Bijdrage Cees Blaauw, viering 26 september 2004
 
 

Voorganger: Cees Blaauw

 
   
 

Lector: Harry Maalman

     
 

 

Lezingen:

Amos 6; 1-7

1 Tim. 6; 17-19

Lucas: De rijke en de vrek (lied Oosterhuis)

       
         
 

Overweging.

Als je de lezingen van vandaag zo hoort, dan word je haast bang om rijk te zijn; rijk zijn lijkt wel een straf te worden. Zouden Jezus en ook Amos en Timoteus dit ook zo bedoeld hebben of moeten wij dit anders interpreteren? Want wat is rijk? Het bezitten van veel geld en andere aardse goederen, of bestaat er nog een andere rijkdom? Is rijkdom alleen voorbehouden aan enige personen, of kunnen ook groepen personen, landen, of zelfs werelddelen rijk zijn ten opzichte van anderen? Ik zal hierop niet verder ingaan, anders wordt het nog een politiek betoog en daar is het hier niet de plaats voor.

 

Terug naar de lezingen, waarin de rijken worden vermaand om te beseffen dat zij niet straffeloos er op los kunnen leven en zich niets aantrekken van hun arme medemensen.

De rijke vrek wordt na zijn dood veroordeeld tot helse pijnen, maar de arme Lazerus mag na zijn dood in de schoot van Abraham rusten. Het wordt hier wel erg zwart/wit voorgesteld maar daarom is het niet minder waar. Jezus wil òns hier voorhouden dat we mensen, medemensen zijn, dat we elkaar moeten helpen wie of wat we ook zijn en wat we ook bezitten of niet bezitten; naastenliefde dus.

 

Toen de Farizeeërs Jezus eens vroegen wat het voornaamste gebod was van de Wet van Mozes was het antwoord:” Uw zult de Heer uw God liefhebben met heel uw hart, met heel uw ziel en met heel uw verstand. Dat is het grootste en eerste gebod. En het tweede gebod is daaraan gelijk,”U zult uw naaste liefhebben als u zelf. (Zie Matheus 22, 37-39.) De rijken ten tijde van Amos kenden ook deze geboden, dus was het begrijpelijk dat Amos hen daarop wees en ook op de gevolgen van het negeren van deze geboden.

Wij moeten niet vergeten dat deze geboden heden ten dage nog steeds gelden, want ook wij kennen de z.g. 10 geboden of woorden zo u wilt. Ook wij dienen onze naasten even lief te hebben als ons zelf en dus onze rijkdom met anderen te delen. Zijn wij dan rijk?Er bestaat naast aardse rijkdom, stoffelijke rijkdom, ook geestelijke rijkdom. Ieder van ons bezit wel een of andere gave of soms méér dan één of zo u wilt talent en deze gaven, deze talenten kunnen wij, ja moeten wij met anderen delen. Geestelijke rijkdom is een groter bezit dan aardse of stoffelijke rijkdom. Aan het delen van geestelijke rijkdom komt nooit een einde. Door het delen vermindert het nooit, ja het kan door het delen zelfs groeien, groter worden. De boodschap van vandaag is dan ook, dat wij aardse, stoffelijke rijkdom èn geestelijke rijkdom met elkaar moeten delen en ons wordt voorgehouden wat de uiteindelijke beloning voor dat delen is.

 

Er is eigenlijk niets nieuws onder de zon. De wet van Mozes, de tien geboden gelden heden ten dage nog steeds en niet alleen voor het Joodse volk, maar ook voor ons die zich volgelingen van Jezus noemen. Als wij God liefhebben met heel ons hart, met heel onze ziel en met heel ons verstand, dan zullen wij ook onze naasten liefhebben met diezelfde inzet.

Laat ons eens zien wat er in de brief aan Timoteus staat, Timoteus die een leerling van Paulus.

In die brief worden wij aangespoord om ons bezit, onze rijkdom met anderen te delen, er goede werken mee te doen en vrijgevig en mild te zijn voor onze medemens. Dan zullen wij niet graaien in de grote geldpot, dan zullen wij onze naasten niet bezwendelen, dan zullen wij niet begerig zijn van wat anderen bezitten, dan zal de mentaliteit verdwijnen van: als ik het maar goed heb en de rest kan stikken. Als wij leven zoals ons vandaag wordt voorgehouden, dan kan het ooit waar worden waarnaar wij zo grenzeloos verlangen n.l. dat de armoede uit de wereld verdwijnt. Dit lijkt wel een utopie, maar als wij echt willen delen op elk gebied ook, dan wordt dit waarheid. En als de armoede uit de wereld verdwijnt, dan verdwijnt ook de oorlog en het geweld, dan heerst er vrede op aarde. U mag misschien denken dat dit de filosofie is van een idealist, maar wees er zeker van dat dit de filosofie is van Jezus van Nazareth, van Mozes, van Amos en van alle profeten. Het is geen andere boodschap dan wat deze mensen zeiden tegen hun toenmalige toehoorders en dat geldt voor ons, in deze tijd nog steeds. Wij hebben vandaag drie stemmen gehoord uit het verleden. De stem van Amos die de leiders van de Israelieten veroordeeld om hun egoistisch gedrag, wij hebben Paulus gehoord in zijn brief aan Timoteus waarin de rijken worden aangespoord om hun rijkdom te delen met minder bedeelden en zich te gaan toeleggen op goede werken en wij hebben Jezus gehoord in zijn parabel van de arme Lazarus en de rijke vrek. In die parabel zien wij hoe het met beiden afloopt. Alle drie de lezingen, de stemmen, vormen een spiegel die ons niet alleen vandaag, maar altijd wordt voorgehouden, de spiegel waarin staat: houdt op met egoisme, bekommer je om je medemens en zet je in voor een betere wereld.

 

Ik schilderde u net het beeld van hoe de wereld er dan kan gaan uitzien als wij dit allemaal doen. Maar u moet goed onthouden, u staat er niet allen voor. Miljoenen mensen denken net als u en ik en zij zijn ook bereid, of zijn al bezig met dat gene wat wij hier ook willen n.l. God liefhebben uit heel ons hart, met onze hele ziel en met heel ons verstand en dan zullen wij automatisch onze naasten liefhebben als ons zelf en dan zal die droomwereld eens werkelijkheid worden.

     
       
 

| Archief/Bijdragen | Archief 2003 | Cees' "Hoofdpagina" | Gastvoorgangers |

 
 

RG 2004-10-03 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl