Bijdrage Maruja Bredie, viering 7 november 2004

 
 

Voorganger: Maruja Bredie

 
       
 

Lector: Thea van Deijl

 

Lezingen:

2 Makk. 7; 7,1 en 9-14

Lucas 20; 27-38

 

Overweging .

Toen ik gisteren achter een blanco vel papier achter mijn bureau zat is het lang leeg gebleven. Er tuimelden allerlei gedachten door mijn hoofd maar ik kon er geen touw aan vastknopen. Was ik nu boos, was ik verdrietig was ik wanhopig, of was ik misschien van alles een beetje. Ik woon toch in Nederland, ik woon toch in dat veilige landje waar men zich om van alles druk maakt maar dat toch niet echt opvalt daar aan die grote plas water. Ik woon toch in een klein land, heel ver weg van dat grote Amerika waar miljoenen Amerikanen hun stem geven aan een president die zijn hand op de bijbel legt en zegt dat God zijn land steunt en dat zijn overtuigingen geïnspireerd worden door de woorden van God om vervolgens met zijn andere hand een pistool tevoorschijn te halen en als een echte Texaanse cowboy deze in de lucht te steken met de woorden en als je niet voor ons bent dan ben je tegen ons. Ik woonde dacht ik ook ver genoeg weg van allerlei enge radicale groeperingen die uit naam van hun religie anderen uitschelden en naar het leven staan en ook daadwerkelijk vermoorden. Ik woonde dacht ik een land waarin mensen alles konden zeggen, soms mensen wel eens grote mond hebben waar je je ook druk overmaakt en soms boos op bent, maar waar je na een felle discussie elkaars mening respecteert en het in de kroeg met een biertje overgiet. Nederland en kneuterigheid, een woord dat nog niet lang geleden hardop werd uitgesproken.

Er is in mijn gevoel echt iets veranderd deze week. Buiten het feit dat ik geschrokken en boos ben, leeft er nog iets anders bij mij van binnen. Misschien het gevoel van wat zullen we nu krijgen, ik geef het niet zomaar op, ik laat me niet door alle gekken op deze wereld in een hoekje drukken. Ik weet en voel dat God me niet in de steek laat. Ik laat me niet intimideren, ik wil blijven zeggen wat ik denk en voel en ik wil blijven verkondingen dat het leven van Jezus en zijn woorden heel belangrijk voor me zijn.

  Elke dinsdag na Pinksteren wordt ter ere van de Heilige Willibrord in Echternach, de plaats waar hij begraven ligt een processie gehouden, het begint met een bidprocessie en daarna volgt een springprocessie. Een springprocessie betekent twee stappen vooruit lopen en daarna 1 stap achteruit. Ik denk het is vandaag niet voor niets de dag van Willibrord, de man die opriep tot de ene en onverdeelde kerk. We doen vandaag een pas achteruit, een flinke pas achteruit. We staan vandaag een beetje verdoofd, suizen bollend rond te kijken. Maar we geven niet op. Wat anderen ons ook aan doen wat anderen ook menen dat ze zich kunnen permitteren.

Als ik met deze ogen naar de eerste lezing kijk uit het boek der Makkabeeën dan zou ik bijna zeggen dat toeval niet bestaat. Er wordt ons vanuit een gruwelijk decor de marteldood van zeven broers beschreven. Een beeld dat in de actualiteit van nu bijna eng veel overeenkomsten vertoont met de beelden die ons bereiken vanuit Irak en anderen landen. Vormen van aardse kwaadheid door anderen opgelegd. Maar het verbond van God met ons mensen is niet klein te krijgen. Welke vreselijke dingen een ander ons ook aandoet, God steunt en draagt ons onvoorwaardelijk. Al is het soms niet direct voor ons menselijke oog zichtbaar. We laten ons niet te neer slaan, we laten ons niet ontmoedigen. Ook wij beschikken al denken we misschien zelf van niet over een dergelijke geestkracht. Wanneer mensen elkaar vreselijk dingen aandoen, dan kruipen we niet als een oester in onze schulp, zo van hoor eens ik ken ze niet, ik weet het niet en ik wil het ook niet weten. Onverschilligheid en angst zijn de slechtste drijfveren om iets te kunnen veranderen.

De kranten van de afgelopen dagen staan bol van reacties van bekende Nederlands op de moord van van Gogh en ik las ook de reactie van Henk Westbroek. Hij vertelde dat hij zich uit de politiek had teruggetrokken na de bedreigingen aan zijn adres en dat van zijn gezin. Ik dacht ik heb ook makkelijk praten, ik vindt geen dreigbrief in de post of de poes van mijn dochter tegen de deur gepind met een briefje jij bent de volgende. Laten we wel wezen dat je daardoor beïnvloedt wordt, ik zou zeggen dat kan bijna niet anders. Je kunt echter niet je hoofd in het zand steken en zeggen, hoor eens alles komt vanzelf goed ik sta aan de kant van goeden, tegenover de slechterikken dus het komt allemaal wel voor elkaar. We weten nu dat dat te simpel is. Ben ik geschrokken? Ja. Ben ik boos? Ja. Ben ik wanhopig? Nee.

  Vandaag kijken we weer vooruit, na de pas achteruit moeten we weer een pas vooruit. We zijn dat aan onszelf en aan anderen verplicht. Voorzichtig maar niet bang een pas vooruit. Ik ga vandaag niet roepen met de bijbel in mijn hand. De bijbel is een prachtig boek met hele mooie oude verhalen die een prachtige illustratie vormen van gebeurtenissen die zich heel lang geleden hebben afgespeeld. Verhalen die ons duidelijk maken hoe wij ons door de woorden van Jezus kunnen laten inspireren. Hoe zijn leven en zijn daden ons tot hulp kunnen zijn in de mallemolen waarin wij vandaag leven. De bijbel is geen kookboek met recepten die we letterlijk moeten volgen maar een leidraad met schitterende beelden. Een inspiratiebron voor ons allemaal.

  Gelukkig zijn u en ik dus vandaag niet alleen. We hoeven het niet alleen voor elkaar te boksen. We worden ook vandaag gesteund door de God van de levenden. Dezelfde God die Willibrord steunde toen hij de mensen van die tijd probeerde te overtuigen hun goden te vergeten en zich naar één God te richten. Samen bouwen, steen voor steen stap voor stap, vooruit. Samen staan we sterk, samen met God kunnen we verder, samen met God blijven geloven in een goede toekomst voor ons allemaal.

 

En zo zij het.

 

 

 

 
 

 

 
       
 

| Archief/Bijdragen | Archief 2004 | Maruja's "Hoofdpagina"Gastvoorgangers |

 
 

RG 2004-11-07| © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl