|
||||
Bijdrage Alet Aalders, viering 26 februari 2006 | ||||
Voorganger: Alet Aalders
|
||||
|
||||
Lezingen: |
||||
Inleiding en welkom. Hartelijk welkom in deze dienst van schrift en tafel. Een warm welkom aan allen hier aanwezig en dank aan alles die deze diensten hier op zondagmorgen steeds weer mogelijk maken.
Ik stel u de vraag: Wie van u kent de profeet Hosea? Er bestaan geen afbeeldingen van hem, geen videobeelden. Al zit in zijn verhaal een prachtig script voor een film. Hij heeft maar één boek geschreven, een soort van familieroman. Op het eerste oog dan. Het verhaal dat we vandaag gaan lezen lijkt deels door Hosea te zijn geschreven en wordt dan overgenomen door God zelf. Het familieverhaal van Hosea wordt het verhaal van God en zijn volk. In de evangelielezing wordt aan de orde gesteld op welke manier je een verbond, een relatie in stand dient te houden. Doe je dat door te laten zien dat je je aan bepaalde afspraken houdt of doe je dat door je liefde voor de ander te tonen. Het thema van vandaag gaat over de wederzijdse liefde tussen God en de mens, hoe God ons zoekt en hoe wij mensen het verbond in stand willen houden. We gaan vandaag in de lezingen door een onstuimige bergstroom gevoed door woede en liefde naar de oceaan waarin alles samen stroomt. |
||||
Overweging. Het boek Hosea is een van de moeilijkste boeken van het oude testament en wordt door ons niet vaak gelezen. Op het leesrooster staan voor vandaag ook eigenlijk maar enkele regels in plaats van de lange lap die we hebben gelezen. Het boek verteld twee verhalen die door elkaar heen zijn geweven en zit vol met symboliek. Ik heb daarom ook een blaadje met enkele voorbeelden daarvan in het liturgieboekje gedaan. Het is op het eerste oog een wonderlijk verhaal. Een raar verhaal. Het is een vertelling met een dubbele lading. Naast het verhaal over Hosea en zijn vrouw gaat dit verhaal over God en Israël.
Wie was Hosea? Hij was een profeet. Hij leefde in Noord-Israël tijdens de regeerperiode van Jerobeam II in de 8 e eeuw voor christus. De periode van Jerobeam II was er een van welvaart en weelde, de tijd daarna een van grote verwarring. De godsdienst was een vermenging van de Joodse godsdienst en Kanaänitische Baäl-verering. Hosea was getrouwd met een ontuchtige vrouw, Gomer genaamd. Waarschijnlijk was hij niet de vader van de kinderen die zij baarde. Toch had hij haar lief.
Het centrale thema van het boek is de relatie tussen God en Israël. Deze relatie wordt in deze tekst voorgesteld als een liefdesrelatie, waarin de vrouw (Israël) ontrouw is aan de man (God). De ontrouw van Israël komt tot uiting in de verering van afgoden. De afgod Baäl , maar ook de afgoden die we in onze tijd kennen, als het kritiekloos najagen van succes, aanzien en geld. God maakt zijn geliefde vele verwijten. Maar ondanks alles blijft hij van Israël houden en probeert hij haar, door haar mee te nemen in de woestijn en tot haar hart te spreken haar terug te winnen. De manier waarop komt wel wat cru over, niet echt zachtzinnig. De strekking er achter is dat je je niet moet laten verleiden door geld, goederen en beloftes maar naar je hart moet luisteren en deze volgen. Wie is er voor je als je het moeilijk hebt? Iemand die je gouden bergen belooft of iemand die je heeft belooft ook in armoede en bij ziekte er voor je te zijn.
God leren kennen daar gaat het over in de lezingen van vandaag. Bij Hosea is de kennis van God synoniem met de chesed [heezet] : Hebreeuws voor Goedheid , genade en trouw. Dit is de houding die aan de basis ligt van elke relatie tussen personen. Goedheid, genade en trouw. In het tafelgebed bidden wij straks: ‘Jij hebt je laten zien als een God die er alles voor overheeft, als wij mensen maar tot leven komen. Zoals een moeder haar kind draagt, zoals een vader opkomt voor zijn kind. Zo ben Jij er voor ons: een trouwe God. Die doet wat Je zegt, die jouw en ons verbond bewaart. Ook als ons hart ons onrustig maakt, jouw hart is groter.'
Wie God zo werkelijk herkent en erkent, wil toch ook die liefde terug geven. Een gehechtheid en toewijding aan God die ook verplichtingen oplegt. Geloven is een zaak van het hart, maar ook van trouw. In de tijd van Hosea is het de taak van de priesters de wetten te onderwijzen en zo de kennis van God levendig te houden. En in de tijd van Jezus zijn het de farizeeën en schriftgeleerden.
De schriftgeleerden waren mensen die zich toelegden op de studie en de uitleg van de wet van Mozes; ze hoorden vooral tot de beweging van de farizeeën. De farizeeën behoorden niet zozeer tot een politieke partij maar tot een religieuze beweging van en voor het volk. Ze leefden sober, en volgden de opvattingen van de schriftgeleerden. Kenmerkend voor de farizeeën is, dat ze zichzelf verplicht achtten de priesterlijke reinheidsvoorschriften te onderhouden en ze hechtten veel waarde aan de traditie.
Nu vonden zei iemand tegenover zich die zei: een nieuwe tijd verdient een nieuwe aanpak. Een nieuwe lente een nieuw geluid. God, zegt Jezus, is heel anders dan jullie Hem zien. Hij is niet een God die verzoend wenst te worden door vasten. Hij is als een bruidegom temidden van jullie. En waar een bruidegom is, daar is feest, daar wordt gezongen, gedanst en gelachen. We besteden weinig aandacht aan de blijde kanten van ons geloof. We besteden weinig aandacht aan ons gelukkig zijn. Hebben wij dan altijd perioden van inkeer, van vasten, van soberheid nodig zoals de 40 dagen tijd om ons te realiseren dat het weer feest, dat het weer Pasen zal worden. Hebben wij telkens weer perioden nodig in ons leven waarin het donker om ons heen lijkt waarin we beseffen dat er licht is aan het einde van de tunnel. In moeilijke tijden leer je je vrienden kennen, waarom niet op een feest?
We lopen vaak aan ons geluk voorbij, zien het over het hoofd. Duizend en één gewone dingen om ons heen kunnen ons gelukkig maken. Waarom horen we, lezen we in de krant, zien we op tv dan zoveel mensen zich beklagen. Vijf scheppingsdagen maakten alles klaar voor de mens, de lucht, het water, de zon en de wolken, de planten en bomen, de dieren en vogels. Dat is voor jou, zei God, om van te genieten. Het weerhouden van enige liefde aan enig ding in het heelal betekent dat wij even zoveel liefde aan God onthouden.
Laten we vandaag eens proberen ons verbond met God te versterken door te beseffen hoe goed we het eigelijk hebben. Dat lijkt moeilijker te zijn dat God te zoeken wanneer het slecht met ons gaat. In het verhaal van Hosea is dat de manier waarom God zijn volk weer naar zich toe trekt. Totaal berooid in de woestijn keert het volk zich weer tot God. Het wordt treffend bezongen in een gedicht van Huub Oosterhuis: ‘Het lied van zoeken en vinden” In de coupletten 6 en 7 staat; ‘En voordat wij Hem zoeken. Zijn wij gezocht door Hem, en nu wij om Hem roepen, geeft Hij ons deze stem. En wie het wordt gegeven, bespeurt Hem overal, in woorden allerwegen, in mensen zonder tal'.
Vier je relatie met mensen zomaar door de weeks Wacht niet tot je ze kwijt dreigt te raken met te zeggen hoe veel je van ze houd Het leven niet vieren is als vasten op een bruiloft Leef – leef de liefde.
Amen NodigingWe nodigen u uit om dit brood en deze wijn met elkaar te delen Kom dan want alles staat klaar.
VoorbedenEeuwige, Net als menig ander kan ik vaak geen weerstand bieden aan de “uitdagingen” die op mijn pad komen. Zoals het vaak kritiekloos najagen van succes, aanzien en geld. Laat mij dan tijdig tot inzicht komen en terugkeren op Uw pad heroverwegen wat werkelijke rijkdom is gezondheid een evenwichtige visie en aandacht voor je geliefden.
In tijden dat alles voor de wind gaat is het gemakkelijk om God te vergeten, om er dan aan te danken dat alle oorsprong van Hem komt. Geef ons het inzicht en vertrouwen dat God er is voor ons. Dat Hij ons zal teruglokken als we van Hem wegdwalen. Leer ons beseffen dat God dicht bij ons is en huist in ieder van ons. Zegen
Zegen, God, de liefde die mensen samenbindt, De trouw van allen die zich met elkaar verbinden En elkaars leven willen delen, Of het nu in een huwelijk is Of in welke relatie dan ook. Zegen mensen in hun dagelijkse vriendschap, Zegen hen wanneer zij zorg En verantwoordelijkheid willen dragen En zo in liefde willen leven Dat ook anderen erdoor worden gedragen.
Zegen, God, onze verbondenheid met elkaar, Onze solidariteit met hen die geen leven hebben, Ons gevoel voor recht voor wie ontrecht zijn, Onze vrijheidszin die anderen kan vrijmaken, Ons saamhorigheidsgevoel dat niemand uitsluit, Onze bekommernis om het lot van wie lijden, Onze inzet voor allen die tekortkomen, Onze lotsverbondenheid wanneer het erop aankomt.
Zegen ons, God, wanneer wij elkaar beschermen, Wanneer wij mede richting geven aan elkaars leven, Wanneer we genoodzaakt zijn te beslissen voor anderen, Wanneer we in gewetensnood elkaar de hand reiken, Wanneer we over anderen moeten oordelen, Wanneer anderen lijden onder ons advies, Wanneer het gaat om eerbied voor het al het leven, Wanneer we vandaag moeten beslissen Over het leven van morgen.
Wij zijn uw eigen werk, God. Uit zo veel dingen spreekt uw wijsheid. Zegen ons met het licht van uw ogen, Zegen ons met de geestkracht Die ons allen kan samenbinden En die ons doet leven. Zegen ons - God
In de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest Amen.
|
||||
| Alets "Hoofdpagina" | Gastvoorgangers | |
||||
|
||||
RG 2006-02-27 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl |
||||