Dat kan veel stuk maken en menig keer leidt dat tot een breuk die moeilijk goed te maken is. De wil is geknakt om elkaar nog goed te kunnen verstaan. 

Goede bedoelingen, liefdevolle bedoelingen ze doen een beroep op de welwillendheid van de ander. Ze vragen om beantwoord te worden. Ze moeten het goede in jou en de ander naar boven halen.

 

In het lied van de geliefde van Jesaja, waarin een beeld van God geschetst wordt, van een liefdevolle schepper, die zijn schepping liefdevol koestert, horen we de enorme teleurstelling over het resultaat van deze liefde. Het draagt geen vrucht en de Schepper is machteloos. Wat kan hij meer doen dan dat hij al gedaan heeft. Alle liefde alle energie vloeit weg. Gods liefdevolle betrokkenheid, wordt niet goed verstaan en haalt dan ook niets uit Er is een breuk.

 

Heeft de schepper te hoge verwachtingen van zijn schepping? Had hij meer moeten doen, de regie, de vrijheid van mensen over nemen? Had hij zijn verwachtingen lager moeten stellen, om weerklank van de mens te kunnen krijgen. Als het er op aan komt gaat de mens zijn eigen weg. Komt er niet uit wat er in zit. Probeert de mens zich groot te maken met de dingen die hij heeft, door zich zo veel mogelijk toe te eigenen.

 

Maar is dat vrucht dragen, zoals als God van geliefde verlangt? In bijbelse verhalen, als die van de zondvloed, de torenbouw van Babel en ook in dit lied van Jesaja betekent dat het einde van de schepping zoals die door God is bedoeld. Er is een breuk tussen de schepper en zijn geliefde, de mens ontstaan, de liefde is bekoeld.

 

“Wat kan ik meer aan mijn wijngaard doen”. Het lot ligt in de handen van de mens.

 

In het evangelie wordt de liefdevolle zorg van God om zijn schepping ook verbeeld in een zorgvuldig aangelegde wijngaard. Deze wijngaard laat hij helemaal over aan de mensen in de verachting dat hij vrucht zal opbrengen. De wijngaard levert vrucht op, maar de werkers, de mens wil de vrucht voor zich. De mens wil zo snel mogelijk vergeten, dat hij geen bezitter is van de wijngaard, zo veel mogelijk voor zichzelf houden. En het blijkt, omdat te verwerven, de mens tot veel in staat is, om zich dat allemaal toe te eigenen. Het gaat ten koste van de eerbied en respect voor het leven van de Schepper en van andere mensen.

 

De wijnbouwers denken dat ze daarmee de aarde in bezit hebben. En daarmee hebben ze het goede, of zoals sommige mystici zeggen “het goddelijke” in de mens om zeep gebracht. Of om het anders te zeggen, leven vanuit “geloof, hoop en liefde” is er niet meer bij. De mens en de wereld zijn tot bezit gemaakt, wie het meeste bezit heeft is de baas, en schijnt ook het gelukkigst. Tenminste als we af gaan op de energie die mensen steken in het willen hebben van de dingen of het vergaren van rijkdom. Nee, we hoeven niet gek op te kijken wanneer dit systeem, deze beurzen, een keer instorten.

 

Het leven, de schepping, zien als een gave en ook als een opgave om de waardigheid en het respect voor de schepping te bewaren is een manier van kijken, die God als schepper recht doet.

Dat kunnen natuurlijk heel mooie woorden zijn. Het kan een mooie hedendaagse geloofsbelijdenis zijn, maar daarmee zijn we er niet. De vraag is wat doen we. Wat doen we.

 

Levert onze wijngaard vruchten op.

 

Of waren de verwachtingen zo hoog, dat we vruchteloos blijven zoeken naar het betere of het beste en niet zien wat we aan vruchten opbrengen in het leven van iedere dag. Dat gebeurt daar we zorg hebben voor anderen, waar we de mens niet beoordelen op wat hij heeft, mensen niet afschrijven omdat ze niet aan ons beeld voldoen. Dat hebben we niet eens aan onszelf te danken. Dat hebben we gekregen, zonder er zelf iets voor te hoeven doen. Van mensen die zorg om en voor ons hadden, die ons bij de hand namen, omdat we het zelf niet konden. Die niet van alles van ons verwachtten, dat buiten ons kunnen ligt. Waardoor ons leven vrucht kon dragen.

Wat doen we met de vruchten van onze wijngaard

 

De vruchten van ons leven, vertellen over de groeikracht die er in je is. Waarvan de kiem ons gegeven is. Een groeikracht die bevorderd en gestimuleerd is door al die verhalen en mensen die op een of andere manier ons geraakt hebben en het goede in ons de kans gaven om te groeien. Daar heb je mee gewerkt, dat is je verdienste. Maar als je het alleen voor jezelf houden doet het je al heel gauw je schepper vergeten. De bron van het leven. Doet het je al heel gauw denken dat je het zelf allemaal gedaan hebt. Dat je recht hebt op alles. Met iets wat je als gave ontvangt ga je anders mee om, dan met iets waarop je recht hebt.

 

Welk recht hebben wij op de schepping?

 

In de schepping komt de welwillendheid van God aan het woord. Uit liefde wordt steeds weer iets nieuws geboren. Kijk naar de groeikracht in je zelf. Laat je begeesteren door de welwillendheid van God, dat maakt ook jou welwillend naar anderen toe. Steek je energie in wat opbouwt en leven geeft. Dat is niet altijd gemakkelijk er is veel wat ons terneer wil drukken en futloos kan maken. We worden van alle kanten bestookt om ons heil te zoeken in wat we hebben en daarin ons onsterfelijk te voelen.

 

Daarbij hebben we elkaar nodig. Waar steken ook wij als gemeenschap energie in. Wat kan vrucht dragen. Hoe houden we elkaar gaande in ons geloven.

 

Gisteren was de feestdag van Franciscus. Zijn lofzang op de schepselen is een grote ode aan God als schepper. God als schepper. Dat was hij zich dagelijks zeer bewust. Daarom spoorde hij aan om alles wat je je hebt toegeëigend aan God terug te geven. Dat helpt om in eerbied en respect met al wat leeft om te gaan. Want het is niet ons bezit..

           
 

| Archief/Bijdragen | Archief 2008 | Frans' "Hoofdpagina" | Gastvoorgangers |

 
 

RG 2008-10-12 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl