Reiniers bijdragen, viering 10-12-2000
 
  Thema: Belofte 1 en 2 van de Belofte 2000  
         
         
 

Lezingen

  • Luc.1; 67-80
  • Mat. 5; 43-48
         
       
 

Welkom en inleiding

Hartelijk welkom allemaal in deze dienst, waarin Thea en ik U mogen voorgaan.
Fijn dat U gekomen bent. Vorige week heeft Alet Aalders een inleiding gegeven op de Belofte 2000, het uitgangspunt dat de voorgangers hebben gekozen voor de vier adventsvieringen.
Vandaag behandelen we de eerste twee punten van deze belofte, te weten:

1. Alle leven eerbiedigen.
Eerbied hebben voor het leven en de waardigheid van iedere mens, zonder discriminatie en zonder vooroordelen;

2. Geweld verwerpen.
Actief geweldloos handelen en geweld in alle vormen: fysiek, seksueel, psychologisch, economisch en sociaal verwerpen - vooral tegenover de meest misdeelden en kwetsbaren.

Over de lezingen van vandaag:
Deze zijn respectievelijk uit het Lucas-evangelie en uit het evangelie volgens Mattheüs. De lezing uit het Lucas-evangelie gaat over de lofzang van Zacharias, de vader van Johannes de Doper, de wegbereider van Jezus. Zacharias bezingt de grootsheid van de Eeuwige, die hem op hoge leeftijd nog een zoon geschonken heeft, de zoon die later de man zal worden die voor Jezus uitgaat als wegbereider en die de voeten van het volk Israël op de weg van de vrede zal richten. Deze lezing wil een vingerwijzing zijn naar de geboorte van Jezus en zo naar het Kerstfeest dat nadert. De lezing uit het Mattheüs-evangelie verhaalt over de standpunten van Jezus ten aanzien van geweld en haat. Hij roept zijn leerlingen op hun vijanden lief te hebben en te bidden voor wie hen vervolgen. Deze lezing sluit heel mooi aan op de twee punten van de belofte.
Deze lezing en de twee punten uit de belofte staan centraal in de overweging die ik straks voor U mag houden.

 

Overweging

Een foto in de krant: een jonge Palestijn steekt zijn bebloede handen in de lucht, trots, hij heeft zojuist een andere jongeman vermoord, een Israëlische soldaat. Met afschuw en verbazing neem ik kennis van het geweld in de wereld. Geweld ver van huis, maar ook heel dichtbij, zoals in de wijk waar ik werk voor de Thuiszorg.
Vorige week was ik er getuige van een schietpartij tussen de politie en een stel overvallers die net een filiaal van Albert Heyn hadden beroofd. Een dag later weer een schietgebeuren. Deze keer werd er geschoten met een gaspistool door kinderen, pak weg 15 - 16 jaar oud, bij een school naast onze wijkpost, die een paar honderd meter verwijderd is van de plaats waar het eerder genoemde incident plaatsvond.
Afschuw en verbazing.
Afschuw, omdat ik altijd innerlijk verzet heb gevoeld (en nog voel) tegen geweld. Als kind had ik dat al: als het op vechten aankwam, nam ik de benen. Verbazing, omdat ik het niet begrijpen kan. Een oproep om alle leven te eerbiedigen en geweld te verwerpen zal ik dus van harte onderschrijven.

We vieren vandaag de tweede zondag van de Advent, de tijd waarin we uitzien naar het licht, naar de geboorte van een vredeskind, een vredeskoning. Bij uitstek een tijd dus om ons te bezinnen en na te denken over hoe wij in het leven willen staan en hoe wij onze eigen ideeën over het verwerpen van geweld en eerbied voor het leven in praktijk willen brengen in ons dagelijks bestaan.

We onderschrijven vandaag een belofte, we mogen ons uitgenodigd voelen om ons te laten raken door oude en nieuwe verhalen, om ons te laten raken door oude en nieuwe opvattingen en inzichten die ons oproepen om wegen te gaan die leiden naar een wereld waarin geen plaats meer is voor oorlog en geweld, armoede, honger en onderdrukking, een wereld waarin de waardigheid van ieder mensenkind tot uitdrukking mag komen.
Jezus' opvattingen hierover in de lezing van vandaag stellen ons naar mijn smaak voor een uitzonderlijk moeilijke opdracht. Hij vraagt ons om onze vijanden lief te hebben en om te bidden voor wie ons vervolgen, iets wat mij schier onmogelijk lijkt, maar hij laat ons wel de uiterste grenzen zien tot waar wij kunnen gaan. Hij vraagt ons om verder te kijken dan onze eigen vertrouwde omgeving, hij vraagt ons om onze grenzen te verleggen, om liefde over alle grenzen heen. Het is niet voor ieder van ons weggelegd om tot het uiterste de weg te gaan die Jezus ons voorhoudt, maar we kunnen wel proberen iets ervan in ons dagelijks leven waar te maken, ieder op zijn eigen unieke manier, ieder met zijn eigen talenten en mogelijkheden, maar ook ieder met zijn eigen beperkingen.

We zijn vandaag nog slechts enkele dagen verwijderd van de eerste Kerst in een nieuw millennium. We worden uitgenodigd om stil te staan bij een belofte om op onze eigen unieke wijze bij te dragen aan de vrede in de wereld. Dat is niet altijd even makkelijk; soms worden we geconfronteerd met onze twijfel en ons onvermogen. Zeker in deze donkere dagen voor de Kerst heb ik het daar nogal eens moeilijk mee, vraag ik me af of ik het allemaal wel goed genoeg doe in mijn dagelijks leven: op mijn werk, in mijn omgeving, in mijn land en mijn plaats in de wereld. Maar soms ook is er plotseling een beetje licht, een vriendelijk woord van iemand, een glimlach, een vriendelijke groet. En soms borrelt er plotseling, onverwacht, door de twijfel heen, in mijzelf iets op, inspiratie, kracht om verder te gaan. Soms komt er iets nieuws op mijn weg, zoals onlangs opeens zomaar door alle twijfel heen een gedicht bij me opkwam. Een stukje bemoediging vanuit mezelf, een stukje uitzicht op iets nieuws, iets beters, een toekomstperspectief.
Ik wil er graag mee afsluiten:

VREDE
Al het oude zal vervagen.
Nieuwe namen zal ik dragen,
opgaan zal ik als de zon.

In transparant azuur ben je verschenen
en al mijn twijfel is verdwenen
aan wat ik dacht dat ik niet kon.

Al het oude is vergaan,
lichtend zal je voor mij staan
en nieuwe wegen zul je tonen.
Nimmer meer ben ik verlaten,
want voortaan zul je in mij wonen.

Amen.

       
       
 

| Archief/Bijdragen | Reiniers "Hoofdpagina"Gastvoorgangers |
 
 

FV 2000-12-18 | © copyright 'De Duif', Amsterdam | deduif@xs4all.nl