|
||||
Alets bijdragen,
viering 14 januari 2001
|
||||
Thema: Oecumene, de algemene kerk, die alle christenen
omvatten moet |
||||
Lezingen
|
||||
Welkom en inleiding Namens de Duifgemeenschap heet ik u allen van harte welkom in deze dienst.
Kramers woordenboek geeft als omschrijving voor Oecumene: 'de algemene
kerk, die alle christenen omvatten moet'. Dit staat ook voorop uw boekje.
Het Griekse woord oikumenè betekent bewoond of de gehele bewoonde wereld.
Letterlijk verstaan we er dus onder, wereldomvattend. In het kerkelijk
spraakgebruik van de eerste eeuwen heeft het de betekenis gekregen van:
betrekking hebbend op de gehele kerk over de gehele wereld. Herhaaldelijk spoort Paulus in zijn brieven aan tot eensgezindheid, we lezen het ook vandaag. We bouwen op hetzelfde fundament gelegd door Christus, en boven de oecumene uit zijn alle mensen verenigd door die ene God die hemel en aarde schiep. De God die, als je Hem erkent en herkent, geen onderscheid maakt in zijn kinderen zoals we straks lezen in Psalm 25 en in Mattheus 15. |
||||
Overweging Ik heb van huis uit geen kerkelijke achtergrond en ik ben een aantal jaren geleden gedoopt ik de Duif. Als mensen me nu vragen welk geloof ik heb zeg ik dat ik christen ben. Mensen vragen dan meestal: 'Ja maar ben je Katholiek of Protestant?' Een lastige vraag om bevredigend te kunnen beantwoorden maar geen rare vraag.Want ga maar na als je tegen iemand zegt: 'ik sport', dan wil die ander toch ook weten welke sport je bedrijft, want er bestaan veel sporten. De oecumene is ook zo'n overkoepelend woord, waarnaast mensen graag willen
weten welke richting je aanhangt. En zoals er vele takken van sport bestaan,
vind ik het niet eens zo erg dat er vele richtingen in het geloof zijn.
Wat ik wel erg vind is dat de ene stroming zich boven de ander stelt of
de ander zelfs afwijst. Wie maakt er uit dat voetbal de koning onder de
sporten is? Wie maakt er uit dat klaverjassen geen sport is? Wie maakt
er uit dat het Rooms-Katholieke geloof het ware geloof is en wie maakt
uit dat ze ongelijk hebben? Zoals bij een Olympische Spelen moet het toch
mogelijk zijn om samen te spelen, naast elkaar te sporten, te leven en
ook te geloven. Over één ding is Jezus heel duidelijk geweest: Heb uw naaste lief gelijk uzelf. Het fundament waar wij op verder mogen bouwen. En dat bouwen kan op vele manieren, maar tast nooit het fundament aan, want dàn zal het gebouw vroeger of later instorten! Het is daarom minder van belang uit welke hoek we het geloof ontvangen en met welke woorden en door wie we tot het geloof geroepen zijn. Het enige dat van belang is, is dat we de liefde voor elkaar koesteren, en leven zoals Jezus ons in Zijn leven liet zien hoe we met elkaar om moeten gaan. Maar wat is dat toch met mensen dat we altijd het gelijk aan onze kant willen hebben. Eigenlijk vanaf het begin al: de joden beschouwen zichzelf als het uitverkoren volk, de eerste christenen maakten onderscheid tussen christen-joden en christen-heidenen. De Kananese vrouw behoorde niet tot het eigen volk maar haar geloof bewees dat die grenzen, Gods grenzen niet zijn. De kerken die in de loop van de geschiedenis zijn ontstaan, ik neem aan uit de allerbeste bedoelingen, vervallen in machtstrijd en onderdrukking van gelovigen. In dogma's worden regels vastgelegd en als je je er niet aanhoudt word je afgesneden van de gemeente. In een langzaam gegroeide traditie zetten ze zich af tegen de anderen (en als je spreekt van anderen is er al geen sprake meer van oecumene). In de poging je bouwwerk te beschermen verwaarloos je de fundamenten, de al omvattende liefde wordt vervangen door de afwijzing van je medemens. Daarom pleit de oecumene voor openheid. Openheid in dialoog en samenwerking. We kunnen veel van elkaar leren en samen kun je meer bereiken. We moeten daarin niet zoeken naar een compromis tussen al die verschillende vormen van geloofsbeleving, een soort oecumenische 'stamppot', van vanalles door elkaar heen. Dan gaat de specifieke smaak van de diverse richtingen verloren. We zoeken ook niet naar de kerk die het bij het juiste eind heeft. Al zouden we de eigen kerk beschouwen als de enige kerk, zelfs dan zullen we moeten toegeven dat er op de wereld miljoenen zijn die oprecht in Christus geloven en dus evengoed deel uit maken van de oecumene. Onze liefde moet de gehele oecumene omvatten en niet beperkt blijven tot de kerk waarvan we lid zijn. Het geloof is geen wetenschap, nooit keerde iemand terug om er over te vertellen. Daarom kan geloof niet gevangen worden in regels en wetten of in dogma's, maar is zij levend. Dat betekent dat zekerheden soms geen zekerheden blijken te zijn, en dat is soms zwaar. Het betekent dat je je niet kunt verschuilen achter de kerk als instituut maar dat je eigen verantwoordelijkheid draagt. Dat kost meer energie maar geeft je op den duur meer voldoening. Het betekent ook dat er soms een antwoord komt uit een hoek waarnaar je vroeger niet eens geluisterd zou hebben of niet luisteren mocht. Want in plaats van enkel te kunnen putten uit de ervaringen, opvattingen en meningen van je geloofsmedestanders kun je je vragen neerleggen bij alle christenen en kun je je geloof verrijken en vragen zij aan ons ooit hetzelfde. Niet om de ander te proberen te overtuigen maar om de dialoog aan te gaan en zo elkaar ruimte geven, de ruimte die we allemaal graag willen hebben. We hebben het immers over het zelfde maar op een andere manier. Je hebt zo je eigen steentje bij te dragen aan de oecumene. Het maakt van onze verscheidenheid juist onze kracht. Amen. |
||||
Nodiging O God onze Schepper, alles wat wij zijn en hebben, hebt Gij ons gegeven.
|
||||
|
||||
|
||||
|
||||